Gantry 5
  • English (UK)
  • Nederlands
  • Home
  • Collectie
  • Kunstenaars
  • In- en verkoop
  • Taxatie/restauratie
  • Kunstboeken
  • Galerie Info
Sr# 1 archived icon Jos Aanraad. De kunstschilder Jos Aanraad is geboren in het Brabants dorpje Oud-Gastel in 1945. Jos bleek een natuurtalent, al in 1957 behaalde hij de eerste prijs bij een tekenwedstrijd.

Als huisschilder verdiende hij de kost en in die tijd heeft hij tekenlessen en schildercursussen gevolgd om te tekenen en schilderen in  zijn vrije tijd.  Het magazine “Tekenen en Schilderen” publiceerde in 1988 verschillende foto’s van zijn werk. Later in de jaren 80 volgde Jos een cursus stilleven schilderen bij de kunstschilder Cornelis Lemair. Hier leerde hij de techniek van een onderschildering en het werken met een zeventiende eeuws kleurenpalet en is hij daarmee verder gegaan in zijn eigen stijl. Sinds 1992 werkt Jos dan ook in zijn eigen atelier full-time als kunstschilder.

Zijn voorkeur gaat uit naar het maken van stillevens, maar uiteraard maakt hij ook portretten, landschapjes e.d. meestal in opdracht. “De poëzie van de dingen picturaal belicht” zo stond het treffend in een van de talrijke dagbladrecenties
Jos Aanraad archief 1
Omschrijving
Sr# 1 archived icon Den Haag, aquarel op papier, afmeting 50x63cm beeldmaat
B.C. van Ettinger, 1916-1991
Omschrijving
Sr# 1 archived icon Havengezicht, olieverf op linnen, afmeting 96x127cm doekmaat
L. Gschossman, 1894-1988
Omschrijving
Sr# 1 archived icon Het familiefeest, olieverf op linnen, afmeting 65x95cm doekmaat
H.W. Schmidt, 1859-1940
Omschrijving
Sr# 2 archived icon Den Haag, aquarel op papier, afmeting 35x45cm beeldmaat
B.C. van Ettinger, 1916-1991
Omschrijving
Sr# 2 archived icon Bloemstilleven, olieverf op linnen, afmeting 40x50cm doekmaat
Lammert van der Tonge 1871-1937 archief
Omschrijving
Sr# 2 archived icon Koeien aan de bosrand, olieverf op linnen, afmeting 65x95cm doekmaat
E.B. van Dulmen Krumpelmann, 1897-1986
Omschrijving
Sr# 3 archived icon Stilleven, De kunstschilder Jos Aanraad is geboren in het Brabants dorpje Oud-Gastel in 1945. Jos bleek een natuurtalent, al in 1957 behaalde hij de eerste prijs bij een tekenwedstrijd.

Als huisschilder verdiende hij de kost en in die tijd heeft hij tekenlessen en schildercursussen gevolgd om te tekenen en schilderen in in zijn vrije tijd.  Het magazine “Tekenen en Schilderen” publiceerde in 1988 verschillende foto’s van zijn werk. Later in de jaren 80 volgde Jos een cursus stilleven schilderen bij de kunstschilder Cornelis Lemair. Hier leerde hij de techniek van een onderschildering en het werken met een zeventiende eeuws kleurenpalet en is hij daarmee verder gegaan in zijn eigen stijl. Sinds 1992 werkt Jos dan ook in zijn eigen atelier full-time als kunstschilder.

Zijn voorkeur gaat uit naar het maken van stillevens, maar uiteraard maakt hij ook portretten, landschapjes e.d. meestal in opdracht. “De poëzie van de dingen picturaal belicht” zo stond het treffend in een van de talrijke dagbladrecenties.
Jos Aanraad archief 3
Omschrijving
Sr# 3 archived icon Den Haag, aquarel op papier, afmeting 35x45cm beeldmaat
B.C. van Ettinger, 1916-1992
Omschrijving
Sr# 3 archived icon Kerkingang, olieverf op linnen, afmeting 35x50cm doekmaat
Jan Cossaar archief 2
Omschrijving
Sr# 3 archived icon Koeien in landschap, olieverf op linnen, afmeting 50x70cm doekmaat
Ron Meilof, 1953-2018
Omschrijving
Sr# 9 archived icon Wintergezicht, olieverf op linnen, afmeting 50x60cm doekmaat
A. Buikema archief
Omschrijving
Sr# 9 archived icon Vrije compositie, olieverf op linnen, afmeting 60x70cm doekmaat
Finn Pedersen, geb. 1944
Omschrijving
Sr# 9 archived icon Bosgezicht, olieverf op linnen, afmeting 70x80cm doekmaat
Piet Wijngaerdt, 1873-1964
Omschrijving
Sr# 10 archived icon Haarzuilens bij Utrecht, Andries Verleur, afmeting 60x80cm doekmaat
Andries-Verleur archief 1
Omschrijving
Sr# 11 archived icon Landschap (Kortenhoef), olieverf op paneel, afmeting 30x40cm paneelmaat
L. Stutterheim, 1873-1943
Omschrijving
Sr# 11 archived icon Kustgezicht, olieverf op paneel, afmeting 14x18cm paneelmaat
R.D. Meyer Wiegand, 1929-2006
Omschrijving
Sr# 11 archived icon Andries Verleur, boerenerf, afmeting 77x134cm doekmaat
Andries Verleur archief 2
Omschrijving
Sr# 12 archived icon Korenschoven, Andries Verleur, 1876-1953, afmeting 40x50cm doekmaat
Andries Verleur archief 3
Omschrijving
Sr# 13 archived icon Vissersbootje, olieverf op linnen bevestigd op paneel, afmeting 34x30cm paneelmaat
L. van der Vlist, 1894-1962
Omschrijving
Sr# 13 archived icon Houthakkers in het bos, Andries Verleur, 1876-1953, afmeting 36x48cm paneelmaat
Andries Verleur archief 4
Omschrijving
Sr# 14 archived icon Eenden aan de waterkant, olieverf op paneel, afmeting 18x24cm paneelmaat
Constant Artz, 1870-1951
Omschrijving
Sr# 15 archived icon Eenden aan de waterkant, olieverf op paneel, paneelmaat 30x40cm
Constant Artz, 1870-1951
Omschrijving
Sr# 17 archived icon Giethoorn, olieverf op linnen, afmeting 30x40cm doekmaat
L. Stutterheim, 1873-1943
Omschrijving
Sr# 17 archived icon Boerenerf, olieverf op paneel, afmeting 50x60cm paneelmaat
W. Berkers, geb. 1950
Omschrijving
Sr# 18 archived icon Op de markt, olieverf op linnen, afmeting 70x90cm doekmaat
Koos van Loon,1930-2004
Omschrijving
Sr# 20 archived icon Fruit en bloemstilleven, olieverf op linnen, afmeting 30x40cm doekmaat
Jacob Nieweg, 1877-1955
Omschrijving
Sr# 20 archived icon Reebok in de natuur, olieverf op linnen, afmeting 60x90cm doekmaat
Ron Meilof, 1953-
Omschrijving
Sr# 20 archived icon Strandgezicht, olieverf op paneel, afmeting 90x120cm paneelmaat
H.J. Dolsma, geb. 1950
Omschrijving
Sr# 20 archived icon Vrije compositie, olieverf op linnen, 45x70cm doekmaat
Theo Wolvecamp, 1925-1992
Omschrijving
Sr# 20 archived icon Boerenerf, olieverf op linnen, afmeting 40x50cm doekmaat
Antony Keizer, 1897-1961
Omschrijving
Sr# 23 archived icon Stadsgezicht Berlijn, olieverf op linnen, afmeting 40x60cm doekmaat
H. Miesler, geb. 1934
Omschrijving
Sr# 23 archived icon Havengezicht, olieverf op paneel, afmeting 12x16,5cm paneelmaat
R.D. Meyer Wiegand, 1929-2006
Omschrijving
Sr# 27 archived icon Rivierbedding in bloei, olieverf op linnen, afmeting 60x90cm doekmaat
H.J. Wijngaard, 1922-2012
Omschrijving
Sr# 27 archived icon Gezicht op Woudrichem, olieverf op linnen, afmeting 40x60cm doekmaat
W.G.F. Jansen, 1871-1949
Omschrijving
Sr# 29 archived icon Riviergezicht, olieverf op linnen, afmeting 60x90cm doekmaat
H.J. Wijngaard, 1922-2012
Omschrijving
Sr# 30 archived icon J.H. Weijns, olieverf op linnen, afmeting 82x91cm doekmaat
J.H.Weijns archief 1
Omschrijving
Sr# 30 archived icon Tafelstilleven, olieverf op paneel, afmeting 60x80cm paneelmaat
Rene Jansen, geb. 1956
Omschrijving
Sr# 31 archived icon Weijns, J.H.Weijns,Harm Weijns, kind met pop, olieverf op linnen, afmeting 38x49cm doekmaat
J.H.Weijns archief 2
Omschrijving
Sr# 31 archived icon Stilleven, olieverf op paneel, afmeting 30x40cm paneelmaat
Rene Jansen, geb. 1956
Omschrijving
Sr# 32 archived icon Weijns, J.H.Weijns, Harm Weijns, boerenerf, afmeting 65x100cm doekmaat
J.H.Weijns archief 3
Omschrijving
Sr# 33 archived icon Kustgezicht, olieverf op linnen, afmeting 32x44cm doekmaat

Abraham Hulk, schilder en avonturier, werd geboren in een familie die grotendeels uit marineschilders bestond. Hij begon met het maken van portretten en trok daarvoor in 1833 vanuit zijn woonplaats Londen per tweemaster naar Boston en van daaruit naar New York, Albany en Manchester. Daarna woonde hij tot 1870 in Nederland waar hij zich richtte op het schilderen van zeegezichten, zowel bij kalm weer als tijdens een flinke bries. Zijn stijl is romantisch en verwant aan die van J.C. Schotel en Louis Meijer: het ging hem om het weergeven van een sfeerbeeld van schepen op zee, bij alle verschillende soorten weer. Musea: o.a. Teylers Museum in Haarlem.
A. Hulk 1813-1897
Omschrijving
Sr# 33 archived icon Landschap, olieverf op linnen, afmeting 30x50cm doekmaat
H. van Moerkerken, geb. 1950
Omschrijving
Sr# 34 archived icon Stilleven, olieverf op paneel, paneelmaat 60x80cm
Rene Jansen, 1956-
Omschrijving
Sr# 37 archived icon Winterlandschap, olieverf op paneel, afmeting 35x55cm paneelmaat
Otto Doorenbos archief
Omschrijving
Sr# 40 archived icon After Party, olieverf op linnen, afmeting 50x60cm doekmaat
Hennie van der Vegt, geb. 1953
Omschrijving
Sr# 43 archived icon Korenschoven in Drenthe, olieverf op linnen), afmeting 33x43cm doekmaat
L.A. Roessing, 1873-1951
Omschrijving
Sr# 48 archived icon Gezicht op de Prinsengracht in Amsterdam, olieverf op linnen, afmeting 60x80cm doekmaat.
Korthals, J. Korthals, Jan Korthals 1916-1972
Korthals, Johannes  (Jan) Korthals werd in 1916 in Amsterdam geboren. Hier 
woonde en werkte hij langere tijd aan de Amstel, met een prachtig uitzicht op 
de Magere Brug, de Hoge Sluis en op Carre.. Hij was een leerling van de 
Akademie voor Beeldende Kunst in Antwerpen en van Jos Rovers. Van deze 
kreeg hij vooral schilderlessen. Ook was Jan Korthals een leerling van zijn 
oom Marie Henry Mackenzie. Vlak voor het overlijden van zijn leermeester 
schilderde Korthals een indrukwekkend portret van hem. 
Korthals was voorbestemd voor het kantoor, waarop hij na de HBS terecht 
kwam. Het was geen groot succes; verder dan fl 100,- per maand bracht hij het 
niet. Als hij vrij was, schilderde en tekende hij. 

 
Hij schilderde, aquarelleerde en tekende o.m. in impressionistische trant 
stadsgezichten. Hij gaf les aan A.W. Schreuder en was lid van St. Lucas te 
Amsterdam. Zijn werk verraadt een rijk geschakeerd vakmanschap , dat 
aantrekkelijke elementen bezit: vlotheid in de behandeling der verfmaterie, een 
gevoel van atmosfeer en een boeiend en warm coloriet. 
Jan Korthals werd vooral bekend door zijn raak getroffen portretten en zijn 
sfeervolle stadsgezichten en landschappen. Hij werkte in zijn grote huis aan de 
Amstel, of trok in zijn Volkswagenbusje door Frankrijk en andere landen. Hij 
heeft zeer veel geexposeerd, ondermeer in Amsterdam, Laren en Geneve. In 
het ziekenhuis Amsterdam-Noord hangt een groot schilderij van het IJ van zijn 
hand. 

Regelmatig kreeg Korthals opdrachten voor stadsgezichten die in kalenders 
werden verwerkt. Hierdoor verkreeg hij in brede kring een zekere 
populariteit. Immers, wie is niet verrukt van een stukje mooi Amsterdam, of een 
herinnering aan een stukje mooi Parijs, zoals Korthals dat weergaf. Door de 
vele opdrachten, kreeg hij het gevoel dat zijn artistieke reputatie onvoldoende 
tot uitdrukking kwam. In zijn vrije werken zocht hij weer de vernieuwing. In alle 
gevallen staat zijn kleurgevoel en zij tekentalent buiten kijf voor de essentie 
van zijn onderwerp.
Als late impressionist doorkruiste hij Holland en noteerde hij in vlotte 
verzadigde tonen  molens en boerderijen. Zijn Amsterdamse stadsgezichten, 
waarin de bruine toon de boventoon voert, doen ons het meest aan Breitner 
denken. Hier is onmiskenbaar de invloed van zijn oom en leermeester Marie 
Henry Mackenzie te herkennen, die zelf gedurende een langere periode bij 
Breitner in de leer was. De verering die Mackenzie voor Breitner had, heeft hij 
voor honderd procent op zijn neef overgedragen.

 

 Ook kwam hij graag in Parijs, waar hij vele pittige inkttekeningen maakte, die 
hij later op zijn atelier in Amsterdam tot goed doorwerkte olieverfschilderijen 
maakte. Zijn Parijse straathoekjes zijn typerend; wat blauw in de schaduw, het 
rood van een meisjesblouse en een lichtgroene winkelpui, zijn de handige 
kleuraccenten in een vluchtig straatbeeld.
Korthals, J. Korthals, Jan Korthals was born in Amsterdam in 1916 and he died in 
1972.
Jan Korthals, 1916-1972
Omschrijving
Sr# 49 archived icon Havengezicht Rotterdam, olieverf op linnen, afmeting 40x80cm doekmaat, prijs is incl. lijst
G.J. Delfgaauw, 1882-1947
Omschrijving
Sr# 50 archived icon Graanoogst, olieverf op linnen, afmeting 30x50cm doekmaat
A.H. Gouwe, 1875-1965
Omschrijving
Sr# 50 archived icon Strandgezicht Muiderberg, olieverf op paneel, afmeting 28x38cm paneelmaat
L. Stutterheim, 1873-1943
Omschrijving
Sr# 50 archived icon Winterlandschap met dieren, olieverf op paneel, afmeting 28,5x35cm paneelmaat
Daniel van der Putten
Omschrijving
Sr# 50 archived icon Strandgezicht met badende vrouw, olieverf op linnen, afmeting 55x65cm doekmaat
Wilhelm Hempfing, 1886-1948
Omschrijving
Sr# 50 archived icon Romantiek, olieverf op linnen bevestigd op paneel, afmeting 60x90cm paneelmaat
Wouter Janssen, geb. 1946
Omschrijving
Sr# 50 archived icon Stilleven met fruit, olieverf op linnen, afmeting 50x70cm doekmaat
Piet Moleveld, 1919-1976
Omschrijving
Sr# 50 archived icon Landschap met korenveld, olieverf op paneel, afmeting 33x39,5cm paneelmaat
Daniel van der Putten
Omschrijving
Sr# 50 archived icon Landschap met vee, olieverf op paneel, afmeting 33x39,5cm paneelmaat
Daniel van der Putten
Omschrijving
Sr# 50 archived icon Puppie, olieverf op paneel, afmeting inclusief lijst 13x15cm
Dick de Vries archief 30
Omschrijving
Sr# 50 archived icon Theo Zwaga, 24x30cm doekmaat
Theo Zwaga archief 50
Omschrijving
Sr# 50 archived icon Theo Zwaga, 24x30cm doekmaat
Theo Zwaga archief 51
Omschrijving
Sr# 50 archived icon Melchior Zeiss, rozebottel, afmeting 25x30cm paneelmaat
Melchior Zeiss archief 50
Omschrijving
Sr# 50 archived icon Wintergezicht, aquarel op papier, afmeting 45x70cm beeldmaat
F.J. van Rossum Du Chattel, 1856-1917
Omschrijving
Sr# 50 archived icon Olieverf op linnen, afmeting 115x145cm doekmaat
Lucebert, 1924-1994
Omschrijving
Sr# 51 archived icon Mels Zeiss, hortensia, 20x25cm paneelmaat
Mels Zeiss archief 51
Omschrijving
Sr# 52 archived icon Theo Zwaga, afmeting 40x50cm doekmaat
Theo Zwaga archief 52
Omschrijving
Sr# 52 archived icon Mels Zeiss, Oostindische kers op vaas, afmeting 30x40cm paneelmaat
Mels Zeiss archief 52
Omschrijving
Sr# 53 archived icon Zeiss, M. Zeiss, Mels Zeiss, sneeuwbesjes, afmeting 25x30cm paneelmaat
Mels Zeiss archief 53
Omschrijving
Sr# 54 archived icon Zeiss, M. Zeiss, Mels Zeiss, takjes met besjes op pot, afmeting 30x35cm paneelmaat
Mels-Zeiss archief 54
Omschrijving
Sr# 55 archived icon Tijgerstudie, gouache op schilderskarton, afmeting 50x70cm beeldmaat
Jan Weenink archief 55
Omschrijving
Sr# 55 archived icon Mus op tak, olieverf op paneel, afmeting 15x30cm paneelmaat
Jan Weenink archief 55
Omschrijving
Sr# 55 archived icon Zeiss, M. Zeiss, Mels Zeiss, violen op vaas, afmeting 19x25cm paneelmaat
Mels Zeiss archief 55
Omschrijving
Sr# 56 archived icon Zeiss, M. Zeiss, Melchior Zeiss, afmeting 30x40cm paneelmaat
Melchior Zeiss archief 56
Omschrijving
Sr# 57 archived icon Gazelle, De
Jan Weenink archief 57
Omschrijving
Sr# 57 archived icon Zeiss, M. Zeiss, Melchior Zeiss 1937-,Oost Indische kers, afmeting 30x40cm paneelmaat
Melchior Zeiss archief 57
Omschrijving
Sr# 57 archived icon Frits Goosen, poldergezicht, afmeting 40x50cm doekmaat
Frits Goosen, geb. 1943
Omschrijving
Sr# 60 archived icon Portret van Princes Catherine, olieverf op paneel, afmeting 30x30cm paneelmaat
Dick de Vries, 1948-2018
Omschrijving
Sr# 60 archived icon Overbeek, G. J. van Overbeek
1882-1947 

Hoewel deze oorspronkelijk uit Dordt afkomstige Rotterdammer schilderde in 
naturalistisch-impressionistische stijl, liet hij zich niet graag in een categorie 
plaatsen, getuige zijn lidmaatschap van de Amsterdamse kunstenaarsgroep 'De 
Onafhankelijken'. Hij legde zich toe op het schilderen en tekenen van 
landschappen, dieren en stadsgezichten, waarbij stoere beelden van 
werkpaarden en de Rotterdamse haven een belangrijke inspiratiebron vormden.
G.J. van Overbeek archief 60
Omschrijving
Sr# 62 archived icon Theo van Gogh, olieverf op linnen, afmeting 60x90cm doekmaat
Dick de Vries archief 53
Omschrijving
Sr# 65 archived icon Stadsgezicht van Amsterdam, afgebeeld op de cover van de monografie van G.J. Delfgaauw, olieverf op linnen, afmeting 60x100cm doekmaat
G.J. Delfgaauw 1882-1947 archief
Omschrijving
Sr# 65 archived icon Omgeving Gasselternijveen, olieverf op linnen, afmeting 50x70cm doekmaat
Aureliu Prodan, (65), geb. 1968
Omschrijving
Sr# 66 archived icon Bloembollenveld, Aureliu Prodan

Born at 15 april 1968 in Chisinau, Rebublic of Moldova


1979-1983 Children's art school
A. Prodan, (66), geb. 1968
Omschrijving
Sr# 67 archived icon Kustgezicht, olieverf op linnen, afmeting 40x60cm doekmaat
Aureliu Prodan, (67), geb. 1968
Omschrijving
Sr# 68 archived icon Aureliu Prodan

Born at 15 april 1968 in Chisinau, Rebublic of Moldova


1979-1983 Children's art school
A. Prodan, (68), geb. 1968
Omschrijving
Sr# 69 archived icon Aureliu Prodan

Born at 15 april 1968 in Chisinau, Rebublic of Moldova


1979-1983 Children's art school
A. Prodan, (69), geb. 1968
Omschrijving
Sr# 70 archived icon Boten bij een boerderij, afgebeeld in de monografie van A.J. Zwart op pagina 47, olieverf op linnen, afmeting 40x50cm doekmaat
A.J. Zwart archief
Omschrijving
Sr# 70 archived icon Havengezicht Rotterdam, olieverf op linnen, afmeting 40x60cm doekmaat
G.J. Delfgaauw, 1882-1947
Omschrijving
Sr# 70 archived icon Havengezicht Rotterdam, olieverf op linnen, afmeting 50x70cm doekmaat
G.J. Delfgaauw archief
Omschrijving
Sr# 70 archived icon Pim Fortuyn (portret), olieverf op linnen, afmeting 80x100cm doekmaat
Dick de Vries archief 52
Omschrijving
Sr# 70 archived icon Aureliu Prodan

Born at 15 april 1968 in Chisinau, Rebublic of Moldova


1979-1983 Children's art school
A. Prodan, (70), geb. 1968
Omschrijving
Sr# 72 archived icon Vrije compositie, olieverf op linnen, afmeting 80x55cm doekmaat
Theo Wolvecamp, 1925-1992
Omschrijving
Sr# 72 archived icon Omgeving Gasselternijveen, olieverf op linnen, afmeting 50x70cm doek
Aureliu Prodan, (72), geb. 1968
Omschrijving
Sr# 74 archived icon Vrije compositie, olieverf op linnen, afmeting 29x40cm doekmaat
Theo Wolvecamp, 1925-1992
Omschrijving
Sr# 74 archived icon Groningen, olieverf op linnen, afmeting 50x60cm doekmaat
H. Schaap, 1878-1955
Omschrijving
Sr# 75 archived icon Landschap, olieverf op linnen, afmeting 25x35cm doekmaat
A.J. Groenewegen, 1874-1963
Omschrijving
Sr# 75 archived icon Havengezicht Rotterdam, olieverf op linnen, afmeting 40x60cm doekmaat
G.J. Delfgaauw, 1882-1947
Omschrijving
Sr# 76 archived icon Stad Gottes Acker, Halle an der Saale, olieverf op linnen, afmeting 51x60cm doekmaat
Jan de Beus, geb. 1958
Omschrijving
Sr# 76 archived icon Straatje in Parijs, olieverf op linnen, afmeting 24x70cm doekmaat
Moreau, Max Leon, 1902-1992
Omschrijving
Sr# 77 archived icon Vrije compositie, olieverf op linnen, afmeting 100x90cm doekmaat
Theo Wolvecamp, 1925-1992
Omschrijving
Sr# 77 archived icon Vrije compositie, olieverf op linnen, afmeting 50x60cm doekmaat
Jan de Beus, geb. 1958
Omschrijving
Sr# 78 archived icon Landschap, olieverf op linnen bevestigd op paneel, afmeting 17x33cm paneelmaat
A.J. Groenewegen, 1874-1963
Omschrijving
Sr# 78 archived icon Vrije compositie, olieverf op linnen, afmeting 80x100cm doekmaat
Jan de Beus, geb. 1958
Omschrijving
Sr# 80 archived icon Kustgezicht met figuren, olieverf op linnen bevestigd op paneel, afmeting 50x70cm paneelmaat
W. Witjens, 1884-1962
Omschrijving
Sr# 80 archived icon Havengezicht Rotterdam, aquarel op papier, afmeting 50x90cm beeldmaat
M. de Jongere, 1912-1978
Omschrijving
Sr# 80 archived icon Winterlandschap, olieverf op linnen, afmeting 60x80cm doekmaat
Thomas Heesakkers
Omschrijving
Sr# 80 archived icon Narcissen op een Chinese pot, olieverf op linnen, afmeting 50x50cm doekmaat
A. Prodan, (80), geb. 1968
Omschrijving
Sr# 80 archived icon Het gesprek, olieverf op linnen bevestigd op karton, afmeting 16x16cm, zonder lijst
Harm Kamerlingh Onnes, 1893-1985
Omschrijving
Sr# 80 archived icon Havengezicht Rotterdam, olieverf op linnen, afmeting 60x100cm doekmaat
M. de Jongere, 1912-1978
Omschrijving
Sr# 80 archived icon Bloemenmarkt, olieverf op linnen, afmeting 35x50cm doekmaat
G.J.Delfgaauw, 1882-1947
Omschrijving
Sr# 80 archived icon Stadsgezicht Dordrecht, olieverf op linnen, afmeting 30x40cm doekmaat, inclusief lijst 42x52cm
Piet Bouter,1887-1968
Omschrijving
Sr# 81 archived icon Figuren,  gemengde techniek op papier, afmeting 100x70cm beeldmaat, afmeting inclusief lijst 144x114cm
Anton Martineau, 1926-2017
Omschrijving
Sr# 85 archived icon Vrije compositie, olieverf op linnen, afmeting 90x110cm doekmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 88 archived icon Marinus Johannus Drulman of Marinus de Jongere: Amsterdam 1912-1978
 
Marinus Drulman werkte veel onder het pseudoniem M. de Jongere. Hij 
maakte studiereizen naar België, Frankrijk, Zwitserland en Duitsland. Was 
leerling van de Academie voor Beeldende Kunst te Rotterdam. Tekende en 
schilderde in de naturalistisch-impressionistische trant, landschappen en 
havens. Verwierf grote bekendheid door zijn havengezichten. Werk is o.a. in 
het bezit van het Kamper museum.
Marinus de Jongere beleefde zijn artistieke bloeiperiode in de jaren vijftig en 
zestig, precies de Tijd dat Rotterdam bezig was zich te ontwikkelen tot 
wereldhaven nummer een. De oceaanreuzen van de Holland Amerika Lijn 
waren een vertrouwd gezicht aan de Wilhelminapier en  naar afbeeldingen van 
die schepen, de trots van zeevarend Holland, was een grote vraag. De 
Jongere leverde in die tijd meerdere schilderijen per dag af. Hij had een hele 
serie doeken in zijn atelier op een rijtje staan. Daar liep hij al schilderend 
langs.

