Gantry 5
  • Home
  • Schilderijen
  • Mineralen
  • Kunstenaars
  • In- en verkoop
  • Taxatie/restauratie
  • Galerie Info
Sr# archived icon De jonge Kuypers had het schilderen met de paplepel ingegoten gekregen. De 
in 1864 in Gorichem geboren Cornelis Kuypers was de zoon van landschap- 
en genreschilder Jan Kuypers. In Amsterdam bezocht Cornelis eerst de 
Quelliniusschool, waar jonge artiesten de eerste beginselen van het vak 
werden bijgebracht. Hier viel Cornelis'  vrije en enthousiaste opvatting van het 
vak niet bij iedereen in goede aarde.  De docenten gingen uit van een 
academische stijl, meer aangeleerd en vaster dan de vrije stijl waar Kuypers 
mee dweepte.
 
Na de Quelliniusschool vervolgde Kuypers zijn studie in het atelier van zijn 
vader, waar hij zich verder verdiepte in het schilderen van landschappen. Na 
het overlijden van zijn vader in 1892 verliet Cornelis het ouderlijk huis om te 
trouwen met Elisabeth Terlingen. Het jonge stel vestigde zich in Rijswijk, waar 
twee zoons werden geboren.
 
De omgeving van Rijswijk bleek voor de kunstschilder een goede 
inspiratiebron. Moeiteloos vloeiden de aquarellen  met moestuinen en 
landschappen uit zijn penseel. De gloriedagen van de Haagse School 
behoorden inmiddels tot het verleden. Rijswijk en Den Haag verloren 
langzamerhand de aantrekkingskracht die zij in het verleden zo sterk op 
kunstschilders hadden uitgeoefend. In 1896 vertrok Kuypers met zijn gezin 
naar Renkum waar ook Theophile de Bock zij laatste levensjaren doorbracht. 
In Gelderland deed Kuypers opnieuw veel inspiratie op, misschien zelfs nog 
meer dan in Rijswijk. De natuur was zijn voorbeeld en hij was dan ook vaak 
buiten te vinden om zijn studies- eigenlijk al complete schilderijen- te maken. 
Hij schilderde de natuur op zijn manier, waarbij hij de werkelijkheid 
vooropstelde. zijn werk verschilde wel van de meesters van de Haagse School. 
Zo maakte hij gebruik van pittige kleurstellingen en had hij een krachtige 
penseelstreek. Zijn atelier was de natuur zelf.
 
De Veluwe maakte van Kuypers de schilder zoals we die nu kennen, met 
zandverstuivingen, knoestige stammen en sombere bomen. Er kwamen op zijn 
schilderijen wel eens mensen voor, maar deze waren altijd ondergeschikt aan 
de natuur.
 
Dat zijn werk van goede kwaliteit was , bleek wel uit de internationale 
bewondering die Cornelis Kuypers oogstte. In 1907 behaalde hij met een 
inzending een medaille in een internationale salon in Barcelona en in 1911 
kreeg hij in dezelfde stad een eervolle vermelding. Zijn werk verkocht hij 
nagenoeg allemaal aan de Amsterdamse kunsthandel Buffa.
 
Tot zijn spijt moest hij met zijn gezin Renkum verlaten onder druk van de 
moeder van Elisabeth, die haar zonen liever in een stad naar school stuurde. 
Zo verhuisde de familie naar Den Haag en later weer naar Rijswijk.Cornelis 
verlangde dikwijls terug naar de Veluwezoom met zijn duinen en bomen. Hij 
spendeerde zijn tijd liever in het bos dan aan zee, dit in tegenstelling van de 
meeste andere Haagse Scholers en hun navolgers.
 
Pas in 1924 zou de familie Kuypers weer uit Den Haag vertrekken, deze keer 
niet naar de Veluwe maar naar Soest. Hier kwam er wat verandering in zijn 
werk. De Haagse tijd had waarschijnlijk toch invloed op zijn werk gehad. In de 
omgeving van Loosdrecht waar hij veel schilderde maakte hij meer gebruik 
van de grote wolkenpartijen in de lucht. Donkere bossen maakten plaats voor 
licht en wolken.
 
De tijd die in een schilderij ging zitten was over het algemeen niet gering. Op 
het linnen van kuypers moest alles kloppen. In een aflevering van Elseviers 
Maandblad uit 1924 schreef H. de Boer; Zijn schilderijen zijn wonderen van 
verzorgdheid. Elk schilderij dat zijn atelier verlaat, is gewoonlijk het resultaat 
van een weken-, maanden- en soms jarenlang opvoeren der pirturale valeurs, 
van veredeling, precisering der stof, die eindelijk voert naar een delicaat 
verzorgde peinture.
 
Zoals Jan Kuypers zijn zoon Cornelis de liefde voor het schildersvak had 
bijgebracht, zo deed Cornelis Kuypers dat weer bij zijn zoons. De oudste, 
Cornelis Marinus, nam al vrij snel het penseel ter hand en kon zo als het ware 
zijn vader opvolgen. De jongste zoon, Johan Cornelis, begon op 30 jarige 
leeftijd te schilderen.
 
Cornelis Kuypers  heeft tot het allerlaatst geschilderd. Hij stierf echter niet in het 
harnas, maar tijdens een partij biljarten op 30 oktober 1932.
C. Kuypers archief 1
Omschrijving
© 2025
Gasselterweg 1 :: 9514 BK :: Gasselternijveen :: T 0599 - 513 340 :: info@kunstgalerie-arnold.nl
Ontwikkeld door Vos Systems