De roem van de schilder beleef niet beperkt tot Nederland. De Griekse 
scheepsmagnaat Onassis bestelde ooit 28 doeken, waarop alle schepen van 
zijn vloot apart stonden afgebeeld. De Amerikaanse president Lyndon B. 
Johnson zocht tijden een bezoek in de jaren zestig de schilder op in zijn atelier 
in Hillegersberg en kocht vijf Hollandse landschappen. Want behalve havens 
schilderde de Jongere ook graag molens en vlieten. Vanuit zijn huis liep hij zo 
de polder in. Hij was dol op wipmolens. Ook bezat de Jongere een huis in 
Zwitserland, wat weer leidde tot een aantal schilderijen met berglandschappen 
met besneeuwde toppen. Midden tussen deze bergen werkte hij trouwens ook 
veel aan zijn havengezichten.

De puur Rotterdams aandoende schilder was echter afkomstig uit Amsterdam. 
Hij heette eigenlijk J.M. Drulman, naar zijn moeder, maar gebruikte liever de 
naam van zijn vader, de schilder en etser Marius Janssen. Zo ontstond het 
pseudoniem Marinus de Jongere. Alleen tijdens de bezetting, toen 
kunstenaars niet onder een schuilnaam mochten werken, gebruikte hij zijn 
eigen naam , Drulman. Werk met deze signatuur is dan ook tot deze periode te 
herleiden.

Er zijn vele bekende en gewaardeerde schilders van de Rotterdamse haven. 
De jongere neemt echter tussen hen een aparte plaats in. Hij schilderde de 
dingen die je zag als je als klein jochie langs de havenkant schooierde en 
bananen stroopte uit de bananenboten in de Maashaven. Als een gevolg van 
de sociale, culturele en economische veranderingen in het post-moderne 
Rotterdam, ontstaat er een hang naar die trotse havenstad van vroeger. Naar 
dat besef van; dit is onze stad, zo ziet Rotterdam er uit. De schilderijen van de 
Jongere doen de glorietijd van de haven herleven.De jaren dat op de Maas 
vrachtschepen onder stoom lagen en sleepboten af en aan voeren. Op zijn 
doeken heerst een koortsachtige bedrijvigheid.
Meer informatie is te vinden op www.dejongere.com
M. de Jongere, 1912-1978
Omschrijving
Sr# 88 archived icon Strandgezicht, olieverf op linnen, afmeting 35x50cm doekmaat
G.J.Delfgaauw, 1882-1947
Omschrijving
Sr# 89 archived icon Havengezicht Rotterdam, olieverf op linnen, afmeting 30x50cm doekmaat
M. de Jongere, 1912-1978
Omschrijving
Sr# 89 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek op papier, afmeting 39x52cm beeldmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 90 archived icon Louis Treserras, Rendez-Vous, gemengde techniek op paneel, afmeting 90x160cm paneelmaat
Louis Tresseras
Omschrijving
Sr# 90 archived icon Paarderennen, olieverf op linnen, afmeting 46x71cm doekmaat
F.G. Hochmann, 1861-1936
Omschrijving
Sr# 90 archived icon Collectie, Jan Rijlaarsdam, woonwagens, gemengde techniek , afmeting 50x70cm beeldmaat
Jan Rijlaarsdam, 1911-2007
Omschrijving
Sr# 90 archived icon Salisbury, olieverf op linnen, afmeting 130x160cm doekmaat
Jan de Beus, geb. 1958
Omschrijving
Sr# 90 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 42,5x53cm paneelmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 90 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 51x62cm paneelmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 90 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 60x80cm beeldmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 90 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 70x90cm paneelmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 90 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 72x102cm paneelmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 90 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 73x103cm paneelmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 90 archived icon Vrije compositie, acrylverf op MDF paneel, afmeting 59x72cm paneelmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 90 archived icon Vrije compositie, olieverf op linnen, afmeting 140x180cm
Theo Wolvecamp, 1925-1992
Omschrijving
Sr# 90 archived icon Landschap bij Gasselternijveen, olieverf op linnen, afmeting 50x60cm doekmaat
Aureliu Prodan, (90), geb. 1968
Omschrijving
Sr# 90 archived icon Kustgezicht met botter, olieverf op linnen, afmeting 50x70cm doekmaat
Henk Dekker, 1897-1974
Omschrijving
Sr# 90 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 50x65cm paneelmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 90 archived icon Vrije compositie, semi abstract, olieverf op linnen, afmeting 80x100cm doekmaat, zonder lijst
Jos van Dijk, 1913-1998
Omschrijving
Sr# 90 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 40x48cm paneelmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 90 archived icon Meisje in het rood, olieverf op linnen, afmeting 35x41cm doekmaat
M.H. Mackenzie, 1878-1961
Omschrijving
Sr# 91 archived icon Vrije compositie, acryl op MDF paneel, afmeting 72x102cm paneelmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 91 archived icon Schip op volle zee, olieverf op linnen, afmeting 150x100cm doekmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 93 Twee rozen, olieverf op paneel, afmeting 16x21cm
Jan Voerman jr. 1890-1962 archief
Omschrijving
Sr# 94 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 40x49cm beeldmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 95 archived icon Viooltjes in glazen pot, olieverf op paneel, afmeting 24x30cm paneelmaat
A.J. Zwart, 1903-1981
Omschrijving
Sr# 95 archived icon Vrije compositie, olieverf op linnen, afmeting 100x165cm doekmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 95 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 72x102cm paneelmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 95 archived icon Vrije compositie, olieverf op linnen, afmeting 70x100cm doekmaat
Theo Wolvecamp, 1925-1992
Omschrijving
Sr# 97 archived icon Delftshaven, olieverf op paneel, afmeting 40x50cm paneelmaat
M.H. Mackenzie, 1878-1961
Omschrijving
Sr# 98 archived icon Vrije compositie, olieverf op linnen, afmeting 100x90cm doekmaat
Henk Lassche, geb. 1948
Omschrijving
Sr# 98 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 60x80cm beeldmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 98 archived icon Dame in strandstoel, litho, afmeting 50x70cm beeldmaat
Toulouse Lautrec, Henri de, 1864-1901
Omschrijving
Sr# 99 archived icon bloemstilleven, Afgebeeld in de monografie van A.J. Zwart pagina 75, olieverf op paneel, afmeting 30x30cm paneelmaat
A.J. Zwart archief
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Stilleven, aquarel op papier, afmeting 38x58cm beeldmaat
A.J. Zwart, 1903-1981
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Stadsgezicht Oud-Rotterdam, Het Steiger met op de achtergrond de koepel van de Sint-Dominicuskerk, olieverf op linnen, afmeting 50x60cm doekmaat
Herman Bogman archief 3
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Portret van een jonge vrouw, olieverf op paneel, afmeting 18x24cm paneelmaat
Dick de Vries, 1948-2018
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Portret van een oude man, olieverf op linnen, afmeting 18x24cm doekmaat
Dick de Vries, 1948-2018
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Krantlezer, olieverf op linnen, afmeting 60x80cm doekmaat
Jan Rijlaarsdam 1911-2007 archief
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Vrije compositie, olieverf op linnen, afmeting incl. lijst 75x85cm
Lassche, Henk Lassche. “Deze schilder van het Hollandse landschap heeft, staand in de romantische traditie van de Noord-Europese schilderkunst, in de loop der jaren een geheel eigen beeldtaal ontwikkeld.

Het gaat bij hem niet om een “letterlijke” weergave van dat landschap met zijn weidse vergezichten en hoge luchten, maar om een persoonlijke verwerking hiervan.


De synthese van een expressionistische en informele benadering van zijn onderwerpen leidt bij hem tot abstracties, die mede ontstaan als gevolg van een uiterst intensieve werkwijze. Door laag op laag te zetten, door wegschrapen en bijwerken, ontstaan er schilderijen in olieverf, die telkens weer bij de aandachtige beschouwer nieuwe en verrassende beelden oproepen.


Het zijn werken die – hoe klein van formaat soms ook – de monumentaliteit van de door hem op zo eigen wijze verwerkte onderwerpen overtuigend en indrukwekkend laten zien”.
Henk Lassche, geb. 1948
Omschrijving
Sr# 99 archived icon citroen en sinaasappel, olieverf op paneel, afmeting 13x18cm paneelmaat
E.P. Moleveld, geb. 1946
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Rijlaarsdam, Jan Rijlaarsdam woonde en werkte in Nieuwkoop en Hilversum. Hij heeft bekendheid verworven met zijn café-interieurs, vrouwen, stadsbeelden en markttaferelen in figuratief-impressionistische en lyrisch impressionistische stijl. Kreeg als onderscheiding de Koninklijke Subsidie en was lid van onder ander St-Lucas te Amsterdam en Gooise Schilders Vereniging. Diverse exposities en werk in bezit van het Singer Museum Laren.
De kunstschilder Jan Rijlaarsdam werd op 2 maart 1911 geboren te Nieuwkoop. Reeds op jonge leeftijd verhuisde samen met zijn familie naar Hilversum. Zij hadden daar een melkzaak gekocht en Jan droeg zijn steentje bij met het rondbrengen van de melk. Om de hoek van de melkhandel zat lijstenmakerij Dekker waar hij enige jaren later in dienst trad. Dit was ook de periode waarin hij actief begon te tekenen. Zijn onderwerpen uit deze tijd lagen nog dicht bij huis. In 1929 neemt Jan, samen met collega Anton Balzarelli, de lijstenmakerij over van de weduwe Dekker. 
Door de steun van Anton krijgt Jan meer vrijheid voor zijn tekenen en schilderen, en in 1932 kwam de eerste erkenning in de vorm van een prijs van de gemeente Amersfoort. Met het geld dat Jan won kocht hij schilderspullen.  In 1938 heeft Jan een expositie, en wel in Hilversum. Dit was de eerste van een lange reeks exposities die pas in 2007  in 's-Graveland afgesloten werd.
In de driekwart eeuw dat Jan schilderde heeft hij veel geschilderd en gereisd, hij is twee keer getrouwd geweest en is vader geworden van twee zoons. Zijn werk, dat vaak ingetogen en toch buitengewoon expressief is ondanks het relatief monochrome kleurgebruik, bied een blik in het leven en de ziel van de kunstschilder. We zien het kleurrijke werk; de bloemenmeisjes, vrouwen, barscènes en straatgezichten, die hij veelal schilderde omdat ze simpelweg het beste verkochten, en we zien het veel diepere, vrije, vernieuwende en expressievere werk dat vaak op het eerste gezicht melancholiek overkomt maar als men beter kijkt een warm kloppend hart blijkt te hebben.
Hij was lid van de schildersvereniging Laren-Blaricum,
Jan Rijlaarsdam archief 9
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Interieur, aquarel op papier, afmeting 9x11cm beeldmaat
C. Koppenol, 1865-1946
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Havengezicht Rotterdam, olieverf op linnen, afmeting 60x90cm doekmaat
M. de Jongere, 1912-1978
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Wild in de natuur, Olieverf op linnen, afmeting 70x80cm doekmaat
Ron Meilof, geb. 1953
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Object uit Murano, geblazen glas massief, hoogte 62cm (optie)
Annemiek Punt, geb. 1959
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Omhelzing, object uit Murano, geblazen glas massief, hoogte 82cm
Annemiek Punt, geb. 1959
Omschrijving
Sr# 99 Kustgezicht, olieverf op linnen, afmeting 100x150cm doekmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 34x41cm paneelmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Glasobject, hoogte 49cm
Annemiek Punt, geb. 1959
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Glazen object, hoogte 83cm
Annemiek Punt, geb 1959
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek op papier bevestigd op paneel, afmeting 41x50cm paneelmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 43,5x55,5cm paneelmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 53x66cm paneelmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 54x67cm beeldmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 58x66 paneelmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 65x78cm paneelmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 64x90 beeldmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 72x100cm beeldmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Vrije compositie, olieverf op linnen, afmeting 85x120cm doekmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Vrije compositie, olieverf op linnen, afmeting 90x130cm doekmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Vrije compositie,  bronzen beeld (massief), hoogte 53cm inclusief sokke
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek op linnen, afmeting 100x150cm doekmaat, optie
Sjer Jacobs, geb. 1963
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Paartje, aardewerk, afmeting 28x24x13cm
Sjer Jacobs, geb. 1963
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Straatje in Hattem, olieverf op linnen bevestigd op paneel, afmeting 60x70cm paneelmaat
G.J.Delfgaauw, 1882-1947
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Schelpenvisser bij Scheveningen, olieverf op linnen, afmeting 50x70cm doekmaat
G.J.Delfgaauw, 1882-1947
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Straatje in Parijs, olieverf op linnen, afmeting 50x60cm doekmaat
Jan Korthals, 1916-1972
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 102x72cm paneelmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Vrije compositie, gem. techniek, afmeting 70x98cm paneelmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Vrije compositie, gemengde techniek, afmeting 76x60cm paneelmaat
Jan te Wierik, 1954-2002
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Bloesem, olieverf op linnen, afmeting 80x125cm doekmaat
Ali Alssema, 1905-
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Twee zebra's, olieverf op linnen, afmeting 30x30cm doekmaat
Dick van Heerde
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Dordrecht, olieverf op linnen, afmeting 75x100cm doekmaat
Evert Moll, 1878-1955
Omschrijving
Sr# 99 archived icon Vrije compositie, olieverf op linnen, afmeting 80x100cm doekmaat
Jan te Wierik, (99), 1954-2002
Omschrijving
Sr# archived icon Schaap, H. Schaap is geboren te Delft op 28.12.1878 en overleden te 
Rotterdam op 16.03.1955

 

Hendrik Schaap woonde en werkte in Delft tot 1911, daarna in Rotterdam. 
Leerling van B.A. Bongers en Fr. Helfferich te Delft, daarna van de Technische 
Hogeschool aldaar o.l.v. A.F. Gips en Th. K. L. Sluyterman, vervolgens te Parijs 
leerling van de École des Arts Décoratifs.

Schilderde en tekende(was ook leraar Middelbaar Onderwijs tekenen in de 
Maasstad) stadsgezichten(markten met figuren, oude straatjes met mensen), 
figuren enz. Gaf les aan J. Heesterman, L. Hoenevelt, J.H. Schaap en H. 
Schallenberg. Was lid van de Kunstkring ‘Delft’ en de Kunst Sociëteit te 
Rotterdam.
Tekening(en) in Rijksprentenkabinet te Amsterdam
H. Schaap archief 7
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 60
Omschrijving
Sr# archived icon Laar, Johannes Jacobus van Laar is geboren op 3 juni 1886 in middelburg. hij woonde en werkte in Amsterdam tot 1914, Blaricum tot 1917, Ermelo tot 1919, Aalsmeer tot 1921, Amsterdam tot 1926, Loosdrecht tot 1958, Abcoude tot 1965 en sindsdien in Mheer.
Hij schilderde en tekende in hoofdzaak Nederlandse stadsgezichten en havengezichten.
J.J. van Laar archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Artz, Constant Artz is geboren te Parijs op 3 juli 1870 en overleden op 23 
februari 1951 te Soestdijk
Constant David Ludovic Artz woonde en werkte in Soestdijk. Hij was leerling 
van de Academie voor Beeldende Kunst in Den Haag en een leerling van T. 
Offermans. Verder kreeg hij ook raadgevingen van H.W. Mesdag. Constant Artz 
werd in Parijs geboren als de zoon van David Artz (1837-1890). Net als zijn 
vader was hij geboeid door de natuur en schilderde hij veel in de open lucht, in 
een realistische stijl, eenden families in al hun doen en laten. Voor deze 
taferelen bestond in de 19e eeuw bij het publiek een grote belangstelling. 
Constant Artz was een meester in het verwerken van zon- en lichteffecten in 
zijn werk. Hij werd zeer bekend door zijn landschappen met molens, maar 
vooral door zijn watergezichten met eenden in al hun doen en laten. Constant 
Artz was eveneens een zeer bekwaam aquarellist, die uitstekend de 
aquarellen van de Haagse School kon kopiëren.
Constant Artz archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Bosgezicht met boerderij, Elzinga, Johan Elzinga is geboren te Wommels op 05.12.1893 en overleden in Leeuwarden op 18.03.1969.
 
 Johannes(Joh.) Elzinga bezocht de ambachtschool in Leeuwarden. Daarna werkte hij korte tijd als huisschilder. Zijn aanleg voor tekenen en schilderen was zo duidelijk aanwezig en de drang om zich hierin te bekwamen zo groot, dat hij met een vriend naar Amsterdam trok en daar een plaatsje op de Rijksacademie wist te bemachtigen. Hij studeerde er van 1915 tot 1918 en kreeg er o.a. les van Nicolaas van der Waay. Daarna volgde nog een jaar op de Haagse Academie voor hij terugging naar Friesland. Hij betreurde het dat velen hem vooral als een Friese schilder kenden en hij wees erop dat hij veelvuldig buiten zijn geboorteprovincie had gewerkt. Zo kwam hij in Zuid-Frankrijk en werkte hij in Staphorst, op de Veluwe en in Drenthe. Van hem is een “Gezicht op Gasselte” uit 1947/48 bekend. Elzinga stond niet op de barricaden, van –ismen moest hij niets hebben. Hij schilderde, aquarelleerde, tekende en etste onverstoorbaar door in een stijl die hij zich eenmaal had eigen gemaakt. Zijn landschappen, bloemen en portretten hebben in het algemeen een zonnig, impressionistisch karakter, maar ook donkere wolkenpartijen boven lage horizonnen schuwde hij niet. Hij was lid van “Arti et Amicitiae” in Amsterdam.  
Werk in de Rijkscollectie nl.: 'Veere', 'stadsgezicht' 1954/55, 'gezicht op Gasselte' 1947/48, 'doorkijk door poortje' 1951 en diverse aquarellen en tekeningen.
Johan Elzinga archief 50
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 61
Omschrijving
Sr# archived icon Camille Lambert, Aarlen (België) 1874/'76-1964 Juvisy-sur-Orge (Frankrijk),  
schilderde in een kleurrijke, luministische stijl terrasscènes, boulevards, 
strandtaferelen, bals en feesten. De onderwerpen voor deze onbezorgde 
genretaferelen vond hij doorgaans op plaatsen waar de Brusselse ‘beau 
monde’ begin 20e eeuw graag bijeen kwam. De schilder woonde en werkte 
vrijwel zijn hele leven in Brussel, waar hij lid was van de 
kunstenaarsvereniging ‘Labeur’. Dit stelde hem in staat om jaarlijks te 
exposeren in het Museum voor Moderne Kunsten, wat hem bewonderaars en 
kopers bezorgde. Behalve mondaine genrevoorstellingen zijn van hem ook 
bloemstillevens en lommerrijke tuinen met figuren bekend.

Hij ontving zijn opleiding aan de kunstacademies van Luik en van Antwerpen.  
Hij ontving de tweede en derde Prix de Rome in 1898, 1901 en 1904. Werkte 
te Brussel en omgeving en Oostende. Werken in de collecties van o.a. musea 
van Arlon, Mons, Elsene en Luik.
C. Lambert archief 70
Omschrijving
Sr# archived icon Artz, Constant Artz is geboren te Parijs op 3 juli 1870 en overleden op 23 
februari 1951 te Soestdijk
Constant David Ludovic Artz woonde en werkte in Soestdijk. Hij was leerling 
van de Academie voor Beeldende Kunst in Den Haag en een leerling van T. 
Offermans. Verder kreeg hij ook raadgevingen van H.W. Mesdag. Constant Artz 
werd in Parijs geboren als de zoon van David Artz (1837-1890). Net als zijn 
vader was hij geboeid door de natuur en schilderde hij veel in de open lucht, in 
een realistische stijl, eenden families in al hun doen en laten. Voor deze 
taferelen bestond in de 19e eeuw bij het publiek een grote belangstelling. 
Constant Artz was een meester in het verwerken van zon- en lichteffecten in 
zijn werk. Hij werd zeer bekend door zijn landschappen met molens, maar 
vooral door zijn watergezichten met eenden in al hun doen en laten. Constant 
Artz was eveneens een zeer bekwaam aquarellist, die uitstekend de 
aquarellen van de Haagse School kon kopiëren.
Constant Artz archief 10
Omschrijving
Sr# archived icon Schaap, H. Schaap is geboren te Delft op 28.12.1878 en overleden te 
Rotterdam op 16.03.1955

 

Hendrik Schaap woonde en werkte in Delft tot 1911, daarna in Rotterdam. 
Leerling van B.A. Bongers en Fr. Helfferich te Delft, daarna van de Technische 
Hogeschool aldaar o.l.v. A.F. Gips en Th. K. L. Sluyterman, vervolgens te Parijs 
leerling van de École des Arts Décoratifs.

Schilderde en tekende(was ook leraar Middelbaar Onderwijs tekenen in de 
Maasstad) stadsgezichten(markten met figuren, oude straatjes met mensen), 
figuren enz. Gaf les aan J. Heesterman, L. Hoenevelt, J.H. Schaap en H. 
Schallenberg. Was lid van de Kunstkring ‘Delft’ en de Kunst Sociëteit te 
Rotterdam.
Tekening(en) in Rijksprentenkabinet te Amsterdam
H. Schaap archief 70
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 62
Omschrijving
Sr# archived icon Lantoine, Fernand Lantoine, Maretz / Frankrijk 1878- 1955
Impressionistisch schilder van landschappen, marines, stillevens, interieurs en figuren. Werkte in de Ardennen, aan de kust in België en Normandië, in Zuid-Frankrijk en Venetië. Vestigde zich in Ukkel en stelde vanaf 1903 tentoon.
Fernand Lantoine archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Artz, Constant Artz is geboren te Parijs op 3 juli 1870 en overleden op 23 
februari 1951 te Soestdijk
Constant David Ludovic Artz woonde en werkte in Soestdijk. Hij was leerling 
van de Academie voor Beeldende Kunst in Den Haag en een leerling van T. 
Offermans. Verder kreeg hij ook raadgevingen van H.W. Mesdag. Constant Artz 
werd in Parijs geboren als de zoon van David Artz (1837-1890). Net als zijn 
vader was hij geboeid door de natuur en schilderde hij veel in de open lucht, in 
een realistische stijl, eenden families in al hun doen en laten. Voor deze 
taferelen bestond in de 19e eeuw bij het publiek een grote belangstelling. 
Constant Artz was een meester in het verwerken van zon- en lichteffecten in 
zijn werk. Hij werd zeer bekend door zijn landschappen met molens, maar 
vooral door zijn watergezichten met eenden in al hun doen en laten. Constant 
Artz was eveneens een zeer bekwaam aquarellist, die uitstekend de 
aquarellen van de Haagse School kon kopiëren.
Constant Artz archief 11
Omschrijving
Sr# archived icon Schaap, H. Schaap is geboren te Delft op 28.12.1878 en overleden te 
Rotterdam op 16.03.1955

 

Hendrik Schaap woonde en werkte in Delft tot 1911, daarna in Rotterdam. 
Leerling van B.A. Bongers en Fr. Helfferich te Delft, daarna van de Technische 
Hogeschool aldaar o.l.v. A.F. Gips en Th. K. L. Sluyterman, vervolgens te Parijs 
leerling van de École des Arts Décoratifs.

Schilderde en tekende(was ook leraar Middelbaar Onderwijs tekenen in de 
Maasstad) stadsgezichten(markten met figuren, oude straatjes met mensen), 
figuren enz. Gaf les aan J. Heesterman, L. Hoenevelt, J.H. Schaap en H. 
Schallenberg. Was lid van de Kunstkring ‘Delft’ en de Kunst Sociëteit te 
Rotterdam.
Tekening(en) in Rijksprentenkabinet te Amsterdam
H. Schaap archief 71
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 63
Omschrijving
Sr# archived icon Lantoine, Fernand Lantoine, Maretz / Frankrijk 1878- 1955
Impressionistisch schilder van landschappen, marines, stillevens, interieurs en figuren. Werkte in de Ardennen, aan de kust in België en Normandië, in Zuid-Frankrijk en Venetië. Vestigde zich in Ukkel en stelde vanaf 1903 tentoon.
Fernand Lantoine archief 2
Omschrijving
Sr# archived icon Aquarel van Constant Artz. Artz, Constant Artz is geboren te Parijs op 3 juli 1870 en overleden op 23 
februari 1951 te Soestdijk
Constant David Ludovic Artz woonde en werkte in Soestdijk. Hij was leerling 
van de Academie voor Beeldende Kunst in Den Haag en een leerling van T. 
Offermans. Verder kreeg hij ook raadgevingen van H.W. Mesdag. Constant Artz 
werd in Parijs geboren als de zoon van David Artz (1837-1890). Net als zijn 
vader was hij geboeid door de natuur en schilderde hij veel in de open lucht, in 
een realistische stijl, eenden families in al hun doen en laten. Voor deze 
taferelen bestond in de 19e eeuw bij het publiek een grote belangstelling. 
Constant Artz was een meester in het verwerken van zon- en lichteffecten in 
zijn werk. Hij werd zeer bekend door zijn landschappen met molens, maar 
vooral door zijn watergezichten met eenden in al hun doen en laten. Constant 
Artz was eveneens een zeer bekwaam aquarellist, die uitstekend de 
aquarellen van de Haagse School kon kopiëren.
Constant Artz archief 2
Omschrijving
Sr# archived icon Schaap, H. Schaap is geboren te Delft op 28.12.1878 en overleden te 
Rotterdam op 16.03.1955

 

Hendrik Schaap woonde en werkte in Delft tot 1911, daarna in Rotterdam. 
Leerling van B.A. Bongers en Fr. Helfferich te Delft, daarna van de Technische 
Hogeschool aldaar o.l.v. A.F. Gips en Th. K. L. Sluyterman, vervolgens te Parijs 
leerling van de École des Arts Décoratifs.

Schilderde en tekende(was ook leraar Middelbaar Onderwijs tekenen in de 
Maasstad) stadsgezichten(markten met figuren, oude straatjes met mensen), 
figuren enz. Gaf les aan J. Heesterman, L. Hoenevelt, J.H. Schaap en H. 
Schallenberg. Was lid van de Kunstkring ‘Delft’ en de Kunst Sociëteit te 
Rotterdam.
Tekening(en) in Rijksprentenkabinet te Amsterdam
H. Schaap archief 72
Omschrijving
Sr# archived icon Zeegezicht, Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 64
Omschrijving
Sr# archived icon Prachtige aquarel van Constant Artz. Artz, Constant Artz is geboren te Parijs op 3 juli 1870 en overleden op 23 
februari 1951 te Soestdijk
Constant David Ludovic Artz woonde en werkte in Soestdijk. Hij was leerling 
van de Academie voor Beeldende Kunst in Den Haag en een leerling van T. 
Offermans. Verder kreeg hij ook raadgevingen van H.W. Mesdag. Constant Artz 
werd in Parijs geboren als de zoon van David Artz (1837-1890). Net als zijn 
vader was hij geboeid door de natuur en schilderde hij veel in de open lucht, in 
een realistische stijl, eenden families in al hun doen en laten. Voor deze 
taferelen bestond in de 19e eeuw bij het publiek een grote belangstelling. 
Constant Artz was een meester in het verwerken van zon- en lichteffecten in 
zijn werk. Hij werd zeer bekend door zijn landschappen met molens, maar 
vooral door zijn watergezichten met eenden in al hun doen en laten. Constant 
Artz was eveneens een zeer bekwaam aquarellist, die uitstekend de 
aquarellen van de Haagse School kon kopiëren.
Constant Artz archief 3
Omschrijving
Sr# archived icon Monster 02.04.1882 - Den Haag 21.10.1947
Delfgaauw, Gerardus Johannes (Gerard) Delfgaauw woonde en werkte sedert 
1914 in Rijswijk. Hij vormde zich voornamelijk zelf na een opleiding aan de 
toenmalige tekenacademie in Den Haag. Dit was rondom de eeuwwisseling. 
Delfgaauw werkte in impressionistisch-naturalistische trant. Hij heeft veel 
landschappen, stadsgezichten en winters geschilderd. Deze vonden in zijn tijd 
al grote aftrek. Verder was hij leermeester van zijn zoon dr. J.G.M. Delfgaauw. 
Bekend zijn de stadsgezichten op Delft en Dordrecht. Het schilderij
G.J. Delfgaauw archief 10
Omschrijving
Sr# archived icon Schaap, H. Schaap is geboren te Delft op 28.12.1878 en overleden te 
Rotterdam op 16.03.1955

 

Hendrik Schaap woonde en werkte in Delft tot 1911, daarna in Rotterdam. 
Leerling van B.A. Bongers en Fr. Helfferich te Delft, daarna van de Technische 
Hogeschool aldaar o.l.v. A.F. Gips en Th. K. L. Sluyterman, vervolgens te Parijs 
leerling van de École des Arts Décoratifs.

Schilderde en tekende(was ook leraar Middelbaar Onderwijs tekenen in de 
Maasstad) stadsgezichten(markten met figuren, oude straatjes met mensen), 
figuren enz. Gaf les aan J. Heesterman, L. Hoenevelt, J.H. Schaap en H. 
Schallenberg. Was lid van de Kunstkring ‘Delft’ en de Kunst Sociëteit te 
Rotterdam.
Tekening(en) in Rijksprentenkabinet te Amsterdam
H. Schaap archief 73
Omschrijving
Sr# archived icon Kustgezicht, Viegers,
Ben Viegers archief 65
Omschrijving
Sr# archived icon Lassche, Henk Lassche. “Deze schilder van het Hollandse landschap heeft, staand in de romantische traditie van de Noord-Europese schilderkunst, in de loop der jaren een geheel eigen beeldtaal ontwikkeld.

Het gaat bij hem niet om een “letterlijke” weergave van dat landschap met zijn weidse vergezichten en hoge luchten, maar om een persoonlijke verwerking hiervan.


De synthese van een expressionistische en informele benadering van zijn onderwerpen leidt bij hem tot abstracties, die mede ontstaan als gevolg van een uiterst intensieve werkwijze. Door laag op laag te zetten, door wegschrapen en bijwerken, ontstaan er schilderijen in olieverf, die telkens weer bij de aandachtige beschouwer nieuwe en verrassende beelden oproepen.


Het zijn werken die – hoe klein van formaat soms ook – de monumentaliteit van de door hem op zo eigen wijze verwerkte onderwerpen overtuigend en indrukwekkend laten zien”.
Henk Lassche archief 2
Omschrijving
Sr# archived icon Artz, Constant Artz is geboren te Parijs op 3 juli 1870 en overleden op 23 
februari 1951 te Soestdijk
Constant David Ludovic Artz woonde en werkte in Soestdijk. Hij was leerling 
van de Academie voor Beeldende Kunst in Den Haag en een leerling van T. 
Offermans. Verder kreeg hij ook raadgevingen van H.W. Mesdag. Constant Artz 
werd in Parijs geboren als de zoon van David Artz (1837-1890). Net als zijn 
vader was hij geboeid door de natuur en schilderde hij veel in de open lucht, in 
een realistische stijl, eenden families in al hun doen en laten. Voor deze 
taferelen bestond in de 19e eeuw bij het publiek een grote belangstelling. 
Constant Artz was een meester in het verwerken van zon- en lichteffecten in 
zijn werk. Hij werd zeer bekend door zijn landschappen met molens, maar 
vooral door zijn watergezichten met eenden in al hun doen en laten. Constant 
Artz was eveneens een zeer bekwaam aquarellist, die uitstekend de 
aquarellen van de Haagse School kon kopiëren.
Constant Artz archief 4
Omschrijving
Sr# archived icon Hoorn, Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 66
Omschrijving
Sr# archived icon Lassche, Henk Lassche. “Deze schilder van het Hollandse landschap heeft, staand in de romantische traditie van de Noord-Europese schilderkunst, in de loop der jaren een geheel eigen beeldtaal ontwikkeld.

Het gaat bij hem niet om een “letterlijke” weergave van dat landschap met zijn weidse vergezichten en hoge luchten, maar om een persoonlijke verwerking hiervan.


De synthese van een expressionistische en informele benadering van zijn onderwerpen leidt bij hem tot abstracties, die mede ontstaan als gevolg van een uiterst intensieve werkwijze. Door laag op laag te zetten, door wegschrapen en bijwerken, ontstaan er schilderijen in olieverf, die telkens weer bij de aandachtige beschouwer nieuwe en verrassende beelden oproepen.


Het zijn werken die – hoe klein van formaat soms ook – de monumentaliteit van de door hem op zo eigen wijze verwerkte onderwerpen overtuigend en indrukwekkend laten zien”.
Henk Lassche archief 3
Omschrijving
Sr# archived icon Artz, Constant Artz is geboren te Parijs op 3 juli 1870 en overleden op 23 
februari 1951 te Soestdijk
Constant David Ludovic Artz woonde en werkte in Soestdijk. Hij was leerling 
van de Academie voor Beeldende Kunst in Den Haag en een leerling van T. 
Offermans. Verder kreeg hij ook raadgevingen van H.W. Mesdag. Constant Artz 
werd in Parijs geboren als de zoon van David Artz (1837-1890). Net als zijn 
vader was hij geboeid door de natuur en schilderde hij veel in de open lucht, in 
een realistische stijl, eenden families in al hun doen en laten. Voor deze 
taferelen bestond in de 19e eeuw bij het publiek een grote belangstelling. 
Constant Artz was een meester in het verwerken van zon- en lichteffecten in 
zijn werk. Hij werd zeer bekend door zijn landschappen met molens, maar 
vooral door zijn watergezichten met eenden in al hun doen en laten. Constant 
Artz was eveneens een zeer bekwaam aquarellist, die uitstekend de 
aquarellen van de Haagse School kon kopiëren.
Constant Artz archief 5
Omschrijving
Sr# archived icon Martinietoren in Groningen, Schaap, H. Schaap is geboren te Delft op 28.12.1878 en overleden te 
Rotterdam op 16.03.1955

 

Hendrik Schaap woonde en werkte in Delft tot 1911, daarna in Rotterdam. 
Leerling van B.A. Bongers en Fr. Helfferich te Delft, daarna van de Technische 
Hogeschool aldaar o.l.v. A.F. Gips en Th. K. L. Sluyterman, vervolgens te Parijs 
leerling van de École des Arts Décoratifs.

Schilderde en tekende(was ook leraar Middelbaar Onderwijs tekenen in de 
Maasstad) stadsgezichten(markten met figuren, oude straatjes met mensen), 
figuren enz. Gaf les aan J. Heesterman, L. Hoenevelt, J.H. Schaap en H. 
Schallenberg. Was lid van de Kunstkring ‘Delft’ en de Kunst Sociëteit te 
Rotterdam.
Tekening(en) in Rijksprentenkabinet te Amsterdam
H. Schaap archief 75
Omschrijving
Sr# 1260 archived icon The beast and the beauty, olieverf op linnen, afmeting 100x100cm doekmaat
1260
Omschrijving
Sr# archived icon Stadsgezicht Leiden met de Marekerk, Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 67
Omschrijving
Sr# archived icon
0602
Omschrijving
Sr# archived icon Schaap, Egbert Rubertus Derk; geboren Nigtevecht 4 juli 1862, overleden Ankeveen 24 mei 1939.
Verwierf grote bekendheid door zijn bloeiende vruchtbomen, en watergezichten.
Verschillende musea vertegenwoordigen zijn werk o.a.; Goois Museum Hilversum, Frans Hals Museum Haarlem, Stedelijk Van Abbemuseum Eindhoven etc.
E.R.D. Schaap archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon stilleven met fruit, afgebeeld in de monografie van Ben Viegers pagina 38, Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 68
Omschrijving
Sr# archived icon Lassche, Henk Lassche. “Deze schilder van het Hollandse landschap heeft, staand in de romantische traditie van de Noord-Europese schilderkunst, in de loop der jaren een geheel eigen beeldtaal ontwikkeld.

Het gaat bij hem niet om een “letterlijke” weergave van dat landschap met zijn weidse vergezichten en hoge luchten, maar om een persoonlijke verwerking hiervan.


De synthese van een expressionistische en informele benadering van zijn onderwerpen leidt bij hem tot abstracties, die mede ontstaan als gevolg van een uiterst intensieve werkwijze. Door laag op laag te zetten, door wegschrapen en bijwerken, ontstaan er schilderijen in olieverf, die telkens weer bij de aandachtige beschouwer nieuwe en verrassende beelden oproepen.


Het zijn werken die – hoe klein van formaat soms ook – de monumentaliteit van de door hem op zo eigen wijze verwerkte onderwerpen overtuigend en indrukwekkend laten zien”.
Henk Lassche archief 5
Omschrijving
Sr# archived icon Artz, Constant Artz is geboren te Parijs op 3 juli 1870 en overleden op 23 
februari 1951 te Soestdijk
Constant David Ludovic Artz woonde en werkte in Soestdijk. Hij was leerling 
van de Academie voor Beeldende Kunst in Den Haag en een leerling van T. 
Offermans. Verder kreeg hij ook raadgevingen van H.W. Mesdag. Constant Artz 
werd in Parijs geboren als de zoon van David Artz (1837-1890). Net als zijn 
vader was hij geboeid door de natuur en schilderde hij veel in de open lucht, in 
een realistische stijl, eenden families in al hun doen en laten. Voor deze 
taferelen bestond in de 19e eeuw bij het publiek een grote belangstelling. 
Constant Artz was een meester in het verwerken van zon- en lichteffecten in 
zijn werk. Hij werd zeer bekend door zijn landschappen met molens, maar 
vooral door zijn watergezichten met eenden in al hun doen en laten. Constant 
Artz was eveneens een zeer bekwaam aquarellist, die uitstekend de 
aquarellen van de Haagse School kon kopiëren.
Constant Artz archief 7
Omschrijving
Sr# archived icon Boerenerf met kippen, gesigneerd met H. van Gessel, Monster 02.04.1882 - Den Haag 21.10.1947
Delfgaauw, Gerardus Johannes (Gerard) Delfgaauw woonde en werkte sedert 
1914 in Rijswijk. Hij vormde zich voornamelijk zelf na een opleiding aan de 
toenmalige tekenacademie in Den Haag. Dit was rondom de eeuwwisseling. 
Delfgaauw werkte in impressionistisch-naturalistische trant. Hij heeft veel 
landschappen, stadsgezichten en winters geschilderd. Deze vonden in zijn tijd 
al grote aftrek. Verder was hij leermeester van zijn zoon dr. J.G.M. Delfgaauw. 
Bekend zijn de stadsgezichten op Delft en Dordrecht. Het schilderij
G.J. Delfgaauw archief 11
Omschrijving
Sr# archived icon
0603
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 70
Omschrijving
Sr# archived icon Lassche, Henk Lassche. “Deze schilder van het Hollandse landschap heeft, staand in de romantische traditie van de Noord-Europese schilderkunst, in de loop der jaren een geheel eigen beeldtaal ontwikkeld.

Het gaat bij hem niet om een “letterlijke” weergave van dat landschap met zijn weidse vergezichten en hoge luchten, maar om een persoonlijke verwerking hiervan.


De synthese van een expressionistische en informele benadering van zijn onderwerpen leidt bij hem tot abstracties, die mede ontstaan als gevolg van een uiterst intensieve werkwijze. Door laag op laag te zetten, door wegschrapen en bijwerken, ontstaan er schilderijen in olieverf, die telkens weer bij de aandachtige beschouwer nieuwe en verrassende beelden oproepen.


Het zijn werken die – hoe klein van formaat soms ook – de monumentaliteit van de door hem op zo eigen wijze verwerkte onderwerpen overtuigend en indrukwekkend laten zien”.
Henk Lassche archief 5
Omschrijving
Sr# archived icon Artz, Constant Artz is geboren te Parijs op 3 juli 1870 en overleden op 23 
februari 1951 te Soestdijk
Constant David Ludovic Artz woonde en werkte in Soestdijk. Hij was leerling 
van de Academie voor Beeldende Kunst in Den Haag en een leerling van T. 
Offermans. Verder kreeg hij ook raadgevingen van H.W. Mesdag. Constant Artz 
werd in Parijs geboren als de zoon van David Artz (1837-1890). Net als zijn 
vader was hij geboeid door de natuur en schilderde hij veel in de open lucht, in 
een realistische stijl, eenden families in al hun doen en laten. Voor deze 
taferelen bestond in de 19e eeuw bij het publiek een grote belangstelling. 
Constant Artz was een meester in het verwerken van zon- en lichteffecten in 
zijn werk. Hij werd zeer bekend door zijn landschappen met molens, maar 
vooral door zijn watergezichten met eenden in al hun doen en laten. Constant 
Artz was eveneens een zeer bekwaam aquarellist, die uitstekend de 
aquarellen van de Haagse School kon kopiëren.
Constant Artz archief 70
Omschrijving
Sr# archived icon
0601
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 71
Omschrijving
Sr# archived icon Daniel Van der Putten werd geboren in een klein boerendorpje in de buurt van Rembrandts geboorteplaats Leiden, Holland. Van de vele schilders in het Van der Putten familie, zijn tante is vooral opmerkelijk als een beroemde portret schilder wiens werken vaak  worden tentoongesteld in New York. Hoewel Van der Putten altijd had willen schilderen, werkte hij samen met zijn vader in het tuinbouwbedrijf alvorens te beslissen om zich volledig te wijden aan de kunst. Tijdens een reis naar Australië ontmoette Van der Putten zijn Schotse vrouw. Na hun huwelijk, reisden ze de wereld rond en vervolgens vestigden ze zich in Schotland. Daar begonnen ze de technieken van de grote Nederlandse meesters te onderzoeken en het landschap van de plaatsen die zij hebben bezocht te bestuderen van hun frequente reizen. Hun interesse groeide geleidelijk in de schilderkunst. Tot slot, als laatste hun verhuizing naar Engeland, Van der Putten was zo geïnspireerd door het Engelse platteland, dat hij een full-time schilder is geworden. Vandaag is Van der Putten is uitgegroeid tot een succesvol kunstenaar met een geheel eigen stijl. Zijn fascinatie voor kleur en schaduw komt voort uit zijn paneel, met name in de vorm van zeer gedetailleerde bomen en luchten. Die biedt een breed scala van verschillende stemmingen en seizoenen, zijn schilderijen hebben een kwaliteit van het licht en intensiteit die weinig kunstenaars ooit kunnen bereiken. Britse landschappen van de kunstenaar zijn duidelijk opmerkelijk.
Na zijn schilderijen getoond in Engeland, Europa, de Verenigde Staten en Canada, hebben zijn tentoonstellingen tot nu toe geleid tot grote successen. De werken van Daniel Van der Putten zijn een constante bron van genot voor particuliere verzamelaars over de hele wereld.
Daniel van der Putten archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Asperen van Piet Hein


Harlingen 08.02.1895 – 1969

 

Piet Hein van Asperen woonde en werkte in Harlingen, Amsterdam, Rotterdam, tot 1930 en Leeuwarden. Leerling van de Quellinusschool te Amsterdam o.l.v. J.B. Heukelom en C. Rol. Schildert, aquarelleert en tekent stillevens, figuren, haven- en stadsgezichten. Lid van de ‘Boun fan Fryske Kunstners’ te Leeuwarden.

Werken o.a. in het stadhuis te Leeuwarden en in het Zuiderzeemuseum te Enkhuizen.
P.H. van Asperen archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 72
Omschrijving
Sr# archived icon Henk van Leeuwen groeide op in een gezin met 8 kinderen. Al jong, op zijn 12e jaar begon hij actief te tekenen. Thuis tekende hij alles waar zijn oog op viel, zijn moeder zijn zusjes en zijn konijnen. Hij had een onbedwingbare aandrang tot tekenen. Toen hij aan zijn vader te kennen gaf verder te willen gaan met tekenen vond deze dat best, onder de voorwaarde dat Henk eerst een echt vak zou leren. Zo belandde hij op 14 jarige leeftijd als leerling bij een verversbaas, die alle ins en outs van het maken van verf kende. Hier werkte hij van 's morgens vroeg tot 's avonds laat en kreeg hij de fijne kneepjes van het verf maken onder de knie. Zo leerde hij de geheimen van verschillende kleuren en verfsoorten; de okers, de ombers, het loodwit, het zinkwit en de zwarten. 
 
Na een jaar kwam hij in de leer bij de landschapschilder A.J.J. van der Voo in Hek. Voor zijn lessen betaalde hij door de kennelhokken schoon te houden, in de tuin te werken en door  s'zaterdags een  kip te slachten. In 1910 kwam Henk in contact met ene Jan van Erp, een jute handelaar uit Tilburg, die hem overhaalde naar Tilburg te komen om daar te studeren. Uiteindelijk kwam hier weinig van terecht. Wel kocht van Erp 12 doeken. Vol van dit succes vertelde Henk dit verhaal aan de plaatselijke touwslager Van der Lee. Deze besloot zijn plaatsgenoot financieel te steunen.
 
In het zelfde jaar schrijft zijn vriend Jan aan Henk dat Jan Toorop het werk van Henk had gezien en zich hierover naast enkele opmerkingen, zeer lovend had uitgelaten.
 
Tussen 1910 en 1920 maakte hij reizen naar België, Frankrijk en Italië en raakt hij in contact met J.J. van Jole, Willem de zwart, Jongkind, Toorop, Konijenburg en anderen.
 
In 1914 overlijdt zijn vader, waarna Henk naar Den Haag trekt en lessen volgt aan de Haagse academie. In 1919 treedt Henk in het huwelijk en in 1923  verhuist het paar naar Voorburg. In 1926 huurt hij een atelier in Parijs waar hij studeert aan de Academie Colaro en aan de Ecole Julian. Deze laatste heeft op zijn vorming de meeste invloed gehad. Hier kwam hij in aanraking met het luminisme. Zijn werk werd
Henk van Leeuwen V.O. archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Daniel Van der Putten werd geboren in een klein boerendorpje in de buurt van Rembrandts geboorteplaats Leiden, Holland. Van de vele schilders in het Van der Putten familie, zijn tante is vooral opmerkelijk als een beroemde portret schilder wiens werken vaak  worden tentoongesteld in New York. Hoewel Van der Putten altijd had willen schilderen, werkte hij samen met zijn vader in het tuinbouwbedrijf alvorens te beslissen om zich volledig te wijden aan de kunst. Tijdens een reis naar Australië ontmoette Van der Putten zijn Schotse vrouw. Na hun huwelijk, reisden ze de wereld rond en vervolgens vestigden ze zich in Schotland. Daar begonnen ze de technieken van de grote Nederlandse meesters te onderzoeken en het landschap van de plaatsen die zij hebben bezocht te bestuderen van hun frequente reizen. Hun interesse groeide geleidelijk in de schilderkunst. Tot slot, als laatste hun verhuizing naar Engeland, Van der Putten was zo geïnspireerd door het Engelse platteland, dat hij een full-time schilder is geworden. Vandaag is Van der Putten is uitgegroeid tot een succesvol kunstenaar met een geheel eigen stijl. Zijn fascinatie voor kleur en schaduw komt voort uit zijn paneel, met name in de vorm van zeer gedetailleerde bomen en luchten. Die biedt een breed scala van verschillende stemmingen en seizoenen, zijn schilderijen hebben een kwaliteit van het licht en intensiteit die weinig kunstenaars ooit kunnen bereiken. Britse landschappen van de kunstenaar zijn duidelijk opmerkelijk.
Na zijn schilderijen getoond in Engeland, Europa, de Verenigde Staten en Canada, hebben zijn tentoonstellingen tot nu toe geleid tot grote successen. De werken van Daniel Van der Putten zijn een constante bron van genot voor particuliere verzamelaars over de hele wereld.
Daniel van der Putten archief 10
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 73
Omschrijving
Sr# archived icon Leickert, Charles H.J. 
Brussel 1816 - 1907 Mainz (Duitsland) 

Charles Leickert was leerling van onder meer B.J. van Hove en van W.J.J. Nuijen en vanaf 1839 van Andreas Schelfhout. Vooral deze laatste had veel invloed op zijn werk. Hij schilderde prachtige Hollandse ijsgezichten, zomerse landschappen en riviergezichten, waarin hij allerlei motieven verwerkte uit zijn schetsboeken. Na 1859 schilderde hij daarnaast ook strandtaferelen en stadsgezichten. De aantrekkelijkheid van zijn schilderijen wordt onder andere bepaald door de prachtige lichtval en sterk verhalende details. Tevens etste en lithografeerde hij. Vanaf 1848 was Leickert lid van Arti en Amicitiae te Amsterdam. In 1856 werd hij benoemd tot lid van de Koninklijke Academie te Amsterdam. 

Werk van hem hangt o.a. in het Rijksmuseum in Amsterdam, het Haags Gemeentemuseum en het Museum Boymans-van Beuningen in Rotterdam.
C.H.J. Leickert archief 70
Omschrijving
Sr# archived icon Daniel Van der Putten werd geboren in een klein boerendorpje in de buurt van Rembrandts geboorteplaats Leiden, Holland. Van de vele schilders in het Van der Putten familie, zijn tante is vooral opmerkelijk als een beroemde portret schilder wiens werken vaak  worden tentoongesteld in New York. Hoewel Van der Putten altijd had willen schilderen, werkte hij samen met zijn vader in het tuinbouwbedrijf alvorens te beslissen om zich volledig te wijden aan de kunst. Tijdens een reis naar Australië ontmoette Van der Putten zijn Schotse vrouw. Na hun huwelijk, reisden ze de wereld rond en vervolgens vestigden ze zich in Schotland. Daar begonnen ze de technieken van de grote Nederlandse meesters te onderzoeken en het landschap van de plaatsen die zij hebben bezocht te bestuderen van hun frequente reizen. Hun interesse groeide geleidelijk in de schilderkunst. Tot slot, als laatste hun verhuizing naar Engeland, Van der Putten was zo geïnspireerd door het Engelse platteland, dat hij een full-time schilder is geworden. Vandaag is Van der Putten is uitgegroeid tot een succesvol kunstenaar met een geheel eigen stijl. Zijn fascinatie voor kleur en schaduw komt voort uit zijn paneel, met name in de vorm van zeer gedetailleerde bomen en luchten. Die biedt een breed scala van verschillende stemmingen en seizoenen, zijn schilderijen hebben een kwaliteit van het licht en intensiteit die weinig kunstenaars ooit kunnen bereiken. Britse landschappen van de kunstenaar zijn duidelijk opmerkelijk.
Na zijn schilderijen getoond in Engeland, Europa, de Verenigde Staten en Canada, hebben zijn tentoonstellingen tot nu toe geleid tot grote successen. De werken van Daniel Van der Putten zijn een constante bron van genot voor particuliere verzamelaars over de hele wereld.
Daniel van der Putten archief 11
Omschrijving
Sr# archived icon Baaijens, Franciscus is geboren op 17 januari 1896 te Enschede en overleden in 1970 aldaar.
Hij was leerling van B.H. Bolink.
Gaf zelf les en raadgevingen aan B. Baaijens (zoon). Schilderde in hoofdzaak natuurgetrouwe landschappen, stillevens, portretten enz. Heeft vooral in Twente grote bekendheid gekregen door zijn schitterende landschappen met historische gebouwen. Wist op geraffineerde wijze het zonlicht te schilderen in zijn werk.
Frans Baaijens archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 74
Omschrijving
Sr# archived icon Letter, Jan Marinus (Jan) Letter, geboren op 19 juni 1914 in Hilversum en overleden op 17 maart 1989 eveneens te Hilversum. Woonde en werkte in Hilversum tot 1943, Bussum; sinds 1964 in Laren (N.H.). Kreeg tekenlessen van L.P. Versteeg, Jelle Troelstra en A.C. Sleeswijk. Schildert, aquarelleert, tekent (pen), maakt gouaches, collages en decors voor toneel en opera. Heeft een geheel eigen trant  (soms realistisch en abstrakt) en maakt landschappen, stillevens en fantastische onderwerpen. Lid van de Stichting Gooise Schilders en van de Nederlandse Vereniging van Kunstschilders.
J.M. Letter archief 5
Omschrijving
Sr# archived icon Korenveld met dieren, Daniel Van der Putten werd geboren in een klein boerendorpje in de buurt van Rembrandts geboorteplaats Leiden, Holland. Van de vele schilders in het Van der Putten familie, zijn tante is vooral opmerkelijk als een beroemde portret schilder wiens werken vaak  worden tentoongesteld in New York. Hoewel Van der Putten altijd had willen schilderen, werkte hij samen met zijn vader in het tuinbouwbedrijf alvorens te beslissen om zich volledig te wijden aan de kunst. Tijdens een reis naar Australië ontmoette Van der Putten zijn Schotse vrouw. Na hun huwelijk, reisden ze de wereld rond en vervolgens vestigden ze zich in Schotland. Daar begonnen ze de technieken van de grote Nederlandse meesters te onderzoeken en het landschap van de plaatsen die zij hebben bezocht te bestuderen van hun frequente reizen. Hun interesse groeide geleidelijk in de schilderkunst. Tot slot, als laatste hun verhuizing naar Engeland, Van der Putten was zo geïnspireerd door het Engelse platteland, dat hij een full-time schilder is geworden. Vandaag is Van der Putten is uitgegroeid tot een succesvol kunstenaar met een geheel eigen stijl. Zijn fascinatie voor kleur en schaduw komt voort uit zijn paneel, met name in de vorm van zeer gedetailleerde bomen en luchten. Die biedt een breed scala van verschillende stemmingen en seizoenen, zijn schilderijen hebben een kwaliteit van het licht en intensiteit die weinig kunstenaars ooit kunnen bereiken. Britse landschappen van de kunstenaar zijn duidelijk opmerkelijk.
Na zijn schilderijen getoond in Engeland, Europa, de Verenigde Staten en Canada, hebben zijn tentoonstellingen tot nu toe geleid tot grote successen. De werken van Daniel Van der Putten zijn een constante bron van genot voor particuliere verzamelaars over de hele wereld.
Daniel van der Putten archief 12
Omschrijving
Sr# archived icon Baaijens, Franciscus is geboren op 17 januari 1896 te Enschede en overleden in 1970 aldaar.
Hij was leerling van B.H. Bolink.
Gaf zelf les en raadgevingen aan B. Baaijens (zoon). Schilderde in hoofdzaak natuurgetrouwe landschappen, stillevens, portretten enz. Heeft vooral in Twente grote bekendheid gekregen door zijn schitterende landschappen met historische gebouwen. Wist op geraffineerde wijze het zonlicht te schilderen in zijn werk.
Frans Baaijens archief 2
Omschrijving
Sr# archived icon Utrecht 22.06.1832 – Utrecht 04.09.1912.

 

Adrianus van Everdingen woonde en werkte in Utrecht. Leerling van J.W. Bilders, raadgevingen en invloed van W. Roelofs. Schilderde landschappen, heeft o.a. ook geëtst, geaquarellerd en gelithografeerd. Was lid van ‘Arti et Amicitiae’ te Amsterdam. 
Twee werken in Centraal Museum te Utrecht nl.:'Weidelandschap' en 'Landschap met boerin en twee koeien'.
A. van Everdingen archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 75
Omschrijving
Sr# archived icon In 1931 vestigt Leurs zich in Rijswijk. Hij kan daar de atelier-woning overnemen van de kort daarvoor overleden kunstenaar W.B. van Horssen. De atelier-woning maakt deel uit van een groot 17de eeuws complex, De Doelen, gelegen in het hart van Rijswijk. Hier blijft Leurs de rest van zijn leven werken en wonen. Van De Doelen maakt hij een kunstcentrum:
H.J. Leurs archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Boswandeling met hond, Daniel Van der Putten werd geboren in een klein boerendorpje in de buurt van Rembrandts geboorteplaats Leiden, Holland. Van de vele schilders in het Van der Putten familie, zijn tante is vooral opmerkelijk als een beroemde portret schilder wiens werken vaak  worden tentoongesteld in New York. Hoewel Van der Putten altijd had willen schilderen, werkte hij samen met zijn vader in het tuinbouwbedrijf alvorens te beslissen om zich volledig te wijden aan de kunst. Tijdens een reis naar Australië ontmoette Van der Putten zijn Schotse vrouw. Na hun huwelijk, reisden ze de wereld rond en vervolgens vestigden ze zich in Schotland. Daar begonnen ze de technieken van de grote Nederlandse meesters te onderzoeken en het landschap van de plaatsen die zij hebben bezocht te bestuderen van hun frequente reizen. Hun interesse groeide geleidelijk in de schilderkunst. Tot slot, als laatste hun verhuizing naar Engeland, Van der Putten was zo geïnspireerd door het Engelse platteland, dat hij een full-time schilder is geworden. Vandaag is Van der Putten is uitgegroeid tot een succesvol kunstenaar met een geheel eigen stijl. Zijn fascinatie voor kleur en schaduw komt voort uit zijn paneel, met name in de vorm van zeer gedetailleerde bomen en luchten. Die biedt een breed scala van verschillende stemmingen en seizoenen, zijn schilderijen hebben een kwaliteit van het licht en intensiteit die weinig kunstenaars ooit kunnen bereiken. Britse landschappen van de kunstenaar zijn duidelijk opmerkelijk.
Na zijn schilderijen getoond in Engeland, Europa, de Verenigde Staten en Canada, hebben zijn tentoonstellingen tot nu toe geleid tot grote successen. De werken van Daniel Van der Putten zijn een constante bron van genot voor particuliere verzamelaars over de hele wereld.
Daniel van der Putten archief 13
Omschrijving
Sr# archived icon C.A. Balwé 1863 - 1954 
Woonde en werkte aanvankelijk in Amsterdam, vanaf 1902 in Laren waar zij leerlinge was van Nicolaas Bastert en Ferdinand Oldewelt. Haar schilderijen blinken uit door een krachtig palet waarin zij lichtval en stofuitdrukking op harmonieueuze wijze weet te combineren. Haar schilderijen komen sporadisch in de verkoop. Constantia ('Stans') Arnolda Balwé wordt geboren op 14 augustus 1863 te Haarlem. Over haar jeugd is niet veel te vinden. Op 25 april 1898 laat haar moeder Petronella Constantia Catharina Balwé-van Steenbergen zich met haar dienstbode Maria de Roode inschrijven in het bevolkingsregister van Nunspeet.
Ze gaan wonen op het adres L-1. Op 27 oktober 1898 vertrekken ze naar Bloemendaal. Op april 1900 volgt een nieuwe inschrijving in Nunspeet, en de drie dames gaan wonen in Huize Eikenhof, LL-15, later Boslaan, en nu Dr. Schoutlaan 19.
In 1910 verkopen zij het huis aan de kunstschilder Cornelis Koppenol.
Ze gaan vervolgens in Laren wonen.
Stans is een leerling van S.N. (Nicolaas) Bastert (in 1895), F.G.W. (Ferdinand) Oldewelt en van de Kunstnijverheidschool te Haarlem. Ze schildert vooral stillevens met bloemen.
Ze heeft geexposeerd in Rotterdam in 1902.
Zij exposeerde verder in Amsterdam en Amerika. Onderwerpen: bloemen.
Zij was lid van de vereniging 'Arti et Amicitiae' en 'St. Lucas' te Amsterdam en van de vereniging 'Laren-Blaricum'.
Tentoonstellingen:
C.A. Balwe archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 76
Omschrijving
Sr# archived icon Jos Leurs (1948 Noord Brabant) - De stijl waarin Jos Leurs werkt en de samenstelling van zijn palet wijken radicaal af van alles wat je zou verwachten als je weet dat hij in Brabant geboren is. Leurs werkt in juist in brede kleurrijke toetsen die elkaar overlappen, of als segmenten van een mozaïek scherp tegen elkaar aangezet worden. Wie voor zijn panelen of doeken staat, bouwt zelf uit een werveling van vlakken en lijnen, stippen en dwarse halen, het beeld van het landschap of het stilleven zoals Leurs dat ter plekke met eigen ogen heeft gezien.
Jos Leurs archief 7
Omschrijving
Sr# archived icon Daniel Van der Putten werd geboren in een klein boerendorpje in de buurt van Rembrandts geboorteplaats Leiden, Holland. Van de vele schilders in het Van der Putten familie, zijn tante is vooral opmerkelijk als een beroemde portret schilder wiens werken vaak  worden tentoongesteld in New York. Hoewel Van der Putten altijd had willen schilderen, werkte hij samen met zijn vader in het tuinbouwbedrijf alvorens te beslissen om zich volledig te wijden aan de kunst. Tijdens een reis naar Australië ontmoette Van der Putten zijn Schotse vrouw. Na hun huwelijk, reisden ze de wereld rond en vervolgens vestigden ze zich in Schotland. Daar begonnen ze de technieken van de grote Nederlandse meesters te onderzoeken en het landschap van de plaatsen die zij hebben bezocht te bestuderen van hun frequente reizen. Hun interesse groeide geleidelijk in de schilderkunst. Tot slot, als laatste hun verhuizing naar Engeland, Van der Putten was zo geïnspireerd door het Engelse platteland, dat hij een full-time schilder is geworden. Vandaag is Van der Putten is uitgegroeid tot een succesvol kunstenaar met een geheel eigen stijl. Zijn fascinatie voor kleur en schaduw komt voort uit zijn paneel, met name in de vorm van zeer gedetailleerde bomen en luchten. Die biedt een breed scala van verschillende stemmingen en seizoenen, zijn schilderijen hebben een kwaliteit van het licht en intensiteit die weinig kunstenaars ooit kunnen bereiken. Britse landschappen van de kunstenaar zijn duidelijk opmerkelijk.
Na zijn schilderijen getoond in Engeland, Europa, de Verenigde Staten en Canada, hebben zijn tentoonstellingen tot nu toe geleid tot grote successen. De werken van Daniel Van der Putten zijn een constante bron van genot voor particuliere verzamelaars over de hele wereld.
Daniel van der Putten archief 2
Omschrijving
Sr# archived icon Mosseltrap bij plan C te Rotterdam, Jurrien Marinus Beek, geb. te Arnhem op 5 april 1879, overleden te Den Haag op 15 oktober 1965
J.M. Beek archief 5
Omschrijving
Sr# archived icon
Jos van Dijk archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Fleur, Willy Fleur geboren in 1888 en overleden in 1967. Bekend schilder van bloemen, landschappen, tropische vogels en vissen. Ontving zijn opleiding aan de kunstacademies van Rotterdam en Den Haag. In zijn stilleven zijn vaak Indische invloeden merkbaar. Werk van Fleur werd opgenomen in de collectie van het Westlands Museum te Kwintsheul (gemeente Westland) en in de collectie van het Katwijks Museum.
Willy Fleur archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 77
Omschrijving
Sr# archived icon Jan van der Linde is op 3 januari 1864 in Amsterdam geboren en daar ook overleden op 8 maart 1945.
Jan is de vader en leermeester van Johan van der linde (J. van der Linde jr.).
Hij woonde en werkte hoofdzakelijk in Amsterdam en was leerling van A. Hilverdink.
In 1914 kwam hij van Sloten (N.H.) weer terug naar Amsterdam.
Jan schilderde, aquarelleerde en tekende marines vooral van de zuiderzee, strand- en havengezichten, landschappen en topografische stadsgezichten, voornamelijk van het oude Amsterdam.
Jan van der Linde archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Daniel Van der Putten werd geboren in een klein boerendorpje in de buurt van Rembrandts geboorteplaats Leiden, Holland. Van de vele schilders in het Van der Putten familie, zijn tante is vooral opmerkelijk als een beroemde portret schilder wiens werken vaak  worden tentoongesteld in New York. Hoewel Van der Putten altijd had willen schilderen, werkte hij samen met zijn vader in het tuinbouwbedrijf alvorens te beslissen om zich volledig te wijden aan de kunst. Tijdens een reis naar Australië ontmoette Van der Putten zijn Schotse vrouw. Na hun huwelijk, reisden ze de wereld rond en vervolgens vestigden ze zich in Schotland. Daar begonnen ze de technieken van de grote Nederlandse meesters te onderzoeken en het landschap van de plaatsen die zij hebben bezocht te bestuderen van hun frequente reizen. Hun interesse groeide geleidelijk in de schilderkunst. Tot slot, als laatste hun verhuizing naar Engeland, Van der Putten was zo geïnspireerd door het Engelse platteland, dat hij een full-time schilder is geworden. Vandaag is Van der Putten is uitgegroeid tot een succesvol kunstenaar met een geheel eigen stijl. Zijn fascinatie voor kleur en schaduw komt voort uit zijn paneel, met name in de vorm van zeer gedetailleerde bomen en luchten. Die biedt een breed scala van verschillende stemmingen en seizoenen, zijn schilderijen hebben een kwaliteit van het licht en intensiteit die weinig kunstenaars ooit kunnen bereiken. Britse landschappen van de kunstenaar zijn duidelijk opmerkelijk.
Na zijn schilderijen getoond in Engeland, Europa, de Verenigde Staten en Canada, hebben zijn tentoonstellingen tot nu toe geleid tot grote successen. De werken van Daniel Van der Putten zijn een constante bron van genot voor particuliere verzamelaars over de hele wereld.
Daniel van der Putten archief 3
Omschrijving
Sr# archived icon
Jos van Dijk archief 2
Omschrijving
Sr# archived icon Fleur, Willy Fleur geboren in 1888 en overleden in 1967. Bekend schilder van bloemen, landschappen, tropische vogels en vissen. Ontving zijn opleiding aan de kunstacademies van Rotterdam en Den Haag. In zijn stilleven zijn vaak Indische invloeden merkbaar. Werk van Fleur werd opgenomen in de collectie van het Westlands Museum te Kwintsheul (gemeente Westland) en in de collectie van het Katwijks Museum.
Willy Fleur archief 2
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 78
Omschrijving
Sr# archived icon Daniel Van der Putten werd geboren in een klein boerendorpje in de buurt van Rembrandts geboorteplaats Leiden, Holland. Van de vele schilders in het Van der Putten familie, zijn tante is vooral opmerkelijk als een beroemde portret schilder wiens werken vaak  worden tentoongesteld in New York. Hoewel Van der Putten altijd had willen schilderen, werkte hij samen met zijn vader in het tuinbouwbedrijf alvorens te beslissen om zich volledig te wijden aan de kunst. Tijdens een reis naar Australië ontmoette Van der Putten zijn Schotse vrouw. Na hun huwelijk, reisden ze de wereld rond en vervolgens vestigden ze zich in Schotland. Daar begonnen ze de technieken van de grote Nederlandse meesters te onderzoeken en het landschap van de plaatsen die zij hebben bezocht te bestuderen van hun frequente reizen. Hun interesse groeide geleidelijk in de schilderkunst. Tot slot, als laatste hun verhuizing naar Engeland, Van der Putten was zo geïnspireerd door het Engelse platteland, dat hij een full-time schilder is geworden. Vandaag is Van der Putten is uitgegroeid tot een succesvol kunstenaar met een geheel eigen stijl. Zijn fascinatie voor kleur en schaduw komt voort uit zijn paneel, met name in de vorm van zeer gedetailleerde bomen en luchten. Die biedt een breed scala van verschillende stemmingen en seizoenen, zijn schilderijen hebben een kwaliteit van het licht en intensiteit die weinig kunstenaars ooit kunnen bereiken. Britse landschappen van de kunstenaar zijn duidelijk opmerkelijk.
Na zijn schilderijen getoond in Engeland, Europa, de Verenigde Staten en Canada, hebben zijn tentoonstellingen tot nu toe geleid tot grote successen. De werken van Daniel Van der Putten zijn een constante bron van genot voor particuliere verzamelaars over de hele wereld.
Daniel van der Putten archief 4
Omschrijving
Sr# archived icon
Jos van Dijk archief 20
Omschrijving
Sr# archived icon Fleur, Willy Fleur geboren in 1888 en overleden in 1967. Bekend schilder van bloemen, landschappen, tropische vogels en vissen. Ontving zijn opleiding aan de kunstacademies van Rotterdam en Den Haag. In zijn stilleven zijn vaak Indische invloeden merkbaar. Werk van Fleur werd opgenomen in de collectie van het Westlands Museum te Kwintsheul (gemeente Westland) en in de collectie van het Katwijks Museum.
Willy Fleur archief 3
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 79
Omschrijving
Sr# archived icon Daniel Van der Putten werd geboren in een klein boerendorpje in de buurt van Rembrandts geboorteplaats Leiden, Holland. Van de vele schilders in het Van der Putten familie, zijn tante is vooral opmerkelijk als een beroemde portret schilder wiens werken vaak  worden tentoongesteld in New York. Hoewel Van der Putten altijd had willen schilderen, werkte hij samen met zijn vader in het tuinbouwbedrijf alvorens te beslissen om zich volledig te wijden aan de kunst. Tijdens een reis naar Australië ontmoette Van der Putten zijn Schotse vrouw. Na hun huwelijk, reisden ze de wereld rond en vervolgens vestigden ze zich in Schotland. Daar begonnen ze de technieken van de grote Nederlandse meesters te onderzoeken en het landschap van de plaatsen die zij hebben bezocht te bestuderen van hun frequente reizen. Hun interesse groeide geleidelijk in de schilderkunst. Tot slot, als laatste hun verhuizing naar Engeland, Van der Putten was zo geïnspireerd door het Engelse platteland, dat hij een full-time schilder is geworden. Vandaag is Van der Putten is uitgegroeid tot een succesvol kunstenaar met een geheel eigen stijl. Zijn fascinatie voor kleur en schaduw komt voort uit zijn paneel, met name in de vorm van zeer gedetailleerde bomen en luchten. Die biedt een breed scala van verschillende stemmingen en seizoenen, zijn schilderijen hebben een kwaliteit van het licht en intensiteit die weinig kunstenaars ooit kunnen bereiken. Britse landschappen van de kunstenaar zijn duidelijk opmerkelijk.
Na zijn schilderijen getoond in Engeland, Europa, de Verenigde Staten en Canada, hebben zijn tentoonstellingen tot nu toe geleid tot grote successen. De werken van Daniel Van der Putten zijn een constante bron van genot voor particuliere verzamelaars over de hele wereld.
Daniel van der Putten archief 5
Omschrijving
Sr# archived icon Been, Daniël Been is geboren op 2 september 1885 te Rotterdam en overleden op 25 februari 1967 te Baarn. Woonde en werkte in rotterdam, later in baarn. Maakte studiereizen naar Zuid-frankrijk en spanje (Costa Brava).
Leerling van de Akademie voor B.K. te Rotterdam. Hij schilderde, aquarelleerde en tekende (ook in pastel) in naturalistische trant vooral uitstekende bloemstukken en landschappen. Was lid van 'De Rotterdammers' in de Maasstad.
Daniel Been archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon
Jos van Dijk archief 21
Omschrijving
Sr# archived icon bloemstilleven, Fleur, Willy Fleur geboren in 1888 en overleden in 1967. Bekend schilder van bloemen, landschappen, tropische vogels en vissen. Ontving zijn opleiding aan de kunstacademies van Rotterdam en Den Haag. In zijn stilleven zijn vaak Indische invloeden merkbaar. Werk van Fleur werd opgenomen in de collectie van het Westlands Museum te Kwintsheul (gemeente Westland) en in de collectie van het Katwijks Museum.
Willy Fleur archief 70
Omschrijving
Sr# archived icon Lubbers, Adriaan Lubbers is geboren in 1892 en overleden in 1954.
Amsterdam 1892-1954 New York
Lit.: Charles Dumas, Leo Endedijk, 'Meesters en Molens: Van Rembrandt tot Mondriaan', Zwolle/Amsterdam 2007, pag. 217, cat.nr. 138 (met afb. in kleur).
Tent.: 'Meesters en Molens. Van Rembrandt tot Mondriaan', Den Bosch, Noordbrabants Museum, 27 jan.-28 mei 2007/Den Haag, Museum Bredius, 15 juni-2 sept. 2007/Assen, Drents Museum, 18 sept.-9 dec. 2007.

Adriaan Lubbers koos al snel na zijn opleiding tot werktuigkundige voor een kunstenaarsbestaan. Als schilder was hij autodidact, leerde echter veel van bevriende kunstenaars, met name van Leo Gestel. In de periodes 1916-19 en 1926-28 verbleef Lubbers in New York, de stad die vanaf die tijd zo’n belangrijke rol in zijn leven en werk speelde. Begin jaren ’20 woonde Lubbers in Bergen en raakt hij bevriend met Gestel. Het werk uit deze periode toont verwantschap met de Bergense School. Daarna ontwikkelde hij een stijl die het midden houdt tussen een krachtig expressionisme en kubisme. Na zijn terugkeer in 1928 uit Amerika woont Lubbers tot vier jaar in Parijs, waar hij onder meer kennismaakt met Mondriaan. Het werk dat Lubbers na 1953 maakt is veel abstracter, vaak met New York als onderwerp.
Adriaan Lubbers archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Daniel Van der Putten werd geboren in een klein boerendorpje in de buurt van Rembrandts geboorteplaats Leiden, Holland. Van de vele schilders in het Van der Putten familie, zijn tante is vooral opmerkelijk als een beroemde portret schilder wiens werken vaak  worden tentoongesteld in New York. Hoewel Van der Putten altijd had willen schilderen, werkte hij samen met zijn vader in het tuinbouwbedrijf alvorens te beslissen om zich volledig te wijden aan de kunst. Tijdens een reis naar Australië ontmoette Van der Putten zijn Schotse vrouw. Na hun huwelijk, reisden ze de wereld rond en vervolgens vestigden ze zich in Schotland. Daar begonnen ze de technieken van de grote Nederlandse meesters te onderzoeken en het landschap van de plaatsen die zij hebben bezocht te bestuderen van hun frequente reizen. Hun interesse groeide geleidelijk in de schilderkunst. Tot slot, als laatste hun verhuizing naar Engeland, Van der Putten was zo geïnspireerd door het Engelse platteland, dat hij een full-time schilder is geworden. Vandaag is Van der Putten is uitgegroeid tot een succesvol kunstenaar met een geheel eigen stijl. Zijn fascinatie voor kleur en schaduw komt voort uit zijn paneel, met name in de vorm van zeer gedetailleerde bomen en luchten. Die biedt een breed scala van verschillende stemmingen en seizoenen, zijn schilderijen hebben een kwaliteit van het licht en intensiteit die weinig kunstenaars ooit kunnen bereiken. Britse landschappen van de kunstenaar zijn duidelijk opmerkelijk.
Na zijn schilderijen getoond in Engeland, Europa, de Verenigde Staten en Canada, hebben zijn tentoonstellingen tot nu toe geleid tot grote successen. De werken van Daniel Van der Putten zijn een constante bron van genot voor particuliere verzamelaars over de hele wereld.
Daniel van der Putten archief 6
Omschrijving
Sr# archived icon Andries van den Berg is geboren in den Haag in 1852 en ook daar gestorven in 1934.
Van jongs af was het voor Andries van den Berg duidelijk dat hij ‘in de kunst’ wilde. Hij werkte eerst als lithograaf, omdat zijn ouders geen brood zagen in een bestaan als kunstschilder. Op de academie in Den Haag volgde hij vanaf 1867 in de avond schilderlessen. Aan deze academie werd hij later docent, onder meer van Jan Wittenberg en Leendert van der Vlist. Ook zijn zoon W.H. (Willem) van den Berg kreeg les van hem. (Duin)landschappen, boereninterieurs, (bloem)stillevens en figuurstukken schilderde Van den Berg voornamelijk; ook was hij een uitmuntend graficus. Aanvankelijk werkte hij in romantische trant, maar rond 1900 ontstond een meer impressionistische stijl, met onderwerpen ontleend aan het dagelijkse bestaan.
A. van de Berg archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon
Jos van Dijk archief 22
Omschrijving
Sr# archived icon Fleur, Willy Fleur geboren in 1888 en overleden in 1967. Bekend schilder van bloemen, landschappen, tropische vogels en vissen. Ontving zijn opleiding aan de kunstacademies van Rotterdam en Den Haag. In zijn stilleven zijn vaak Indische invloeden merkbaar. Werk van Fleur werd opgenomen in de collectie van het Westlands Museum te Kwintsheul (gemeente Westland) en in de collectie van het Katwijks Museum.
Willy Fleur archief 71
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 80
Omschrijving
Sr# archived icon
Aage Lund archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Daniel Van der Putten werd geboren in een klein boerendorpje in de buurt van Rembrandts geboorteplaats Leiden, Holland. Van de vele schilders in het Van der Putten familie, zijn tante is vooral opmerkelijk als een beroemde portret schilder wiens werken vaak  worden tentoongesteld in New York. Hoewel Van der Putten altijd had willen schilderen, werkte hij samen met zijn vader in het tuinbouwbedrijf alvorens te beslissen om zich volledig te wijden aan de kunst. Tijdens een reis naar Australië ontmoette Van der Putten zijn Schotse vrouw. Na hun huwelijk, reisden ze de wereld rond en vervolgens vestigden ze zich in Schotland. Daar begonnen ze de technieken van de grote Nederlandse meesters te onderzoeken en het landschap van de plaatsen die zij hebben bezocht te bestuderen van hun frequente reizen. Hun interesse groeide geleidelijk in de schilderkunst. Tot slot, als laatste hun verhuizing naar Engeland, Van der Putten was zo geïnspireerd door het Engelse platteland, dat hij een full-time schilder is geworden. Vandaag is Van der Putten is uitgegroeid tot een succesvol kunstenaar met een geheel eigen stijl. Zijn fascinatie voor kleur en schaduw komt voort uit zijn paneel, met name in de vorm van zeer gedetailleerde bomen en luchten. Die biedt een breed scala van verschillende stemmingen en seizoenen, zijn schilderijen hebben een kwaliteit van het licht en intensiteit die weinig kunstenaars ooit kunnen bereiken. Britse landschappen van de kunstenaar zijn duidelijk opmerkelijk.
Na zijn schilderijen getoond in Engeland, Europa, de Verenigde Staten en Canada, hebben zijn tentoonstellingen tot nu toe geleid tot grote successen. De werken van Daniel Van der Putten zijn een constante bron van genot voor particuliere verzamelaars over de hele wereld.
Daniel van der Putten archief 7
Omschrijving
Sr# archived icon Berg, Freek van den Berg geboren te Amsterdam in1918 en overleden in 2000  te Veessen

 
‘De Kees van Dongen van Kattenburg’, een voor zichzelf sprekende benaming, zo werd ‘de Nederlandse fauvist’ Freek van den Berg veelvuldig genoemd. Dat de geboren en getogen Amsterdammer Freek van den Berg als een fauve schildert is een gevolg van zijn temperament, zijn levensdrift, zijn liefde voor het leven dat hij met optimisme beziet. Uit zijn schilderijen en aquarellen blijkt allereerst dat hij een geboren schilder is, die het métier ‘in de vingers’ heeft.

Al op jonge leeftijd was hij begiftigd met dit uitzonderlijke schilderstalent en verlaat op zijn 17e jaar het ouderlijk huis om kunstenaar te worden. Hij krijgt les van Frits Giltay en Han van Dam. In 1937 ontmoet Freek de schilder Kees van Dongen die hem uitnodigt voor zijn expositie bij de Amsterdamse kunsthandel Buffa. Het fauvisme was in Nederland nog redelijk onbekend en Freek raakte diep getroffen door het kleurgebruik van Van Dongen. Na de oorlog gaat Freek naar Parijs waar hij tentoonstellingen bezoekt en geïnspireerd raakt door de kleuren en vormgeving van schilders als Derain, De Vlaminck en Matisse. Al op twintigjarige leeftijd wordt hij lid van ‘De Onafhankelijken’ waar hij werkt met schilders als Harry Kuyten en Kees Maks. Hij schildert vooral landschappen, portretten en elegante vrouwen. De vrouw in haar warm zinnelijke aanwezigheid is HET onderwerp van zijn levendige schilderkunst. 

Om in zijn onderhoud te voorzien werkt hij als kunstcriticus voor Het Vrije Volk, Het Parool en Vrij Nederland. Begin jaren ’60 schildert hij decors voor Opera Forum. Zijn visie op de wereld van het theater is uitbundig en zijn koloristische verbeelding overrompelend sterk. Gedurende deze periode maakt hij veel schilderijen en aquarellen met als thema de revuedames van My Fair Lady. Freek maakt diverse reizen naar Chatou en Collioure, de bakermat van het fauvisme. In 1985 verlaat hij Amsterdam en vestigt zich op de Veluwe in het aan de IJssel gelegen Veessen. In zijn Amsterdamse periode schildert hij expressief, later vooral meer naar het impressionisme neigend, maar ook in Veessen blijft hij het onmiskenbare kleurenpalet van ‘de wilde beesten’ hanteren. Toch is Freek van den Berg niet in een navolging van het fauvisme blijven steken maar heeft dit isme verwerkt tot een eigen en voor Nederland unieke stijl. Freek neemt deel aan diverse tentoonstellingen in het land en is gedurende vele jaren een trouw exposant in Kunstzaal Hamdorff te Laren. Als eerbetoon aan zijn 80e verjaardag verschijnt in 1998 de monografie: Freek van den Berg, leven met kleur. 

Vermelding in Luns; Mak van Waay; Jacobs; Pieter Scheen - Lexicon Nederlandse Beeldende Kunstenaars 1750–1950.
Freek van de Berg archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Fleur, Willy Fleur geboren in 1888 en overleden in 1967. Bekend schilder van bloemen, landschappen, tropische vogels en vissen. Ontving zijn opleiding aan de kunstacademies van Rotterdam en Den Haag. In zijn stilleven zijn vaak Indische invloeden merkbaar. Werk van Fleur werd opgenomen in de collectie van het Westlands Museum te Kwintsheul (gemeente Westland) en in de collectie van het Katwijks Museum.
Willy Fleur archief 72
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 81
Omschrijving
Sr# archived icon Harry (Henri Frans Hubert) Maas wordt op 23 juli 1906 te Nederweert geboren als tweede zoon van de onderwijzer, journalist en schrijver Herman (Hermanus Hubertus Joannes) Maas (1877-1958), die op 23 juni 1903 te Arcen is getrouwd met Henriëtte (Hendrika Hubertina Josephina) Braem (1875-1948). De militante houding van vader in onderwijszaken en maatschappelijke mistoestanden, zoals verwoord in diens boeken zoals Het Goud van de Peel (1909) en artikelen in Zuid-Willemsvaart en Limburgs Belang , maakt hem voor de katholieke clerus onverteerbaar met grote gevolgen voor zijn carrière. Zo verhuist het gezin Maas van Nederweert naar Venlo (1911), Roermond (1912-1923), Doetinchem (1923-1925), Nijmegen (1925-1931) en tenslotte naar Eindhoven (juli 1931). In Roermond bezoekt Harry drie jaar de Rijks H.B.S. en heeft er tekenlessen van Martinus Gerardus Hölscher (1895-1979). In de Nijmeegse periode heeft hij schilderles van Anton Kloosterhuis (1888-1959) en is lid van de Nijmeegse Kunstkring ‘In Consten Één' en neemt deel aan een groepstentoonstelling van de kring in het Waaggebouw in 1930. De tegendraadse houding van vader Maas brengt het gezin financieel en psychisch op de afgrond, vooral wanneer hij op wachtgeld komt te staan en al schrijvend het hoofd boven water moet zien te houden. Moeder wordt als geesteszieke opgenomen in Voorburg te Vught, waar ze ook in 1948 sterft. Oudste zoon Herman vindt als afgestudeerd jurist geen werk en overlijdt in 1940 aan een huidaandoening. Jongste zoon Willy wordt vanwege zijn labiele psychische toestand in Huize Padua opgenomen, waar hij zal overlijden. Harry blijft bij zijn vader wonen maar, omdat ze elkaar niet liggen, communiceren ze nauwelijks.
Van een beter artistiek klimaat in Eindhoven is eerst in de jaren 1930 sprake met de komst van diverse tekenleraren. In Eindhoven treedt Harry toe tot de Eindhovensche Schetsclub die in 1929 door Jan en André van Bergeijk is opgericht. Al spoedig wordt hij de drijvende kracht van deze heterogene club, waar amateurs en professionals elkaar ontmoeten bij het tekenen naar gekleed en naaktmodel. Op de eerste expositie van de schetsclub in Kunstzaal Verheugen in 1932 is hij nadrukkelijk aanwezig. Ook sluit hij zich aan bij de door Johannes Nicolaas jr in 1934 gestichte De Zuid-Nederlandsche Onafhankelijken en doet “als een van de opmerkelijkste verschijningen” aan de eerste expositie in 1935 mee in het oud-stadhuis. In 1937 heeft hij een eenmanstentoonstelling – de enige in zijn leven – bij Kunstzaal Verheugen. In 1940 wordt hij met andere Eindhovenaren lid van de Bredasche Kunstkring, met welke kring hij enkele keren exposeert. Verder is hij met werk vertegenwoordigd op de landelijke tentoonstellingen Onze kunst van heden (Amsterdam 1939) en Kunst in Vrijheid (Amsterdam 1945). In december 1942 verliest hij bij een bombardement één oog. Na de Tweede Wereldoorlog exposeert hij als lid van Kunstkring De Kempen en is present op de laatst gehouden expositie van de Eindhovense Schetsclub bij kunsthandel Pijnenborg in 1949. Daarna is hij “wars” van exposeren, omdat hij geen werk op voorraad zou hebben. Immers zijn werk wordt goed verkocht o.a. via de kunsthandels Roelofs in Amsterdam en Beckers in Eindhoven. Na de dood van zijn vader verhuist Harry van de Akkerstraat 23 naar de Ooistraat 25 en omstreeks 1970 betrekt hij een huis op de Kleine Berg 79. Hoewel de schetsclub officieel in 1969 ter ziele gaat, blijft hij met een groepje vrienden bestaande uit Kees Houtman, Jan Louwers, Karel Vermeeren, Sjef van der Voort en als enige dame Gerry van der Linden-van Diesen, wekelijks naar model tekenen. Op 4 juni 1974 trouwt hij te Nijmegen met de jongere, naïeve kunstschilderes Netty (Antoinette Cecilia Catharina) Michels (1919-1995), die al jaren bij hem komt poetsen, hem in het huishouden helpt en in 1972 bij hem intrekt. Op 4 juni 1982 overlijdt Harry Maas in Eindhoven en wordt vervolgens op het Catharinakerkhof begraven. 
In de jaren dertig kreeg Harry Maas bekendheid als tekenaar en als schilder van portretten en figuurstukken. Daarnaast maakte hij linosneden en begon te etsen. Zijn voorkeurmodellen waren de tweelingzussen Jeanne en Mary van den Bogaard, die beantwoordden aan zijn schoonheidsideaal: slank en blond. In de oorlogsperiode had Harry veel (bloem)stillevens gepenseeld. Omstreeks 1950 ontstonden er naar aanleiding van reizen naar Engeland en Frank rijk veel stadsgezichten en landschappen. Zijn passie voor treinen kreeg in zijn oeuvre een vaste plaats, hoewel hij graag nostalgisch op oudere beelden teruggreep en voor de stoffering – evenals in zijn stadsgezichten – een voorkeur voor modieus geklede, bevallige (school)meisjes had. Het vrouwelijk – halfgekleed of pikant – naakt liep als een rode draad door zijn werk en de talloze, uitgewerkte naakten in olieverf, aquarel, zwart of rood krijt en de vlugge kwartierschetsen van voor hem poserende meisjes waren het handelsmerk van Harry Maas geworden in een seksueel vrijer en opener wordende tijd.
Harry Maas archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Daniel Van der Putten werd geboren in een klein boerendorpje in de buurt van Rembrandts geboorteplaats Leiden, Holland. Van de vele schilders in het Van der Putten familie, zijn tante is vooral opmerkelijk als een beroemde portret schilder wiens werken vaak  worden tentoongesteld in New York. Hoewel Van der Putten altijd had willen schilderen, werkte hij samen met zijn vader in het tuinbouwbedrijf alvorens te beslissen om zich volledig te wijden aan de kunst. Tijdens een reis naar Australië ontmoette Van der Putten zijn Schotse vrouw. Na hun huwelijk, reisden ze de wereld rond en vervolgens vestigden ze zich in Schotland. Daar begonnen ze de technieken van de grote Nederlandse meesters te onderzoeken en het landschap van de plaatsen die zij hebben bezocht te bestuderen van hun frequente reizen. Hun interesse groeide geleidelijk in de schilderkunst. Tot slot, als laatste hun verhuizing naar Engeland, Van der Putten was zo geïnspireerd door het Engelse platteland, dat hij een full-time schilder is geworden. Vandaag is Van der Putten is uitgegroeid tot een succesvol kunstenaar met een geheel eigen stijl. Zijn fascinatie voor kleur en schaduw komt voort uit zijn paneel, met name in de vorm van zeer gedetailleerde bomen en luchten. Die biedt een breed scala van verschillende stemmingen en seizoenen, zijn schilderijen hebben een kwaliteit van het licht en intensiteit die weinig kunstenaars ooit kunnen bereiken. Britse landschappen van de kunstenaar zijn duidelijk opmerkelijk.
Na zijn schilderijen getoond in Engeland, Europa, de Verenigde Staten en Canada, hebben zijn tentoonstellingen tot nu toe geleid tot grote successen. De werken van Daniel Van der Putten zijn een constante bron van genot voor particuliere verzamelaars over de hele wereld.
Daniel van der Putten archief 70
Omschrijving
Sr# archived icon Fleur, Willy Fleur geboren in 1888 en overleden in 1967. Bekend schilder van bloemen, landschappen, tropische vogels en vissen. Ontving zijn opleiding aan de kunstacademies van Rotterdam en Den Haag. In zijn stilleven zijn vaak Indische invloeden merkbaar. Werk van Fleur werd opgenomen in de collectie van het Westlands Museum te Kwintsheul (gemeente Westland) en in de collectie van het Katwijks Museum.
Willy Fleur archief 73
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 82
Omschrijving
Sr# archived icon Harry (Henri Frans Hubert) Maas wordt op 23 juli 1906 te Nederweert geboren als tweede zoon van de onderwijzer, journalist en schrijver Herman (Hermanus Hubertus Joannes) Maas (1877-1958), die op 23 juni 1903 te Arcen is getrouwd met Henriëtte (Hendrika Hubertina Josephina) Braem (1875-1948). De militante houding van vader in onderwijszaken en maatschappelijke mistoestanden, zoals verwoord in diens boeken zoals Het Goud van de Peel (1909) en artikelen in Zuid-Willemsvaart en Limburgs Belang , maakt hem voor de katholieke clerus onverteerbaar met grote gevolgen voor zijn carrière. Zo verhuist het gezin Maas van Nederweert naar Venlo (1911), Roermond (1912-1923), Doetinchem (1923-1925), Nijmegen (1925-1931) en tenslotte naar Eindhoven (juli 1931). In Roermond bezoekt Harry drie jaar de Rijks H.B.S. en heeft er tekenlessen van Martinus Gerardus Hölscher (1895-1979). In de Nijmeegse periode heeft hij schilderles van Anton Kloosterhuis (1888-1959) en is lid van de Nijmeegse Kunstkring ‘In Consten Één' en neemt deel aan een groepstentoonstelling van de kring in het Waaggebouw in 1930. De tegendraadse houding van vader Maas brengt het gezin financieel en psychisch op de afgrond, vooral wanneer hij op wachtgeld komt te staan en al schrijvend het hoofd boven water moet zien te houden. Moeder wordt als geesteszieke opgenomen in Voorburg te Vught, waar ze ook in 1948 sterft. Oudste zoon Herman vindt als afgestudeerd jurist geen werk en overlijdt in 1940 aan een huidaandoening. Jongste zoon Willy wordt vanwege zijn labiele psychische toestand in Huize Padua opgenomen, waar hij zal overlijden. Harry blijft bij zijn vader wonen maar, omdat ze elkaar niet liggen, communiceren ze nauwelijks.
Van een beter artistiek klimaat in Eindhoven is eerst in de jaren 1930 sprake met de komst van diverse tekenleraren. In Eindhoven treedt Harry toe tot de Eindhovensche Schetsclub die in 1929 door Jan en André van Bergeijk is opgericht. Al spoedig wordt hij de drijvende kracht van deze heterogene club, waar amateurs en professionals elkaar ontmoeten bij het tekenen naar gekleed en naaktmodel. Op de eerste expositie van de schetsclub in Kunstzaal Verheugen in 1932 is hij nadrukkelijk aanwezig. Ook sluit hij zich aan bij de door Johannes Nicolaas jr in 1934 gestichte De Zuid-Nederlandsche Onafhankelijken en doet “als een van de opmerkelijkste verschijningen” aan de eerste expositie in 1935 mee in het oud-stadhuis. In 1937 heeft hij een eenmanstentoonstelling – de enige in zijn leven – bij Kunstzaal Verheugen. In 1940 wordt hij met andere Eindhovenaren lid van de Bredasche Kunstkring, met welke kring hij enkele keren exposeert. Verder is hij met werk vertegenwoordigd op de landelijke tentoonstellingen Onze kunst van heden (Amsterdam 1939) en Kunst in Vrijheid (Amsterdam 1945). In december 1942 verliest hij bij een bombardement één oog. Na de Tweede Wereldoorlog exposeert hij als lid van Kunstkring De Kempen en is present op de laatst gehouden expositie van de Eindhovense Schetsclub bij kunsthandel Pijnenborg in 1949. Daarna is hij “wars” van exposeren, omdat hij geen werk op voorraad zou hebben. Immers zijn werk wordt goed verkocht o.a. via de kunsthandels Roelofs in Amsterdam en Beckers in Eindhoven. Na de dood van zijn vader verhuist Harry van de Akkerstraat 23 naar de Ooistraat 25 en omstreeks 1970 betrekt hij een huis op de Kleine Berg 79. Hoewel de schetsclub officieel in 1969 ter ziele gaat, blijft hij met een groepje vrienden bestaande uit Kees Houtman, Jan Louwers, Karel Vermeeren, Sjef van der Voort en als enige dame Gerry van der Linden-van Diesen, wekelijks naar model tekenen. Op 4 juni 1974 trouwt hij te Nijmegen met de jongere, naïeve kunstschilderes Netty (Antoinette Cecilia Catharina) Michels (1919-1995), die al jaren bij hem komt poetsen, hem in het huishouden helpt en in 1972 bij hem intrekt. Op 4 juni 1982 overlijdt Harry Maas in Eindhoven en wordt vervolgens op het Catharinakerkhof begraven. 
In de jaren dertig kreeg Harry Maas bekendheid als tekenaar en als schilder van portretten en figuurstukken. Daarnaast maakte hij linosneden en begon te etsen. Zijn voorkeurmodellen waren de tweelingzussen Jeanne en Mary van den Bogaard, die beantwoordden aan zijn schoonheidsideaal: slank en blond. In de oorlogsperiode had Harry veel (bloem)stillevens gepenseeld. Omstreeks 1950 ontstonden er naar aanleiding van reizen naar Engeland en Frank rijk veel stadsgezichten en landschappen. Zijn passie voor treinen kreeg in zijn oeuvre een vaste plaats, hoewel hij graag nostalgisch op oudere beelden teruggreep en voor de stoffering – evenals in zijn stadsgezichten – een voorkeur voor modieus geklede, bevallige (school)meisjes had. Het vrouwelijk – halfgekleed of pikant – naakt liep als een rode draad door zijn werk en de talloze, uitgewerkte naakten in olieverf, aquarel, zwart of rood krijt en de vlugge kwartierschetsen van voor hem poserende meisjes waren het handelsmerk van Harry Maas geworden in een seksueel vrijer en opener wordende tijd.
Harry Maas archief 2
Omschrijving
Sr# archived icon Eenden aan de waterkant, Daniel Van der Putten werd geboren in een klein boerendorpje in de buurt van Rembrandts geboorteplaats Leiden, Holland. Van de vele schilders in het Van der Putten familie, zijn tante is vooral opmerkelijk als een beroemde portret schilder wiens werken vaak  worden tentoongesteld in New York. Hoewel Van der Putten altijd had willen schilderen, werkte hij samen met zijn vader in het tuinbouwbedrijf alvorens te beslissen om zich volledig te wijden aan de kunst. Tijdens een reis naar Australië ontmoette Van der Putten zijn Schotse vrouw. Na hun huwelijk, reisden ze de wereld rond en vervolgens vestigden ze zich in Schotland. Daar begonnen ze de technieken van de grote Nederlandse meesters te onderzoeken en het landschap van de plaatsen die zij hebben bezocht te bestuderen van hun frequente reizen. Hun interesse groeide geleidelijk in de schilderkunst. Tot slot, als laatste hun verhuizing naar Engeland, Van der Putten was zo geïnspireerd door het Engelse platteland, dat hij een full-time schilder is geworden. Vandaag is Van der Putten is uitgegroeid tot een succesvol kunstenaar met een geheel eigen stijl. Zijn fascinatie voor kleur en schaduw komt voort uit zijn paneel, met name in de vorm van zeer gedetailleerde bomen en luchten. Die biedt een breed scala van verschillende stemmingen en seizoenen, zijn schilderijen hebben een kwaliteit van het licht en intensiteit die weinig kunstenaars ooit kunnen bereiken. Britse landschappen van de kunstenaar zijn duidelijk opmerkelijk.
Na zijn schilderijen getoond in Engeland, Europa, de Verenigde Staten en Canada, hebben zijn tentoonstellingen tot nu toe geleid tot grote successen. De werken van Daniel Van der Putten zijn een constante bron van genot voor particuliere verzamelaars over de hele wereld.
Daniel van der Putten archief 71
Omschrijving
Sr# archived icon Willem van den Berg woonde en werkte in Den Haag en Amsterdam. Leerling van zijn vader A. van den Berg, van de Academie v. B.K. in Den Haag en van W.A. van Konijnenburg en C.F.L. de Wild. Maakte reizen naar Frankrijk, Oostenrijk, Zwitserland, Engeland, Italië en België. Schilderde, aquarelleerde, tekende (pen), etste en lithografeerde figuren (boeren op het land, vissers), portretten. Verkreeg in 1958 de Artimedaille en in 1959 de 2de prijs op de internationale tentoonstelling van bijbelillustraties te Edinburgh. Lid van ‘Arti et Amicitiae’ in Amsterdam en van ‘Pulchri Studio’ in Den Haag en van de ‘Gooische Schildersvereniging’. Van 1938-1953 directeur-hoogleraar van de Rijksacademie in Amsterdam. Gaf les aan o.a. J.P. van den Broek, J.J. Brouwers, J.B. Dekkers, C.J. ten Hoope, H.M. Landzaat, J. Min, J. Popma, A. Voorzanger en M.J. van der Werf.

Tentoonstellingen: eretentoonstelling Rijksacademie Amsterdam (1962).

Musea: o.a. Haags Gemeentemuseum, Singer Museum Laren.

(Bron: Scheen)
Willem van den Berg archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon
Jos van Dijk archief 25
Omschrijving
Sr# archived icon Fleur, Willy Fleur geboren in 1888 en overleden in 1967. Bekend schilder van bloemen, landschappen, tropische vogels en vissen. Ontving zijn opleiding aan de kunstacademies van Rotterdam en Den Haag. In zijn stilleven zijn vaak Indische invloeden merkbaar. Werk van Fleur werd opgenomen in de collectie van het Westlands Museum te Kwintsheul (gemeente Westland) en in de collectie van het Katwijks Museum.
Willy Fleur archief 74
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 83
Omschrijving
Sr# archived icon Harry (Henri Frans Hubert) Maas wordt op 23 juli 1906 te Nederweert geboren als tweede zoon van de onderwijzer, journalist en schrijver Herman (Hermanus Hubertus Joannes) Maas (1877-1958), die op 23 juni 1903 te Arcen is getrouwd met Henriëtte (Hendrika Hubertina Josephina) Braem (1875-1948). De militante houding van vader in onderwijszaken en maatschappelijke mistoestanden, zoals verwoord in diens boeken zoals Het Goud van de Peel (1909) en artikelen in Zuid-Willemsvaart en Limburgs Belang , maakt hem voor de katholieke clerus onverteerbaar met grote gevolgen voor zijn carrière. Zo verhuist het gezin Maas van Nederweert naar Venlo (1911), Roermond (1912-1923), Doetinchem (1923-1925), Nijmegen (1925-1931) en tenslotte naar Eindhoven (juli 1931). In Roermond bezoekt Harry drie jaar de Rijks H.B.S. en heeft er tekenlessen van Martinus Gerardus Hölscher (1895-1979). In de Nijmeegse periode heeft hij schilderles van Anton Kloosterhuis (1888-1959) en is lid van de Nijmeegse Kunstkring ‘In Consten Één' en neemt deel aan een groepstentoonstelling van de kring in het Waaggebouw in 1930. De tegendraadse houding van vader Maas brengt het gezin financieel en psychisch op de afgrond, vooral wanneer hij op wachtgeld komt te staan en al schrijvend het hoofd boven water moet zien te houden. Moeder wordt als geesteszieke opgenomen in Voorburg te Vught, waar ze ook in 1948 sterft. Oudste zoon Herman vindt als afgestudeerd jurist geen werk en overlijdt in 1940 aan een huidaandoening. Jongste zoon Willy wordt vanwege zijn labiele psychische toestand in Huize Padua opgenomen, waar hij zal overlijden. Harry blijft bij zijn vader wonen maar, omdat ze elkaar niet liggen, communiceren ze nauwelijks.
Van een beter artistiek klimaat in Eindhoven is eerst in de jaren 1930 sprake met de komst van diverse tekenleraren. In Eindhoven treedt Harry toe tot de Eindhovensche Schetsclub die in 1929 door Jan en André van Bergeijk is opgericht. Al spoedig wordt hij de drijvende kracht van deze heterogene club, waar amateurs en professionals elkaar ontmoeten bij het tekenen naar gekleed en naaktmodel. Op de eerste expositie van de schetsclub in Kunstzaal Verheugen in 1932 is hij nadrukkelijk aanwezig. Ook sluit hij zich aan bij de door Johannes Nicolaas jr in 1934 gestichte De Zuid-Nederlandsche Onafhankelijken en doet “als een van de opmerkelijkste verschijningen” aan de eerste expositie in 1935 mee in het oud-stadhuis. In 1937 heeft hij een eenmanstentoonstelling – de enige in zijn leven – bij Kunstzaal Verheugen. In 1940 wordt hij met andere Eindhovenaren lid van de Bredasche Kunstkring, met welke kring hij enkele keren exposeert. Verder is hij met werk vertegenwoordigd op de landelijke tentoonstellingen Onze kunst van heden (Amsterdam 1939) en Kunst in Vrijheid (Amsterdam 1945). In december 1942 verliest hij bij een bombardement één oog. Na de Tweede Wereldoorlog exposeert hij als lid van Kunstkring De Kempen en is present op de laatst gehouden expositie van de Eindhovense Schetsclub bij kunsthandel Pijnenborg in 1949. Daarna is hij “wars” van exposeren, omdat hij geen werk op voorraad zou hebben. Immers zijn werk wordt goed verkocht o.a. via de kunsthandels Roelofs in Amsterdam en Beckers in Eindhoven. Na de dood van zijn vader verhuist Harry van de Akkerstraat 23 naar de Ooistraat 25 en omstreeks 1970 betrekt hij een huis op de Kleine Berg 79. Hoewel de schetsclub officieel in 1969 ter ziele gaat, blijft hij met een groepje vrienden bestaande uit Kees Houtman, Jan Louwers, Karel Vermeeren, Sjef van der Voort en als enige dame Gerry van der Linden-van Diesen, wekelijks naar model tekenen. Op 4 juni 1974 trouwt hij te Nijmegen met de jongere, naïeve kunstschilderes Netty (Antoinette Cecilia Catharina) Michels (1919-1995), die al jaren bij hem komt poetsen, hem in het huishouden helpt en in 1972 bij hem intrekt. Op 4 juni 1982 overlijdt Harry Maas in Eindhoven en wordt vervolgens op het Catharinakerkhof begraven. 
In de jaren dertig kreeg Harry Maas bekendheid als tekenaar en als schilder van portretten en figuurstukken. Daarnaast maakte hij linosneden en begon te etsen. Zijn voorkeurmodellen waren de tweelingzussen Jeanne en Mary van den Bogaard, die beantwoordden aan zijn schoonheidsideaal: slank en blond. In de oorlogsperiode had Harry veel (bloem)stillevens gepenseeld. Omstreeks 1950 ontstonden er naar aanleiding van reizen naar Engeland en Frank rijk veel stadsgezichten en landschappen. Zijn passie voor treinen kreeg in zijn oeuvre een vaste plaats, hoewel hij graag nostalgisch op oudere beelden teruggreep en voor de stoffering – evenals in zijn stadsgezichten – een voorkeur voor modieus geklede, bevallige (school)meisjes had. Het vrouwelijk – halfgekleed of pikant – naakt liep als een rode draad door zijn werk en de talloze, uitgewerkte naakten in olieverf, aquarel, zwart of rood krijt en de vlugge kwartierschetsen van voor hem poserende meisjes waren het handelsmerk van Harry Maas geworden in een seksueel vrijer en opener wordende tijd.
Harry Maas archief 70
Omschrijving
Sr# archived icon Spelende poezen, olieverf op linnen, afmeting 60x80cm doekmaat
C. Raaphorst archief
Omschrijving
Sr# archived icon Bergen, F. Bergen, Fritz Bergen is geboren in Dessau in 1857 en gestorven in München in 1941. Hij was van beroep kunstschilder en illustrator. Hij heeft voor heel veel bekende schrijvers boeken geïllustreerd namelijk, Hans Christian Andersen, Daniël Defoe, Harriët Beecher Stowe, Karl May etc. Fritz Bergen studeerde van 1877 tot 1879 in Leipzig en van1879 tot 1881 in München. In 1884 kreeg hij zijn eerste grote opdracht als illustrator van Friedrich Wilhelm Hackländer. Kort daarna werd hij één van de bekendste illustrators van Duitsland.
Fritz Bergen archief 70
Omschrijving
Sr# archived icon
Jos van Dijk archief 26
Omschrijving
Sr# archived icon Fleur, Willy Fleur geboren in 1888 en overleden in 1967. Bekend schilder van bloemen, landschappen, tropische vogels en vissen. Ontving zijn opleiding aan de kunstacademies van Rotterdam en Den Haag. In zijn stilleven zijn vaak Indische invloeden merkbaar. Werk van Fleur werd opgenomen in de collectie van het Westlands Museum te Kwintsheul (gemeente Westland) en in de collectie van het Katwijks Museum.
Willy Fleur archief 75
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 84
Omschrijving
Sr# archived icon Harry (Henri Frans Hubert) Maas wordt op 23 juli 1906 te Nederweert geboren als tweede zoon van de onderwijzer, journalist en schrijver Herman (Hermanus Hubertus Joannes) Maas (1877-1958), die op 23 juni 1903 te Arcen is getrouwd met Henriëtte (Hendrika Hubertina Josephina) Braem (1875-1948). De militante houding van vader in onderwijszaken en maatschappelijke mistoestanden, zoals verwoord in diens boeken zoals Het Goud van de Peel (1909) en artikelen in Zuid-Willemsvaart en Limburgs Belang , maakt hem voor de katholieke clerus onverteerbaar met grote gevolgen voor zijn carrière. Zo verhuist het gezin Maas van Nederweert naar Venlo (1911), Roermond (1912-1923), Doetinchem (1923-1925), Nijmegen (1925-1931) en tenslotte naar Eindhoven (juli 1931). In Roermond bezoekt Harry drie jaar de Rijks H.B.S. en heeft er tekenlessen van Martinus Gerardus Hölscher (1895-1979). In de Nijmeegse periode heeft hij schilderles van Anton Kloosterhuis (1888-1959) en is lid van de Nijmeegse Kunstkring ‘In Consten Één' en neemt deel aan een groepstentoonstelling van de kring in het Waaggebouw in 1930. De tegendraadse houding van vader Maas brengt het gezin financieel en psychisch op de afgrond, vooral wanneer hij op wachtgeld komt te staan en al schrijvend het hoofd boven water moet zien te houden. Moeder wordt als geesteszieke opgenomen in Voorburg te Vught, waar ze ook in 1948 sterft. Oudste zoon Herman vindt als afgestudeerd jurist geen werk en overlijdt in 1940 aan een huidaandoening. Jongste zoon Willy wordt vanwege zijn labiele psychische toestand in Huize Padua opgenomen, waar hij zal overlijden. Harry blijft bij zijn vader wonen maar, omdat ze elkaar niet liggen, communiceren ze nauwelijks.
Van een beter artistiek klimaat in Eindhoven is eerst in de jaren 1930 sprake met de komst van diverse tekenleraren. In Eindhoven treedt Harry toe tot de Eindhovensche Schetsclub die in 1929 door Jan en André van Bergeijk is opgericht. Al spoedig wordt hij de drijvende kracht van deze heterogene club, waar amateurs en professionals elkaar ontmoeten bij het tekenen naar gekleed en naaktmodel. Op de eerste expositie van de schetsclub in Kunstzaal Verheugen in 1932 is hij nadrukkelijk aanwezig. Ook sluit hij zich aan bij de door Johannes Nicolaas jr in 1934 gestichte De Zuid-Nederlandsche Onafhankelijken en doet “als een van de opmerkelijkste verschijningen” aan de eerste expositie in 1935 mee in het oud-stadhuis. In 1937 heeft hij een eenmanstentoonstelling – de enige in zijn leven – bij Kunstzaal Verheugen. In 1940 wordt hij met andere Eindhovenaren lid van de Bredasche Kunstkring, met welke kring hij enkele keren exposeert. Verder is hij met werk vertegenwoordigd op de landelijke tentoonstellingen Onze kunst van heden (Amsterdam 1939) en Kunst in Vrijheid (Amsterdam 1945). In december 1942 verliest hij bij een bombardement één oog. Na de Tweede Wereldoorlog exposeert hij als lid van Kunstkring De Kempen en is present op de laatst gehouden expositie van de Eindhovense Schetsclub bij kunsthandel Pijnenborg in 1949. Daarna is hij “wars” van exposeren, omdat hij geen werk op voorraad zou hebben. Immers zijn werk wordt goed verkocht o.a. via de kunsthandels Roelofs in Amsterdam en Beckers in Eindhoven. Na de dood van zijn vader verhuist Harry van de Akkerstraat 23 naar de Ooistraat 25 en omstreeks 1970 betrekt hij een huis op de Kleine Berg 79. Hoewel de schetsclub officieel in 1969 ter ziele gaat, blijft hij met een groepje vrienden bestaande uit Kees Houtman, Jan Louwers, Karel Vermeeren, Sjef van der Voort en als enige dame Gerry van der Linden-van Diesen, wekelijks naar model tekenen. Op 4 juni 1974 trouwt hij te Nijmegen met de jongere, naïeve kunstschilderes Netty (Antoinette Cecilia Catharina) Michels (1919-1995), die al jaren bij hem komt poetsen, hem in het huishouden helpt en in 1972 bij hem intrekt. Op 4 juni 1982 overlijdt Harry Maas in Eindhoven en wordt vervolgens op het Catharinakerkhof begraven. 
In de jaren dertig kreeg Harry Maas bekendheid als tekenaar en als schilder van portretten en figuurstukken. Daarnaast maakte hij linosneden en begon te etsen. Zijn voorkeurmodellen waren de tweelingzussen Jeanne en Mary van den Bogaard, die beantwoordden aan zijn schoonheidsideaal: slank en blond. In de oorlogsperiode had Harry veel (bloem)stillevens gepenseeld. Omstreeks 1950 ontstonden er naar aanleiding van reizen naar Engeland en Frank rijk veel stadsgezichten en landschappen. Zijn passie voor treinen kreeg in zijn oeuvre een vaste plaats, hoewel hij graag nostalgisch op oudere beelden teruggreep en voor de stoffering – evenals in zijn stadsgezichten – een voorkeur voor modieus geklede, bevallige (school)meisjes had. Het vrouwelijk – halfgekleed of pikant – naakt liep als een rode draad door zijn werk en de talloze, uitgewerkte naakten in olieverf, aquarel, zwart of rood krijt en de vlugge kwartierschetsen van voor hem poserende meisjes waren het handelsmerk van Harry Maas geworden in een seksueel vrijer en opener wordende tijd.
Harry Maas archief 71
Omschrijving
Sr# archived icon
Jos van Dijk archief 3
Omschrijving
Sr# archived icon Fleur, Willy Fleur geboren in 1888 en overleden in 1967. Bekend schilder van bloemen, landschappen, tropische vogels en vissen. Ontving zijn opleiding aan de kunstacademies van Rotterdam en Den Haag. In zijn stilleven zijn vaak Indische invloeden merkbaar. Werk van Fleur werd opgenomen in de collectie van het Westlands Museum te Kwintsheul (gemeente Westland) en in de collectie van het Katwijks Museum.
Willy Fleur archief 76
Omschrijving
Sr# archived icon Mackenzie,Marie Henrie Mackenzie; geboren Rotterdam 3 augustus 1878, overleden Hilversum 30 december 1961. Leerling van G.H. Breitner. Schilderijen van Mackenzie tonen zoveel gelijkenis met het werk van Breitner dat veel van zijn werken door vervalsers omgetoverd zijn tot echte Breitners.
Werk in het Goois Museum Hilversum en in de Rijkscollectie.
M.H. Mackenzie archief 50
Omschrijving
Sr# archived icon Raaphorst, Cornelis Raaphorst is geboren te Nieuwkoop in 1875 en overleden in 1954 te Wassenaar.
 
Cornelis Raaphorst woonde en werkte zijn hele leven in Wassenaar. Hij schilderde bij voorkeur katten in al hun doen en laten. Vooral spelende jonge poesjes. Vaak beeldde hij ze af met kleurige draperieën of muziekinstrumenten. Min of meer in de trant van Henriëtte Ronner - Knip, ofschoon hij toch weer een geheel eigen stijl van schilderen toepaste. Raaphorst is zeer bekend geworden met zijn katten-schilderijen en zijn werk is tot op de dag van vandaag nog steeds uitermate populair.
Cornelis Raaphorst archief 2
Omschrijving
Sr# archived icon
Jos van Dijk archief 4
Omschrijving
Sr# archived icon Bloemstilleven met cactus, Fleur, Willy Fleur geboren in 1888 en overleden in 1967. Bekend schilder van bloemen, landschappen, tropische vogels en vissen. Ontving zijn opleiding aan de kunstacademies van Rotterdam en Den Haag. In zijn stilleven zijn vaak Indische invloeden merkbaar. Werk van Fleur werd opgenomen in de collectie van het Westlands Museum te Kwintsheul (gemeente Westland) en in de collectie van het Katwijks Museum.
Willy Fleur archief 77
Omschrijving
Sr# archived icon Viegers, Ben Viegers werd in 1886 in Den Haag geboren. Als belangrijke 
stimulator van de jonge Ben Viegers om  het kunstenaarsschap te beoefenen, 
fungeerde zijn grootvader van moederskant, grootvader Hulzing. Deze Haagse 
koetsenbouwer legde de grondslag voor een kunstopvatting, die niet losgezien 
kan worden van een solide ambachtelijke basis. Hier leerde hij niet alleen de 
waardering voor het handwerk, maar hier leerde hij ook daadwerkelijk 
tekenen, verf mengen, decoreren en andere vaardigheden, die later goed van 
pas bleken te komen. Schilderde in een impressionistische stijl, landschappen, 
stadsgezichten, zee- en havengezichten, zeegezichten en duinlandschappen, 
stillevens en bloemen. 

Ben Viegers was waarschijnlijk verder een autodidact. Nergens zijn concrete 
gegevens te vinden, die op een academische scholing wijzen. Uit zijn vroege 
werk spreken de wil en de vastberadenheid om de kneepjes van het 
veeleisende metier onder de knie te krijgen. Dat hem dat uiteindelijk ook lukte 
is op te maken uit het feit dat hij als volwaardig lid van de Haagse Kunstkring 
werd toegelaten. Hier onderhield hij contacten met later zeer bekend 
geworden kunstnaars, zoals; Jan Toorop, Aris Knikker en Jan Knikker. Het 
meest hecht was zijn relatie echter met Charles Dankmeijer (1861-1923). 

Na de eerste Haagse jaren en vele omzwervingen, vestigde Ben Viegers zich 
in Nunspeet. Daar betrok hij een verwaarloosd pand aan de Brinkersweg, dat 
hij eigenhandig opknapte. Zijn vader verhuisde mee naar de Veluwe en bleef 
tot zijn dood bij zijn zoon wonen. Ondanks de crisis en de oorlog was dit voor 
Viegers de periode waarin hij vrij kon experimenteren. In Nuspeet maakte 
Viegers veel vrienden. Zijn joviale aard viel vooral goed bij collega jaap 
Hiddink. De band met Jos Lussenburg was minder sterk, omdat  Ben Viegers 
deze nestor van de Nunspeetse schilders enigszins zelfingenomen vond. 

Veel meer nog dan in zijn Haagse jaren, manifesteerde Viegers zich in zijn 
Veluwse periode als een rasechte pleinairist en een oprechte levensgenieter. 
Hij schilderde het liefst in de buitenlucht. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds 
laat trok hij er op uit. Hij hield van gezelschap en had een gezonde aversie 
tegen artistieke poeha. 

Een van zijn schaarse buitenlandse reizen maakte Viegers met Jaap Hiddink 
en Henk van Leeuwen naar Normandie en Bretagne, waar hij een vleugje van 
het zuidelijke temperament en de on-Nederlandse lichtval kon ervaren. 

In de oorlog bleef hij onverdroten schilderen. Soms ruilde hij een schilderij 
voor voedsel, vaak werkte hij in opdracht. In 1940 vertrok hij naar Castricum 
omdat hij meende achter de Hollandse waterlinie veiliger te zijn. Hij schilderde 
er de duinen en de zee, maar toen de eerset bom in zijn achtertuin viel 
verhuisde hij in paniek naar Hilversum, waar hij tot mei 1943 bleef wonen. 
Daarna keerde hij terug naar Nunspeet. 

Ben Viegers werk werd in zijn tijd als toegankelijk en gangbaar beschouwd, al 
riep zijn temperamentvolle pallet soms tegenstrijdige maar nooit heftige 
reacties op. Dat is op zijn minst opmerkelijk, want ondanks de vastberadenheid 
waarmee hij vasthield aan ambachtelijke vaardigheden, in zijn gewaagde 
kleurgebruik en mediterrane toets onderscheidde hij zich zeker van de 
middelmaat. Het oordeel van critici over zijn werk was wisselend, maar bijna 
altijd mild en opbouwend. Grensverleggend was het niet. Toch hield hij zich 
goed staande tussen een leger van hemelbestormers. Tijdens het interbellum 
raasden er zware stormen door de kunstwereld die het voorheen zo degelijke 
stelsel van normen en waarden flink aan het wankelen hadden gebracht. 
Viegers werd er niet of nauwelijks door uit zijn evenwicht gebracht. Zowel in 
zijn Haagse periode als later in Nunspeet onderhield hij contacten met 
collega’s die er andere ideeën op na hielden. Op de een of andere manier 
werd het heilige vuur dat in hem brandde eer niet door beïnvloed. Viegers ging 
zijn eigen gang en behield een rotsvast geloof in eigen kunnen, zonder zich 
voor te laten staan op zijn kwaliteiten en zonder zijn gelijk ten opzichte van 
anderen te willen bewijzen. 

Het lot dat de meeste schilders treft, is ook Viegers ten deel gevallen. Na zijn 
overlijden ontstond er een langdurige windstilte. Mede dankzij de 
inspanningen in de vorm van tentoonstellingen en publicaties kwam de 
herwaardering voor het werk van Viegers in de jaren negentig  op gang. De 
noodzakelijke distantie, die plaatsing in kunsthistorisch perspectief mogelijk 
maakt, was toen een hard gegeven en stond niets de revival meer in de weg. 
Saillant detail is dat enkelen van Viegers’ tijdgenoten, zoals Henk van 
Leeuwen, Jos Lusenburg en Jan van Vuuren, die hem tijdens zijn leven nog 
leken te domineren en de verhoudingen bepaalden, nu minder kleurrijk en 
minder prominent op de kunsthistorische staalkaart staan vermeld. De tijd heelt 
niet alleen alle wonden, maar geeft meestal ook het gelijk aan degenen die dat 
uiteindelijk het meest blijken te verdienen. 

De betekenis van Viegers schilderkunst wordt inmiddels in brede kring erkent. 
De kunstenaar vertaalde het enthousiasme over zijn waarnemingen in 
kleurrijke impressies. Hij volgde zijn persoonlijke landschapsbeleving en 
afhankelijk van stemmingen en indrukken intensifieerde hij de werkelijkheid. 
Als zijn gevoel om vlammend rood, fel oranje of helde geel vroeg,, dan gaf hij 
daar in volle overtuiging aan toe. Die eigenschappen zijn des te opmerkelijker 
omdat de kunstenaar de mediterrane sfeer die hij intuïtief aanvoelde, nooit 
persoonlijk onderging.  Hij schilderde graag en veel in de buitenlucht, 
onderging de landschappen en stadsgezichten aan den lijve en liet zijn 
stemming oprecht meespreken in de artistieke verwerking van de opgedane 
indrukken. Waar dat mogelijk was, legde hij vaak voorzichtig 
expressionistische accenten Waarnemingen en gewaarwordingen kregen 
zodoende een gloedvolle uitstraling. De ervaringen met licht en kleur waren 
voor Viegers minstens even belangrijk als de ambachtelijke aspecten van het 
kunstenaarsschap, zoals vlotte penseelvoering en trefzekere schilderstrant.
Ben Viegers archief 85
Omschrijving
Sr# archived icon Mackenzie,Marie Henrie Mackenzie; geboren Rotterdam 3 augustus 1878, overleden Hilversum 30 december 1961. Leerling van G.H. Breitner. Schilderijen van Mackenzie tonen zoveel gelijkenis met het werk van Breitner dat veel van zijn werken door vervalsers omgetoverd zijn tot echte Breitners.
Werk in het Goois Museum Hilversum en in de Rijkscollectie.
M.H. Mackenzie archief 51
Omschrijving
Sr# archived icon Rabbers, Evert Rabbers, geboren op 30 januari 1875 te Woolde (Gem. Hengelo) en is overleden op 25 december 1967 te Enschede. Al tijdens zijn lagere schooltijd bleek hij een talentvol tekenaar en ook tijdens zijn HBS periode (1889-1892) bleek hij een kunstlievend mens, daartoe vooral gestimuleerd door zijn teken- en schilderleraar J.H.Weijns (1864-1945). Mede op advies van kunstschilders, die hij in zijn schoolperiode als gids in het Twentse land begeleidde, (o.a. de beroemde Duitse kunstschilder Max Liebermann) vertrok hij na de HBS naar Den Haag om in dienst te treden bij de hoffotograaf Ziegier. De mogelijkheid in het westen in contact te komen met bekende kunstschilders was, naast de hoofdzaak in zijn dagelijks onderhoud te moeten voorzien, zijn voornaamste drijfveer.
Waarschijnlijk via de voornoemde Max Liebermann is Evert Rabbers in Den Haag in contact gekomen met de Kunstschilder B.J. Blommers (1845-1914), die hem waardevolle tips en wellicht zelfs les heeft gegeven en hem op die manier de grondbeginselen van het vak heeft bijgebracht. Via Blommers leerde hij o.a. de toen ook al beroemde Jozef Israëls kennen, die leermeester van Blommers was geweest en bovendien een goede vriend was van Max Liebermann. Na de Haagse jaren vertrok hij, goed gestimuleerd en geschoold naar Enschede, waar hij weer bij de familie Vohwinkel introk. De fotografie was voor hem toen al op het tweede plan gekomen, de schilderkunst was zijn prioriteit en hij bekwaamde zich via correspondentie met Blommers, die hij werk ter inzage stuurde verder in het tekenen van o.a. dierstudies, waarbij paarden en koeien de boventoon voerden. Ook volgde hij een cursus bij de Amsterdamse tekenschool ABC hetgeen ongetwijfeld in positieve zin zijn invloed had op zijn latere bekwaamheid. Teruggekeerd in Enschede leerde hij al snel de schilders B.H.Bolink (1876-1950) en P.A. Nijgh (1876-1959) kennen en toen hij enkele jaren later bovendien in contact kwam met G.C.Krol (1882-1950) en W.K. de Wijs (1884-1964) was de basis gelegd voor een vaak samen schilderende vijfkoppige schilderscollectief.
Maar ook met kunstenaars van buiten Twente onderhield hij nauwe banden en men wisselde tot wederzijds profijt ervaringen en kennis uit. Delden bleef een geliefde omgeving om vanuit één van de daar gevestigde hotels gezamenlijk op pad te gaan. Max Liebermann, H.W. van de Worp (1849-1941) en A.M.Gorter (1866-1933) werden dikwijls met Evert Rabbers in de omgeving van o.a. Twickel gesignaleerd. De schilder Rabbers was inmiddels getrouwd met mej. H.J.W. Wegereef, het enige kind van een Enschedese aannemer die in goeden doen verkeerde. Zo bouwde Wegereef sr. Voor het jonge stel een fraai, ruim bemeten huis waarin een daglicht atelier een plaats kreeg. Uit het huwelijk kwamen in 1909 en 1911 twee zoons voort. Daar Rabbers nu financieel onafhankelijk was, kon hij het gelukkig permitteren niet meer om den brode te schilderen, maar uitsluitend te werken aan die onderwerpen die hem aanspraken. Een nadeel van zijn redelijke welstand was echter het feit dat hem de dwang ontbrak aan de weg te spijkeren met zijn talenten. Publiciteit of naamsbekendheid waren nooit zijn drijfveren, reden waarom soms minder getalenteerde collega-schilders een veel bekender naam opbouwden en landelijke faam verkregen. Evert Rabbers was niet alleen de schilder van het Twentse landschap, hij bekwaamde zich evengoed in stillevens, bloemen- en fruitmarkten, portretstudies, kortom hij werd een universeel schilderend kunstenaar die op een hoog niveau werk tot stand bracht. Geen techniek was hem vreemd, of het nu om olieverf, pastel, aquarel, crayon of het tekenpotlood ging, hij beheerste elk onderdeel van zijn vak. Naast zijn Twentse activiteiten was hij ook lid van de Amsterdamse Kunstvereniging “Sint Lucas”, in mei 1916 zond hij werk in voor de expositie t.g.v. het 25 jarig jubileum van dit kunstgenootschap. Hoewel Evert Rabbers zeer selectief te werk ging bij het ter beschikking stellen of verkopen van zijn werk hangen of hingen er toch veel doeken bij o.a. de Nederlandse heide Maatschappij, het Ministerie van Landbouw met name oud minister Beernink was een echte liefhebber van het werk van Rabbers. Ook in het Rijksmuseum Twenthe werden zijn schilderijen van tijd tot tijd getoond. Na het overlijden op 25 december 1967 van Evert Rabbers, zijn vrouw was hem reeds in juli 1959 ontvallen, werd bij notariële akte de “Stichting Evert Rabbers” in het leven geroepen. Deze stichting beheert ongeveer 150 doeken, tekeningen etc. van zijn levenswerk en stelt zich ten doel van tijd tot tijd zijn werk te exposeren. Zo werden er exposities gehouden in Huize Holterhof te Enschede, Palthehuis te Oldenzaal, Oudheidkamer te Goor, het plaatselijke museum te Vreden en Munster, het Rijksmuseum te Leek, Rijksmuseum Enschede, etc.
Evert Rabbers archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Willy Berkers is in 1950 in Deurne geboren. Hij is een volledig autodidact, maar door zijn ruime ervaring en een zeer grote belangstelling voor de realistische richting van de schilderkunst is hij uitgegroeid tot een realist met een zeer fijne toets met een groot kleurgevoel. Vooral zijn landschappen zijn vaak een uiting van rust, schoonheid en herkenbaar. Hij exposeerde op veel plaatsen in Nederland o.a. Tilburg, Rijswijk, Amsterdam, etc.
Willy Berkers archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon
Jos van Dijk archief 5
Omschrijving
Sr# archived icon Rabbers, Evert Rabbers, geboren op 30 januari 1875 te Woolde (Gem. Hengelo) en is overleden op 25 december 1967 te Enschede. Al tijdens zijn lagere schooltijd bleek hij een talentvol tekenaar en ook tijdens zijn HBS periode (1889-1892) bleek hij een kunstlievend mens, daartoe vooral gestimuleerd door zijn teken- en schilderleraar J.H.Weijns (1864-1945). Mede op advies van kunstschilders, die hij in zijn schoolperiode als gids in het Twentse land begeleidde, (o.a. de beroemde Duitse kunstschilder Max Liebermann) vertrok hij na de HBS naar Den Haag om in dienst te treden bij de hoffotograaf Ziegier. De mogelijkheid in het westen in contact te komen met bekende kunstschilders was, naast de hoofdzaak in zijn dagelijks onderhoud te moeten voorzien, zijn voornaamste drijfveer.
Waarschijnlijk via de voornoemde Max Liebermann is Evert Rabbers in Den Haag in contact gekomen met de Kunstschilder B.J. Blommers (1845-1914), die hem waardevolle tips en wellicht zelfs les heeft gegeven en hem op die manier de grondbeginselen van het vak heeft bijgebracht. Via Blommers leerde hij o.a. de toen ook al beroemde Jozef Israëls kennen, die leermeester van Blommers was geweest en bovendien een goede vriend was van Max Liebermann. Na de Haagse jaren vertrok hij, goed gestimuleerd en geschoold naar Enschede, waar hij weer bij de familie Vohwinkel introk. De fotografie was voor hem toen al op het tweede plan gekomen, de schilderkunst was zijn prioriteit en hij bekwaamde zich via correspondentie met Blommers, die hij werk ter inzage stuurde verder in het tekenen van o.a. dierstudies, waarbij paarden en koeien de boventoon voerden. Ook volgde hij een cursus bij de Amsterdamse tekenschool ABC hetgeen ongetwijfeld in positieve zin zijn invloed had op zijn latere bekwaamheid. Teruggekeerd in Enschede leerde hij al snel de schilders B.H.Bolink (1876-1950) en P.A. Nijgh (1876-1959) kennen en toen hij enkele jaren later bovendien in contact kwam met G.C.Krol (1882-1950) en W.K. de Wijs (1884-1964) was de basis gelegd voor een vaak samen schilderende vijfkoppige schilderscollectief.
Maar ook met kunstenaars van buiten Twente onderhield hij nauwe banden en men wisselde tot wederzijds profijt ervaringen en kennis uit. Delden bleef een geliefde omgeving om vanuit één van de daar gevestigde hotels gezamenlijk op pad te gaan. Max Liebermann, H.W. van de Worp (1849-1941) en A.M.Gorter (1866-1933) werden dikwijls met Evert Rabbers in de omgeving van o.a. Twickel gesignaleerd. De schilder Rabbers was inmiddels getrouwd met mej. H.J.W. Wegereef, het enige kind van een Enschedese aannemer die in goeden doen verkeerde. Zo bouwde Wegereef sr. Voor het jonge stel een fraai, ruim bemeten huis waarin een daglicht atelier een plaats kreeg. Uit het huwelijk kwamen in 1909 en 1911 twee zoons voort. Daar Rabbers nu financieel onafhankelijk was, kon hij het gelukkig permitteren niet meer om den brode te schilderen, maar uitsluitend te werken aan die onderwerpen die hem aanspraken. Een nadeel van zijn redelijke welstand was echter het feit dat hem de dwang ontbrak aan de weg te spijkeren met zijn talenten. Publiciteit of naamsbekendheid waren nooit zijn drijfveren, reden waarom soms minder getalenteerde collega-schilders een veel bekender naam opbouwden en landelijke faam verkregen. Evert Rabbers was niet alleen de schilder van het Twentse landschap, hij bekwaamde zich evengoed in stillevens, bloemen- en fruitmarkten, portretstudies, kortom hij werd een universeel schilderend kunstenaar die op een hoog niveau werk tot stand bracht. Geen techniek was hem vreemd, of het nu om olieverf, pastel, aquarel, crayon of het tekenpotlood ging, hij beheerste elk onderdeel van zijn vak. Naast zijn Twentse activiteiten was hij ook lid van de Amsterdamse Kunstvereniging “Sint Lucas”, in mei 1916 zond hij werk in voor de expositie t.g.v. het 25 jarig jubileum van dit kunstgenootschap. Hoewel Evert Rabbers zeer selectief te werk ging bij het ter beschikking stellen of verkopen van zijn werk hangen of hingen er toch veel doeken bij o.a. de Nederlandse heide Maatschappij, het Ministerie van Landbouw met name oud minister Beernink was een echte liefhebber van het werk van Rabbers. Ook in het Rijksmuseum Twenthe werden zijn schilderijen van tijd tot tijd getoond. Na het overlijden op 25 december 1967 van Evert Rabbers, zijn vrouw was hem reeds in juli 1959 ontvallen, werd bij notariële akte de “Stichting Evert Rabbers” in het leven geroepen. Deze stichting beheert ongeveer 150 doeken, tekeningen etc. van zijn levenswerk en stelt zich ten doel van tijd tot tijd zijn werk te exposeren. Zo werden er exposities gehouden in Huize Holterhof te Enschede, Palthehuis te Oldenzaal, Oudheidkamer te Goor, het plaatselijke museum te Vreden en Munster, het Rijksmuseum te Leek, Rijksmuseum Enschede, etc.
Evert Rabbers archief 2
Omschrijving
Sr# archived icon Fleurbaaij, Hendrik is geboren op 29 juni 1896 te Vlissingen. Hij woonde en werkte in Vlissingen, Schiedam, Soerabaja (Ned Indië), Apeldoorn tot 1959, van 1959 af in Valkenisse (Biggekerke). Vormde zich zelf. Oud-gezagvoerder van de grote vaart; schilderde en tekende zee-, rivier- en havengezichten en landschappen. Vooral zijn havens zijn gezocht. Hij was lid van de Apeldoornse Kunstkring.
H. Fleurbaaij archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Zittend naakt, Ik ben in Noord-Afrika geboren door Italiaanse ouders die tot de eerste
Bruno di Maio archief 70
Omschrijving
Sr# archived icon Huibert Antonie van Ravenswaaij is geboren op 1 juni 1891 in gorinchem en overleden te Lisse op 10 september 1972. Ravenswaaij (1891-1972): Kunstschilder/Dichter.

Hij woonde en werkte in Rotterdam; vanaf 1915 in Gorinchem. Leerling van de Akademie voor B.K. te Rotterdam o.l.v. H.Luns, J.H. Nachtweh, A.H.R. van Maasdijk enz. 
Hij schilderde, aquarelleerde, tekende (pen) in naturalistische trant portretten (voor 1914), landschappen, bloemen, dieren, vooral vogels en insecten.
Hij maakte ook litho's en houtsneden.

Exposities en musea; Gorcum/Leerdam, Gorcums Museum/Leerdams Museum Het Oude Raadhuis.
H.A. van Ravenswaaij archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Henry Malfroy is geboren in 1895 in Martinique en overleden in 1944.
Hij was werkzaam in Frankrijk en is bekend geworden door zijn Franse stadsgezichten. Hij exposeerde veel in Parijs, vooral in de Salon Independents voor Franse kunstenaars.
Henry Malfroy archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Dat de schilder Piet de Regt zich liet inspireren door de Haagse School, maakt dit schilderij wel duidelijk. Opgeleid door de landschapschilder Antoon Markus, bekwaamde hij zich vanaf 1896 verder zelf in het schilderen van het landschap, waarbij de polders rondom de omgeving van Den Haag favoriet waren. In talloze nuances groen geeft hij met een trefzekere penseelstreek diepte aan het polderland, waar slootjes en legakkers, overhuifd door bomen, het beeld bepalen. De Regt beperkte zich tot de natuur, de arbeid van de mens daarin kon hem minder boeien. Zijn schilderijen zijn fraaie impressies van de ‘eenvoudige’ natuur, zoals ook de grote meesters van de Haagse School (Roelofs, Gabriël, Weissenbruch) die zo graag weergaven.
Pieter de Regt archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon
Wessel Dijkstra archief 50
Omschrijving
Sr# archived icon Lucien Frank (1857 - 1920).
Lucien Frank werd geboren in Brussel op 10 november 1857 als 3de kind van 
Joseph Frank en Serette Levy. Er zijn aanwijzingen dat hij zijn artistieke 
opleiding in Frankrijk kreeg. In België ontdekte hij als adept van het 
pleinairisme vrij vroeg de charmes van het pittoreske Ohain, waar hij in de 
jaren 1887-1890 vrij intens werkte en zijn eigen stijl ontwikkelde. 

 Vanaf 1890 werkte hij ook veel in de regio van Tervuren, waar hij zich een 
tijdje vestigde. Maar ook de Belgische kust en sites in Nederland genoten zijn 
belangstelling. Zijn interesse verlegde zich gaandeweg naar de levendigheid 
van straten en markten in de grote steden, die hij in een heel eigen stijl 
weergaf. Met tussenpauzen verbleef hij in het buitenland.

 Bij het uitbreken van de 1ste Wereldoorlog verliet hij België. Tijdens dit 
buitenlands verblijf, dat hem in Frankrijk en Spanje bracht, overleed zijn 
echtgenote. 
 Eenmaal terug in België vond hij, samen met zijn zoon Paul, in 1919 een 
nieuwe thuis in Ohain. Nauwelijks enkele maanden nadat hij zijn intrek 
genomen had in zijn woning overleed hij er plotseling op 19 januari 1920.
Lucien Frank archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Dat de schilder Piet de Regt zich liet inspireren door de Haagse School, maakt dit schilderij wel duidelijk. Opgeleid door de landschapschilder Antoon Markus, bekwaamde hij zich vanaf 1896 verder zelf in het schilderen van het landschap, waarbij de polders rondom de omgeving van Den Haag favoriet waren. In talloze nuances groen geeft hij met een trefzekere penseelstreek diepte aan het polderland, waar slootjes en legakkers, overhuifd door bomen, het beeld bepalen. De Regt beperkte zich tot de natuur, de arbeid van de mens daarin kon hem minder boeien. Zijn schilderijen zijn fraaie impressies van de ‘eenvoudige’ natuur, zoals ook de grote meesters van de Haagse School (Roelofs, Gabriël, Weissenbruch) die zo graag weergaven.
Pieter de Regt archief 2
Omschrijving
Sr# archived icon Zschimmer, Emil Zschimmer is geboren op 14 september 1842 in Grosswig (gem. Merseburg Duitsland) en overleden op 23 januari 1917 in Bad Schmiedeberg.
Hij was tussen 1863 en 1870 leerling aan de Weimarer Kunstschule (onder leiding van Michelis, Ramberg en Pauwels) en tussen 1873 en 1881 leraar aan de Vrije Teken Akademie in Weimar. Daarna les gegeven op diverse scholen in Erfurt.
Vanaf 1891 heeft hij zich gevestigd in Bad Schmiedeberg en is daar tot aan zijn dood gebleven.
Hij schilderde in hoofdzaak heide- en bosgezichten, vaak voorzien van diverse figuren. Ook schilderde hij enkele genrestukken en architectuurwerken. Vanaf 1891 exposeerde hij al in Berlijn op de Akademische tentoonstellingen, later ook in het Münchener Glaspalast en in de  Dresdener Akademie. 
Hij is vertegenwoordigt in diverse musea o.a.; Städtliche Museum in Erfurt, Staatlicher Kunstmuseum in Weimar, Moritzburger Museum in Halle, Berlijn en vele andere musea.
Emil Zschimmer archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon
Wessel Dijkstra archief 51
Omschrijving
Sr# archived icon Franken, Johannes Henricus (Jan); geboren op 8 april 1878 in Tilburg en overleden op 7 maart 1959 in Den Haag. Woonde en werkte in Keulen 1896-1901, Parijs tot 1908, Den Haag vanaf 11 februari 1909. Studeerde te Keulen, daarna te Parijs in het decoratieve vlak (Ecole des Arts decoratifs). Schilderde en tekende portretten, figuren (vooral Scheveningse vissersvrouwen) en bloemen. Heeft ook gelithografeerd. Was lid van 'Pulchri Studio', de Haagse en de Nederlandse Kunstkring. Gaf les aan ondermeer zijn zoon R.A. Franken, J.C.E. van Beusekom, E.C.H. Eversdijk Smulders, J.J. van Houweninge, R.C. de Leeuw, J.A. Pietersen. Werk in de Rijkscollectie (pastel).
Jan Franken archief 5
Omschrijving
Sr# archived icon Maris, Jacobus Hendrikus
Jacob Maris archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Rensburg, Eugenius (Eugène) Rensburg is geboren in Den Haag op 16 september 1872 en overleden in Den Haag op 6 november 1956. Hij woonde en werkte ondermeer in Den Haag, Amsterdam, Rotterdam, Parijs, Berlijn, Wenen, Frankfurt, Boedapest, langs de Rijn, Donau, Seine, de Theems bij Londen en langs de Zuiderzee. Hij heeft echter het grootste gedeelte van zijn leven in Rotterdam gewoond. Hij was leerling van de Quellinusschool (avondcursus) te Amsterdam en van de Akademie voor beeldene kunstenaars in Den Haag (van circa 1890 af) onder leiding van J. van Delden.
Schilderde stadsgezichten, aquaria, terraria, enz. Hij heeft vooral naam gemaakt met zijn topografische pentekeningen. Hij werd wel een handig stadstekenaar genoemd. ook heeft hij meer dan 5000 etsen gemaakt, waaronder circa 450 stuks van de stad Rotterdam.
Het gemeentearchief van Delft bezit diverse tekeningen van hem en het Belastingmuseum van Rotterdam bezit  5 mooie aquarellen van hem.
Eugène Rensburg archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Bieling, Hermann Friederich ('Herman'); geb. Rotterdam 21 juni 1887, overl. Rhoon 5 december 1964. Woonde en werkte in Rotterdam (Hillegersberg) tot 1937; daarna in Rhoon. Maakte buitenlandse reizen, bezocht Belgiė, Frankrijk (Parijs, Bretagne), Spanje, Duitsland, Engeland (Londen) enz. Leerling van de Akademie v.B.K. te Rotterdam o.l.v. A.H.R. van Maasdijk. Schilderde, aquarelleerde, tekende, etste, graveerde en lithografeerde landschappen, portretten, kerkinterieurs, stillevens, bloemen, enz. Maakte houtsneden, tevens verdienstelijk beeldhouwer (figuren, soms ook monumentaal). Gaf les aan E. Hooge, P.J. van Someren, en W. Westbroek. Herman Bieling kreeg zijn opleiding aan de Rotterdamse academie en woonde en werkte het grootste deel van zijn leven in Hillegersberg. Hij was een bezield avant-gardist en drijvende kracht achter de Rotterdamse kunstenaarsfederatie ‘De Branding', waarvan de tentoonstellingen en manifestaties een baanbrekend karakter hadden. Zijn stijl ontwikkelde zich na 1917 van luministisch tot een synthese van kubisme en expressionisme. Door een grote brand in 1930 in zijn atelier aan de Willemskade ging het meeste van zijn werk verloren.
H. Bieling archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Jan Zondag werd op 13 april 1891 te Annen in de provincie Drent geboren als oudste van een gezin van zeven kinderen. Zijn vader was boer en Jan werd door zijn vader voorbestemd ook boer te worden. Het liep echter anders. Ieder jaar kwam er een franse schilder, Alphonse Stengelin naar Drente om te schilderen. Jan zijn nieuwsgierigheid werd geprikkeld en hij ging vaak mee gewapend met zijn schetsboek.

Jan wilde naar de Rijkskweekschool te Groningen om te worden opgeleid tot leraar, maar zijn vader besliste dat dit alleen kon ls hij een beurs zou krijgen en dat lukte. Het tekenen zat er toen al in en dat werd extra gestimuleerd door een schilderskist die hij cadeau had gekregen van een leraar. Hij maakte, meestal op karton, houtskooltekeningen en aquarellen van het Drentse landschap.

Zondag was een groor bewonderaar van Vincent van Gogh en een door hem in 1981 geschetst landschap werd door Jan gekopieerd ter nagedachtenis aan hem. De direkteur van de Rijkskweekschool stimuleerde Jan om zijn hoofdakte te halen. In diezelfde tijd haalde hij de acte tekenen L.O. en schoonschrijven L.O. en het diploma Slöjd. daarna studeerde hij verder voor de acte tekenen M.O. Toen hij klaar was met zijn opleiding aan de Rijkskweekschool tussen 1907 en 1911 kwam Jan als leraar voor de klas in Assen. In december 1922 besloot hij om te stoppen als leraar en met zijn leven verder te gaan als kunstenaar.

Hij woonde en werkte o.a. in Parijs, Gros Rouvres (Seine et Oise), Maussane (Provence), Griekenland, Kortenhoef, Eemnes (aan de Heidelaan/weg 12 en Gooiersgracht), Laren en Blaricum (Binnenweg en Driftlaan tussen 5-11-1954 tot 20-5-1976)

Zondag schilderde, aquarelleerde en tekende voornamelijk landschappen, portretten en stilllevens. Hij exposeerde bij van Lier en Van Wisselingh in Amsterdam en verder in Groningen, Assen, Nijmegen, Hengelo. Hij werkte in diverse plaatsen

Zondag was lid van de schildersvereningen; De Drentsche Schildersvereniging en de Gooische schildersvereniging. In zijn Larense tijd woonde hij aan de Drift nummer 9. In 1976 verhuisde hij met zijn vrouw naar het kunsetnaarszorgcentrum Rosa Spierhuis in Laren en toen zijn vrouw in 1981 overleed trok hij naar zijn dochter in Sint-Jans klooster waar hij in 1982 overleed. In 1973 heeft het Singer Museum te Laren ter ere van zijn 80e verjaardag een overzichtstentoonstelling gemaakt. Jan Zondag overleed in 1982 in St.Jans Klooster.
Jan Zondag archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon
Wessel Dijkstra archief 52
Omschrijving
Sr# archived icon Der Maler Conrad Franz, der heute zu den besten und renommiertesten Tiermalern Deutschlands zählt, wurde am 22. Oktober 1950 in Stockum (Westfalen) geboren. Schon als Kind wuchs in Conrad Franz eine starke Beziehung zur Natur. Mit seinem Großvater, einem Förster, verbrachte er viel Zeit unter freiem Himmel. Vom Vater, einem Chemigraphen und Künstler, übernahm der junge Naturliebhaber bereits als 14-Jähriger Zeichen- und Mal-Aufträge, unter anderem für den Hamburger Zoo. Nach der Schulzeit studierte Conrad Franz, der von seinen Freunden nur
Conrad Franz archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon willem Maris 
Den Haag 1844 - 1910 Den Haag 
 

Maris Hij werd in Den Haag geboren als jongste zoon van Mattheus Maris en Hendrika Bloemert. Hij was er bekend niet alleen als schilder, ook als tekenaar, etser en aquarellist.
Zijn eerste tekenonderricht ontving hij van zijn oudere broers Jacob Maris en Matthijs Maris. Hij volgde tevens avondschool aan de Haagse Academie en ontving raadgevingen van de dierenschilder Pieter Stortenbeker. Aan de Haagse academie volgde hij nog avondlessen. Hij werd een uitmuntend dierentekenaar. In Oosterbeek en in Wolfheze ontwikkelde hij zijn artistiek landschapschilderen. In 1855 maakte hij er kennis met Anton Mauve. In Den Haag kreeg hij zijn eerste expositie in 1863.
Met Bernard Blommers reisde hij in 1865 door de Rijnstaten. Ook Noorwegen deed hij aan.
Vanaf 1869 bleef hij in Den Haag wonen, waar hij op 65-jarige leeftijd overleed. In zijn steeds weerkerende landschappen met dieren geanimeerd, herinnerde hij vaak aan het werk van de Franse Camille Corot. Hoewel hij als jongste van de drie Marissen eigenlijk het verst verwijderd stond van zowel realisme als impressionisme, toch is hij wellicht de meest realistische schilder van de drie geweest
Willem Maris archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Zandleven, Jan Adam Zandleven,
 Koog a/d Zaan 1868 - 1946 Rhenen 

De schilder J. A. Zandleven werd in 1868 te Koog a/d Zaan geboren. Tegen wil en dank moest hij bij zijn vader in de zaak. De handel trok hem niets aan. Reeds als jongen voelde hij den sterken drang om schilder te worden en alleen voor de kunst te leven. Van kind af had hij buitengewoon veel liefde voor de natuur en gebruikte al zijn vrijen tijd, én gestolen tijd, om te teekenen en te schilderen. De drang om schilder te worden werd eindelijk zoo groot, dat het tot een uitbarsting kwam : de vader wilde van zijn zoon geen schilder maken en de zoon stond daartegenover met een even sterken wil : hij brak met alles en volgde zijn roeping. Toen kwam een zware tijd, vol kommer bijwijlen. Maar reeds was het sterkend woord van een paar ouderen in de kunst den jongen zoeker een steun. In 1901 ging Zandleven met zijn werk naar Jozef Israëls, die hem raadde door te gaan, mits hij hard studeerde. Tegelijk gaf Israëls hem een briefje mee voor Gabriël. Deze, die oók den moeilijken strijd om er te komen had gekend, zei : als je alles wilt opofferen, om je doel te bereiken, en als je je bewust bent, dat er een heel zware weg is af te leggen, ga dán door.

Zandleven heeft zichzelf gevormd; vanaf 1902 was hij uitsluitend kunstschilder. Schilderde en tekende veel bloemen, stillevens, bosgezichten en boerderijen met bloeiende boomgaarden. Schilderde aanvankelijk naturalistisch-impressionistisch, later werd zijn werk gekenmerkt door een eigen pointillistische stijl. Was lid van ‘Arti et Amicitiae’ te Amsterdam. Diverse tentoonstellingen en werk onder meer in Centraal Museum Dordrecht en Rijksmuseum Kröller Müller.
J.A. Zandleven archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Antoon Markus,
Arnhem 1870-1955 Oosterbeek. Antoon Markus wordt geboren op 7 september 1870 te Arnhem. Zijn vader was destijds eigenaar van het bekende
Antoon Markus archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Georges Binet (1865 - Le Havre, France - 1949 - Toulon, France)
Georges Binet archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Ydema, Egnatius Ydema is geboren op 23 juni1876 te Wymbritseradeel en overleden op 19 juli 1937 te Voorburg. Hij woonde en werkte in Sneek tot 1896, Den Haag tot 1925, daarna vnl. in Stompwijk. Werkte veel in Friesland. Hij was aanvankelijk huisschilder, later geheel en al kunstschilder. Vormde zichzelf, raadgevingen van W.B.Tholen. Hij schilderde en aquarelleerde in het bijzonder de Friese meren, watervlakten, brede vaarten met zeilende boten, enz.

Het Haags Gemeentemuseum en het Rijksmuseum 'Zuiderzeemuseum' hebben beide werken van hem in het bezit.
E. Ydema archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Grave 25.02.1881 - 1958 te Graz (Oostenrijk). 

 

Albertus Antonius Hermanus(Albert) woonde en werkte in Grave tot 1900, München, Nijmegen tot 1925, Haarlem tot 1954, vertrok 12 oktober 1954 naar Oostenrijk. Leerling van zijn vader H.J.A. Arens, van de Hochschule für B.K. te München o.l.v. F. Hummel en prof. Raupp. 

Schildert, tekent en etst portretten, landschappen, stillevens enz. Maakte muurschilderingen, glas-in-lood-ramen, tevens kunstnijveraar. Was lid van ‘St. Lucas’ te Amsterdam en van ‘Kunst zij ons Doel’ te Haarlem.
Werk in het Frans Halsmuseum te Haarlem.
Albert Arens archief 991
Omschrijving
Sr# archived icon Johan Hendrik van Mastenbroek werd in 1875 in Rotterdam geboren. Hier overleed hij ook in 1945. Hij woonde en werkte in Rotterdam, Brugge, Parijs, Londen, Den Haag en vervolgens weer in Rotterdam. Hij vormde zich zelf en kreeg daarnaast tekenlessen van  A.H.R. van Maasdijk. Hij was een belangrijke schilder van de Rotterdamse haven, de Maas en de Zuiderzeewerken.

 
Mastenbroek schilderde, aquarelleerde tekende en etste riviergezichten, havens, stadsgezichten en een enkel winters landschap. Zijn werk documenteert de grote technische vooruitgang en de snel toenemende bedrijvigheid in de Rotterdamse haven na 1900. Van Mastenbroek schetste graag buiten bij regenachtig weer aan de schoonheid van de luchten en de heldere kleuren.  'Ik kon staan smullen van de heerlijke wolkenformaties en den aan kleuren zo rijken stijl tusschen zon en wolken' schreef hij hierover in 1945. Hij oogstte in brede kring veel succes met zijn werk.
 
Hij gaf raadgevingen aan J.P. Molenaar en H. van Randwijk. Van Mastenbroek behaalde vele onderscheidingen met zijn werk. Werk van Van Mastenbroek is o.a. opgenomen in de collecties van het Rijksmuseum te Amsterdam, het Rijksmuseum Van Bilderbeek, het Haags gemeentemuseum, het Rijksmuseum HW Mesdag, het gemeentemuseum Harlingen, en het Museum Boymans-van Beuningen te Rotterdam.
J.H. Mastenbroek archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Ydema, Egnatius Ydema is geboren op 23 juni1876 te Wymbritseradeel en overleden op 19 juli 1937 te Voorburg. Hij woonde en werkte in Sneek tot 1896, Den Haag tot 1925, daarna vnl. in Stompwijk. Werkte veel in Friesland. Hij was aanvankelijk huisschilder, later geheel en al kunstschilder. Vormde zichzelf, raadgevingen van W.B.Tholen. Hij schilderde en aquarelleerde in het bijzonder de Friese meren, watervlakten, brede vaarten met zeilende boten, enz.

Het Haags Gemeentemuseum en het Rijksmuseum 'Zuiderzeemuseum' hebben beide werken van hem in het bezit.
E. Ydema archief 2
Omschrijving
Sr# archived icon Den Haag 1899-1950 Amsterdam
Woonde en werkte in Den Haag, Dordrecht, Heerlen en Heemstede. Leerling van de Akademie v. B.K. te Rotterdam. Schilderde en tekende in naturalistisch-realistische trant bij voorkeur stalinterieurs met paarden. Vervaardigde ook voorstellingen met schelpenvissers, landschappen (met vee) en goede portretten.
Dirk Meesters archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Garst, J. Garst,  Johannes Garst is geboren op 11 juni 1950 te Beerzeveld. Vanaf 1973 schildert hij op zowel doek als paneel en houdt zich bezig met portretten, surrealistische- en erotische kunst. Van 1982 tot en met 1988 zijn er ontmoetingen geweest met de Nederlandse surrealist J.H.Moesman ( 1992-1988) en heeft hij met hem gecorrespondeerd over zijn werk. Moesman heeft hem geadviseerd op de ingeslagen weg van schilderen voort te gaan. Hij is kunsthisorisch in Nederland ook bekend als een adept van Moesman. Hij heeft  meegedaan met vele groepsexposities en heeft ook een aantal solo exposities gehad door het hele land. Werk van hem is  o.a. aangekocht via de BKR en bevindt zich in particuliere collecties van verzamelaars. Zijn surrealistische schilderijen en panelen laten vervreemdende situaties zien, waarbij symboliek, erothiek, confrontatie en humor aan de orde zijn. Met name de gebruikte aardkleuren geven een heel bijzondere sfeer, alsof hij muzikaal geïnspireerde een eigen toon geeft aan de weergegeven voorstellingen.
Johannes Garst archief 5
Omschrijving
Sr# archived icon Johan Meijer
 Kunstschilder

Naam: Meijer, Johan

Geboren: Amsterdam - 5 april 1885

Atelier/Adres: Blaricum - Heideweg 5 


Johan Meijer werd op 5 april 1885 geboren te Amsterdam. Hij was leerling van Hanau en A.M. Gorter, School voor Kunstnijverheid en drie jaar avondklas van de Rijksacademie 1907-1910. Daarna studeerde hij verder in Parijs en Brussel. Hij schilderde voornamelijk landschappen en dieren en deed dit in neo-impressionistische trant.

Meijer gaf les aan W.J. Koppius en A.J. Smetz. Literatuur: Albert Plasschaert
Johan Meijer archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Bjulf, Soren Christian Bjulf is geboren in 1890 en overleden in 1958 in Denemarken. 
Hij schilderde in hoofdzaak figuurstukken en het alledaagse leven in Denemarken.
Ook maakte hij fraaie landschappen en stadsgezichten (vooral markten) die rijkelijk gestoffeerd waren met figuren. Door zijn realistische werk en zijn wat lichtere kleurgebruik (vaak wat pastelachtige tinten), zijn zijn werken geliefd bij veel verzamelaars verspreid over de gehele wereld. Getuige hiervan zijn vaak de hoge veilingopbrengsten bij Christies en Sotheby's.
S.C. Bjulf archief 50
Omschrijving
Sr# archived icon Garst, J. Garst,  Johannes Garst is geboren op 11 juni 1950 te Beerzeveld. Vanaf 1973 schildert hij op zowel doek als paneel en houdt zich bezig met portretten, surrealistische- en erotische kunst. Van 1982 tot en met 1988 zijn er ontmoetingen geweest met de Nederlandse surrealist J.H.Moesman ( 1992-1988) en heeft hij met hem gecorrespondeerd over zijn werk. Moesman heeft hem geadviseerd op de ingeslagen weg van schilderen voort te gaan. Hij is kunsthisorisch in Nederland ook bekend als een adept van Moesman. Hij heeft  meegedaan met vele groepsexposities en heeft ook een aantal solo exposities gehad door het hele land. Werk van hem is  o.a. aangekocht via de BKR en bevindt zich in particuliere collecties van verzamelaars. Zijn surrealistische schilderijen en panelen laten vervreemdende situaties zien, waarbij symboliek, erothiek, confrontatie en humor aan de orde zijn. Met name de gebruikte aardkleuren geven een heel bijzondere sfeer, alsof hij muzikaal geïnspireerde een eigen toon geeft aan de weergegeven voorstellingen.
Johannes Garst archief 6
Omschrijving
Sr# archived icon Johan Meijer
 Kunstschilder

Naam: Meijer, Johan

Geboren: Amsterdam - 5 april 1885

Atelier/Adres: Blaricum - Heideweg 5 


Johan Meijer werd op 5 april 1885 geboren te Amsterdam. Hij was leerling van Hanau en A.M. Gorter, School voor Kunstnijverheid en drie jaar avondklas van de Rijksacademie 1907-1910. Daarna studeerde hij verder in Parijs en Brussel. Hij schilderde voornamelijk landschappen en dieren en deed dit in neo-impressionistische trant.

Meijer gaf les aan W.J. Koppius en A.J. Smetz. Literatuur: Albert Plasschaert
Johan Meijer archief 2
Omschrijving
Sr# archived icon Bekendste Texelse kunstschilder uit de 20e eeuw.
Ad Blok van der Velden archief 4
Omschrijving
Sr# archived icon 1873-1952 - Amsterdam- Amersfoort Belangrijk kunstenaar. Schilder van havens, landschappen, figuurstukken, e.a. in een neo-impressionistische stijl. Pensionair van koningin Wilhelmina. Professor aan de Rijksacademie van Amsterdam. Ontving belangrijke onderscheidingen. Werk in vele musea en in nationale en internationale collecties.
H.J. Wolter archief 70
Omschrijving
Sr# archived icon Garst, J. Garst,  Johannes Garst is geboren op 11 juni 1950 te Beerzeveld. Vanaf 1973 schildert hij op zowel doek als paneel en houdt zich bezig met portretten, surrealistische- en erotische kunst. Van 1982 tot en met 1988 zijn er ontmoetingen geweest met de Nederlandse surrealist J.H.Moesman ( 1992-1988) en heeft hij met hem gecorrespondeerd over zijn werk. Moesman heeft hem geadviseerd op de ingeslagen weg van schilderen voort te gaan. Hij is kunsthisorisch in Nederland ook bekend als een adept van Moesman. Hij heeft  meegedaan met vele groepsexposities en heeft ook een aantal solo exposities gehad door het hele land. Werk van hem is  o.a. aangekocht via de BKR en bevindt zich in particuliere collecties van verzamelaars. Zijn surrealistische schilderijen en panelen laten vervreemdende situaties zien, waarbij symboliek, erothiek, confrontatie en humor aan de orde zijn. Met name de gebruikte aardkleuren geven een heel bijzondere sfeer, alsof hij muzikaal geïnspireerde een eigen toon geeft aan de weergegeven voorstellingen.
Johannes Garst archief 7
Omschrijving
Sr# archived icon Johan Meijer
 Kunstschilder

Naam: Meijer, Johan

Geboren: Amsterdam - 5 april 1885

Atelier/Adres: Blaricum - Heideweg 5 


Johan Meijer werd op 5 april 1885 geboren te Amsterdam. Hij was leerling van Hanau en A.M. Gorter, School voor Kunstnijverheid en drie jaar avondklas van de Rijksacademie 1907-1910. Daarna studeerde hij verder in Parijs en Brussel. Hij schilderde voornamelijk landschappen en dieren en deed dit in neo-impressionistische trant.

Meijer gaf les aan W.J. Koppius en A.J. Smetz. Literatuur: Albert Plasschaert
Johan Meijer archief 3
Omschrijving
Sr# archived icon Bekendste Texelse kunstschilder uit de 20e eeuw.
Ad Blok van der Velden archief 3
Omschrijving
Sr# archived icon Geijp, A.M. Geijp is geboren in Middelburg op 22.11.1855 en overleden in Den Haag op 09.11.1926. 
                                                                                                                                                                                                                                                   Adriaan Marinus Geijp was in Middelburg actief als decoratieschilder en kreeg daar tekenlessen. Rondom 1880 vestigde hij zich in Den Haag en legde zich vervolgens op de schilderskunst toe. Hij vormde zichzelf en schilderde bij voorkeur winterlandschappen, bosgezichten en landschappen met vee. Ook zijn er enkele stadsgezichten bekend.
A.M. Geijp archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Winterlandschap bij Blaricum, Johan Meijer
 Kunstschilder

Naam: Meijer, Johan

Geboren: Amsterdam - 5 april 1885

Atelier/Adres: Blaricum - Heideweg 5 


Johan Meijer werd op 5 april 1885 geboren te Amsterdam. Hij was leerling van Hanau en A.M. Gorter, School voor Kunstnijverheid en drie jaar avondklas van de Rijksacademie 1907-1910. Daarna studeerde hij verder in Parijs en Brussel. Hij schilderde voornamelijk landschappen en dieren en deed dit in neo-impressionistische trant.

Meijer gaf les aan W.J. Koppius en A.J. Smetz. Literatuur: Albert Plasschaert
Johan Meijer archief 4
Omschrijving
Sr# archived icon Bekendste Texelse kunstschilder uit de 20e eeuw.
Ad Blok van der Velden archief 2
Omschrijving
Sr# archived icon Wolff, C. de Wolff, Cor de Wolff is geboren in Middelburg in 1889 en is overleden te Amsterdam in 1963.
De schilder/graficus Cor de Wolff begon zijn artistieke loopbaan als kunstnijveraar, voornamelijk maakte hij batiks, houtsneden en zeer fraaie etsen die veel gevraagd zijn.
Op latere leeftijd is hij begonnen te schilderen.
Vanaf de veertiger jaren heeft hij enkele landschappen gemaakt op een impressionistische wijze.
Later werd hij vernieuwend en volgde zijn eigen weg.
Zijn honger naar beweging en kleur uitte hij daarna in vitale schilderijen vol fantasie, bevolkt door wonderlijk gevormde figuren, uitbundig in hen gebaren en geschilderd in bonte, vlot aangebrachte kleuren.
Kroegjes, volkspret, kermissen en markten waren zijn favoriete onderwerpen.
In zijn schilderijen is tegelijkertijd iets vrolijks en caricaturaals.
Zijn uitspraak ”Het liefst zou ik met een poppenkast er op uittrekken om aan de burgers, boeren en buitenlui te laten zien, hoe raar en hoe vermakelijk het leven is” is voor hem dan ook van toepassing.
Veel van zijn werk berust bij het Centraal Museum in Utrecht, maar vooral bij particuliere verzamelaars.
Heeft ook veel geëxposeerd in het stedelijk museum te Amsterdam en hij was lid van de “Onafhankelijken  Amsterdam”.
Cor de Wolff archief 3
Omschrijving
Sr# archived icon Johan Meijer
 Kunstschilder

Naam: Meijer, Johan

Geboren: Amsterdam - 5 april 1885

Atelier/Adres: Blaricum - Heideweg 5 


Johan Meijer werd op 5 april 1885 geboren te Amsterdam. Hij was leerling van Hanau en A.M. Gorter, School voor Kunstnijverheid en drie jaar avondklas van de Rijksacademie 1907-1910. Daarna studeerde hij verder in Parijs en Brussel. Hij schilderde voornamelijk landschappen en dieren en deed dit in neo-impressionistische trant.

Meijer gaf les aan W.J. Koppius en A.J. Smetz. Literatuur: Albert Plasschaert
Johan Meijer archief 5
Omschrijving
Sr# archived icon Bekendste Texelse kunstschilder uit de 20e eeuw.
Ad Blok van der Velden archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Wolff, C. de Wolff, Cor de Wolff is geboren in Middelburg in 1889 en is overleden te Amsterdam in 1963.
De schilder/graficus Cor de Wolff begon zijn artistieke loopbaan als kunstnijveraar, voornamelijk maakte hij batiks, houtsneden en zeer fraaie etsen die veel gevraagd zijn.
Op latere leeftijd is hij begonnen te schilderen.
Vanaf de veertiger jaren heeft hij enkele landschappen gemaakt op een impressionistische wijze.
Later werd hij vernieuwend en volgde zijn eigen weg.
Zijn honger naar beweging en kleur uitte hij daarna in vitale schilderijen vol fantasie, bevolkt door wonderlijk gevormde figuren, uitbundig in hen gebaren en geschilderd in bonte, vlot aangebrachte kleuren.
Kroegjes, volkspret, kermissen en markten waren zijn favoriete onderwerpen.
In zijn schilderijen is tegelijkertijd iets vrolijks en caricaturaals.
Zijn uitspraak ”Het liefst zou ik met een poppenkast er op uittrekken om aan de burgers, boeren en buitenlui te laten zien, hoe raar en hoe vermakelijk het leven is” is voor hem dan ook van toepassing.
Veel van zijn werk berust bij het Centraal Museum in Utrecht, maar vooral bij particuliere verzamelaars.
Heeft ook veel geëxposeerd in het stedelijk museum te Amsterdam en hij was lid van de “Onafhankelijken  Amsterdam”.
Cor de Wolff archief 2
Omschrijving
Sr# archived icon Haenraets, W. Haenraets,Willem Haenraets	
Willem Haenraets is op 9 oktober 1940 geboren in Heerlen, Nederland. Toen hij zestien jaar werd, meldde hij zich aan bij de Stads Academie van Maastricht.
Na 4 jaar won hij een beurs van de Belgische regering, om in Antwerpen aan het Hoger Nationaal Instituut voor Schone Kunsten te studeren, waar hij de beschikking had over een eigen atelier met model. Daar heeft hij zijn studie voltooid, in de Meesterklasse van professor Sarina (Atelier Opsomer) en professor Vaarten.   Hij verhuisde naar Kasteel Terworm in Heerlen en stortte zich op zijn werk. Veel originele schilderijen  werden via een galerie in Amsterdam verkocht, anderen gingen naar Duitsland. 
Halverwege de 80-er jaren vatte hij het plan op om prints te laten maken van zijn schilderijen. Dit bracht een grote verandering met zich mee, zowel op financieel vlak als op het gebied van beurzen en exposities. Regelmatig ging hij op uitnodiging van uitgeverijen naar kunstbeurzen in de Verenigde Staten, Engeland en Duitsland. Hij deelde onder andere handtekeningen uit op stands in het Convention Center in Los Angelos en New York. Terwijl de lithografieën op de Expo werden getoond, werden originele schilderijen in een galerie op Rodeo Drive in Beverly Hills geëxposeerd.Doordat hij zoveel bekendheid verwierf, mede door het wereldwijd verspreiden van de prints, kwam er een uitnodiging uit Japan, om in Nagoya een expositie van zijn schilderijen te houden. Dit werd een groot succes. De Japanners waren vooral gecharmeerd van zijn romantische taferelen en zachte kleuren.
In deze periode werd hij benaderd door een galeriehouder in de Stokstraat in Maastricht. Met hem heeft hij een aantal vruchtbare jaren beleefd, met iedere twee jaar een mooie expositie in Galerie Renoir, vaak al gedeeltelijk verkocht op de folder van de uitnodiging.  Door ziekte van de galeriehouder kwam hier helaas een einde aan.
In 2003 kocht hij een huis in Spanje, Hondon de las Nieves, waar het gemeentebestuur hem bij het inschrijven al vroeg om een tentoonstelling te houden in het dorp, in het ‘Casa Cultura‘. Dit was een leuke binnenkomer. Hij werkt nu met uitgevers die mijn werk over de hele wereld verspreiden, in de vorm van litho’s en gyclee-prints. Zijn originele werk verkoopt hijzelf  en via galeriehouders.
Willem Haenraets archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Johan Meijer
 Kunstschilder

Naam: Meijer, Johan

Geboren: Amsterdam - 5 april 1885

Atelier/Adres: Blaricum - Heideweg 5 


Johan Meijer werd op 5 april 1885 geboren te Amsterdam. Hij was leerling van Hanau en A.M. Gorter, School voor Kunstnijverheid en drie jaar avondklas van de Rijksacademie 1907-1910. Daarna studeerde hij verder in Parijs en Brussel. Hij schilderde voornamelijk landschappen en dieren en deed dit in neo-impressionistische trant.

Meijer gaf les aan W.J. Koppius en A.J. Smetz. Literatuur: Albert Plasschaert
Johan Meijer archief 6
Omschrijving
Sr# archived icon Bekendste Texelse kunstschilder uit de 20e eeuw.
Ad Blok van der Velden archief 7
Omschrijving
Sr# archived icon De Duitsers hadden her en der in de Betuwe, de Liemers, de Ooypolder en het Duitse Nederrijngebied dijken doorgestoken, waardoor grote delen van deze gebieden onder water kwamen te staan. Wolff, C. de Wolff, Cor de Wolff is geboren in Middelburg in 1889 en is overleden te Amsterdam in 1963.
De schilder/graficus Cor de Wolff begon zijn artistieke loopbaan als kunstnijveraar, voornamelijk maakte hij batiks, houtsneden en zeer fraaie etsen die veel gevraagd zijn.
Op latere leeftijd is hij begonnen te schilderen.
Vanaf de veertiger jaren heeft hij enkele landschappen gemaakt op een impressionistische wijze.
Later werd hij vernieuwend en volgde zijn eigen weg.
Zijn honger naar beweging en kleur uitte hij daarna in vitale schilderijen vol fantasie, bevolkt door wonderlijk gevormde figuren, uitbundig in hen gebaren en geschilderd in bonte, vlot aangebrachte kleuren.
Kroegjes, volkspret, kermissen en markten waren zijn favoriete onderwerpen.
In zijn schilderijen is tegelijkertijd iets vrolijks en caricaturaals.
Zijn uitspraak ”Het liefst zou ik met een poppenkast er op uittrekken om aan de burgers, boeren en buitenlui te laten zien, hoe raar en hoe vermakelijk het leven is” is voor hem dan ook van toepassing.
Veel van zijn werk berust bij het Centraal Museum in Utrecht, maar vooral bij particuliere verzamelaars.
Heeft ook veel geëxposeerd in het stedelijk museum te Amsterdam en hij was lid van de “Onafhankelijken  Amsterdam”.
Cor de Wolff archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Haenraets, W. Haenraets,Willem Haenraets	
Willem Haenraets is op 9 oktober 1940 geboren in Heerlen, Nederland. Toen hij zestien jaar werd, meldde hij zich aan bij de Stads Academie van Maastricht.
Na 4 jaar won hij een beurs van de Belgische regering, om in Antwerpen aan het Hoger Nationaal Instituut voor Schone Kunsten te studeren, waar hij de beschikking had over een eigen atelier met model. Daar heeft hij zijn studie voltooid, in de Meesterklasse van professor Sarina (Atelier Opsomer) en professor Vaarten.   Hij verhuisde naar Kasteel Terworm in Heerlen en stortte zich op zijn werk. Veel originele schilderijen  werden via een galerie in Amsterdam verkocht, anderen gingen naar Duitsland. 
Halverwege de 80-er jaren vatte hij het plan op om prints te laten maken van zijn schilderijen. Dit bracht een grote verandering met zich mee, zowel op financieel vlak als op het gebied van beurzen en exposities. Regelmatig ging hij op uitnodiging van uitgeverijen naar kunstbeurzen in de Verenigde Staten, Engeland en Duitsland. Hij deelde onder andere handtekeningen uit op stands in het Convention Center in Los Angelos en New York. Terwijl de lithografieën op de Expo werden getoond, werden originele schilderijen in een galerie op Rodeo Drive in Beverly Hills geëxposeerd.Doordat hij zoveel bekendheid verwierf, mede door het wereldwijd verspreiden van de prints, kwam er een uitnodiging uit Japan, om in Nagoya een expositie van zijn schilderijen te houden. Dit werd een groot succes. De Japanners waren vooral gecharmeerd van zijn romantische taferelen en zachte kleuren.
In deze periode werd hij benaderd door een galeriehouder in de Stokstraat in Maastricht. Met hem heeft hij een aantal vruchtbare jaren beleefd, met iedere twee jaar een mooie expositie in Galerie Renoir, vaak al gedeeltelijk verkocht op de folder van de uitnodiging.  Door ziekte van de galeriehouder kwam hier helaas een einde aan.
In 2003 kocht hij een huis in Spanje, Hondon de las Nieves, waar het gemeentebestuur hem bij het inschrijven al vroeg om een tentoonstelling te houden in het dorp, in het ‘Casa Cultura‘. Dit was een leuke binnenkomer. Hij werkt nu met uitgevers die mijn werk over de hele wereld verspreiden, in de vorm van litho’s en gyclee-prints. Zijn originele werk verkoopt hijzelf  en via galeriehouders.
Willem Haenraets archief 2
Omschrijving
Sr# archived icon Ochtendnevel, Johan Meijer
 Kunstschilder

Naam: Meijer, Johan

Geboren: Amsterdam - 5 april 1885

Atelier/Adres: Blaricum - Heideweg 5 


Johan Meijer werd op 5 april 1885 geboren te Amsterdam. Hij was leerling van Hanau en A.M. Gorter, School voor Kunstnijverheid en drie jaar avondklas van de Rijksacademie 1907-1910. Daarna studeerde hij verder in Parijs en Brussel. Hij schilderde voornamelijk landschappen en dieren en deed dit in neo-impressionistische trant.

Meijer gaf les aan W.J. Koppius en A.J. Smetz. Literatuur: Albert Plasschaert
Johan Meijer archief 7
Omschrijving
Sr# archived icon Bekendste Texelse kunstschilder uit de 20e eeuw.
Ad Blok van der Velden archief 5
Omschrijving
Sr# archived icon Wolf, Georg Wolf is geboren in 1882 te Niederhausbergen, Elzas en overleden 
in 1962 te Uelzen (Dusseldorf). Bekend dierenschilder in Düsseldorf. Leerling 
van de Strassburger Kunstgewerbesch. en daarna met een tussenstop in 
München leerling van de Düsseldorfer Akademie onder leiding van J.P. 
Junghanns.
Georg Wolf archief 3
Omschrijving
Sr# archived icon Genzmer, Berthold Genzmer is geboren op 9 maart 1858 in Boggusch (Westpr.) en overleden in 1927. 
Hij werkte in Berlijn en kreeg les van W.A. Stryowsky in Danzig (1877-1880) en doorliep de Kunstakademie in Berlijn onder leiding van K. Gussow . Hierop volgden lange studiereizen door geheel Duitsland. Vanaf 1880 tot 1892 exposeerde hij regelmatig in de
B. Genzmer archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Halke, Paul Halke is geboren op 27 oktober 1866 in Bukowicz (Polen). Hij was illustrator en kunstschilder in Berlijn. Leerling van de Kunstakademie van Berlijn onder leiding vam A. Kampf.
Exposeerde sinds 1894 op de grote kunsttentoonstellingen in Berlijn en nadien op vele belangrijke exposities in Duitsland. Als karikaturist is hij medewerker van
Paul Halke archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Wildlife schilder Ron Meilof.
Geboren op 23 januari 1953 werd Ron Meilof reeds als kind door zijn Opa 
Hepke Meilof al bekend gemaakt met schilderstechniek. Veel tijd bracht hij 
door bij zijn Opa in diens atelier als kind leerde hij eerst de techniek van het 
tekenen, het bleek al gauw dat zijn belangstelling uit ging naar dieren in de 
natuur. veel tijd bracht hij dan ook met zijn Opa in de natuur door, daarna 
leerde de techniek met het penceel. Ron was helemaal bezeten van deze 
kunstvorm, zijn grote liefde voor de natuur en het buiten leven deden hem in 
1975 besluiten van Hilversum naar Midden Drenthe te verhuizen. Hij zocht en 
vond een boerderij waar hij de mogelijkheid had om zelf paarden te kunnen 
houden. Geinspireerd door het omringende landschap en de dieren die er in 
leven en zijn eigen paarden maken dat zijn landschappen dan ook zeer 
gewaardeerd worden. 

Maar ook zijn wildschilderijen zijn van buiten-gewone kwaliteit, hiervoor 
onderneemt hij telkens weer reizen naar Kenia en Tanzania om daar het 
Afrikaanse wild te bestuderen en te fotograferen, want naast zijn grote passie 
voor het schilderen is fotograferen zijn hobby.
Ron Meilof archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Wolf, Georg Wolf is geboren in 1882 te Niederhausbergen, Elzas en overleden 
in 1962 te Uelzen (Dusseldorf). Bekend dierenschilder in Düsseldorf. Leerling 
van de Strassburger Kunstgewerbesch. en daarna met een tussenstop in 
München leerling van de Düsseldorfer Akademie onder leiding van J.P. 
Junghanns.
Georg Wolf archief 4
Omschrijving
Sr# archived icon Genzmer, Berthold Genzmer is geboren op 9 maart 1858 in Boggusch (Westpr.) en overleden in 1927.
Hij werkte in Berlijn en kreeg les van W.A. Stryowsky in Danzig (1877-1880) en doorliep de Kunstakademie in Berlijn onder leiding van K. Gussow . Hierop volgden lange studiereizen door geheel Duitsland. Vanaf 1880 tot 1892 exposeerde hij regelmatig in de
B. Genzmer archief 70
Omschrijving
Sr# archived icon Hambuchen, Wilhelm Hambuchen geboren op 8 augustus 1869 te Düsseldorf en behoorde tot de groep schilders die regelmatig langs de kust van Zuid Holland schilderde (Katwijk) en de sfeer van het vissersleven vereeuwigde.  Bomschuiten, de visafslag op het strand en de zee bij Katwijk zijn enkele van de favoriete onderwerpen van de schilder Wilhelm Hambüchen. In het kielzog van vele andere Duitse kunstenaars trok hij vlak na 1900 voor het eerst naar dit populaire Hollandse kustplaatsje om daar het schilderachtige vissersleven te schilderen. Maar liefst 50 jaar lang kwam hij er iedere zomer terug. Onvermoeibaar, en met brede, vlotte penseelstreken, schilderde hij de markante vissersschepen, het vlakke strand onder een wisselend bewolkte hemel en de levendige groepen figuren bijeen na binnenkomst van de vangst. Musea: Kunstmuseum Düsseldorf im Ehrendorf en werk o.a. in het Katwijks Museum.
W. Hambuchen archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Wildlife schilder Ron Meilof.
Geboren op 23 januari 1953 werd Ron Meilof reeds als kind door zijn Opa 
Hepke Meilof al bekend gemaakt met schilderstechniek. Veel tijd bracht hij 
door bij zijn Opa in diens atelier als kind leerde hij eerst de techniek van het 
tekenen, het bleek al gauw dat zijn belangstelling uit ging naar dieren in de 
natuur. veel tijd bracht hij dan ook met zijn Opa in de natuur door, daarna 
leerde de techniek met het penceel. Ron was helemaal bezeten van deze 
kunstvorm, zijn grote liefde voor de natuur en het buiten leven deden hem in 
1975 besluiten van Hilversum naar Midden Drenthe te verhuizen. Hij zocht en 
vond een boerderij waar hij de mogelijkheid had om zelf paarden te kunnen 
houden. Geinspireerd door het omringende landschap en de dieren die er in 
leven en zijn eigen paarden maken dat zijn landschappen dan ook zeer 
gewaardeerd worden. 

Maar ook zijn wildschilderijen zijn van buiten-gewone kwaliteit, hiervoor 
onderneemt hij telkens weer reizen naar Kenia en Tanzania om daar het 
Afrikaanse wild te bestuderen en te fotograferen, want naast zijn grote passie 
voor het schilderen is fotograferen zijn hobby.
Ron Meilof archief 2
Omschrijving
Sr# archived icon Wolf, Georg Wolf is geboren in 1882 te Niederhausbergen, Elzas en overleden 
in 1962 te Uelzen (Dusseldorf). Bekend dierenschilder in Düsseldorf. Leerling 
van de Strassburger Kunstgewerbesch. en daarna met een tussenstop in 
München leerling van de Düsseldorfer Akademie onder leiding van J.P. 
Junghanns.
George Wolf archief 10
Omschrijving
Sr# archived icon Gidding, M. Gidding, Marinus Gidding is
geboren in Rotterdam op 23 mei 1863 en
overleden in Den Haag op 7 april 1925.
Hij woonde en werkte in Rotterdam en
vanaf 1900  in Loosduinen.
Broer van Jaap, zoon van Jan Gidding.
Leerling van de akademie v.B.K. Rotterdam 
en van J.H.Wijtkamp.
Hij schilderde en aquarelleerde vooral
landschappen en stillevens.
Hij heeft ook les gegeven aan  F.Rackwitsz.
Tentoonstellingen Amsterdam,Den Haag, 
en Rotterdam 1887-1896.
M. Gidding archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Hambuchen, Wilhelm Hambuchen geboren op 8 augustus 1869 te Düsseldorf en behoorde tot de groep schilders die regelmatig langs de kust van Zuid Holland schilderde (Katwijk) en de sfeer van het vissersleven vereeuwigde.  Bomschuiten, de visafslag op het strand en de zee bij Katwijk zijn enkele van de favoriete onderwerpen van de schilder Wilhelm Hambüchen. In het kielzog van vele andere Duitse kunstenaars trok hij vlak na 1900 voor het eerst naar dit populaire Hollandse kustplaatsje om daar het schilderachtige vissersleven te schilderen. Maar liefst 50 jaar lang kwam hij er iedere zomer terug. Onvermoeibaar, en met brede, vlotte penseelstreken, schilderde hij de markante vissersschepen, het vlakke strand onder een wisselend bewolkte hemel en de levendige groepen figuren bijeen na binnenkomst van de vangst. Musea: Kunstmuseum Düsseldorf im Ehrendorf en werk o.a. in het Katwijks Museum.
W. Hambuchen archief 2
Omschrijving
Sr# archived icon Wildlife schilder Ron Meilof.
Geboren op 23 januari 1953 werd Ron Meilof reeds als kind door zijn Opa 
Hepke Meilof al bekend gemaakt met schilderstechniek. Veel tijd bracht hij 
door bij zijn Opa in diens atelier als kind leerde hij eerst de techniek van het 
tekenen, het bleek al gauw dat zijn belangstelling uit ging naar dieren in de 
natuur. veel tijd bracht hij dan ook met zijn Opa in de natuur door, daarna 
leerde de techniek met het penceel. Ron was helemaal bezeten van deze 
kunstvorm, zijn grote liefde voor de natuur en het buiten leven deden hem in 
1975 besluiten van Hilversum naar Midden Drenthe te verhuizen. Hij zocht en 
vond een boerderij waar hij de mogelijkheid had om zelf paarden te kunnen 
houden. Geinspireerd door het omringende landschap en de dieren die er in 
leven en zijn eigen paarden maken dat zijn landschappen dan ook zeer 
gewaardeerd worden. 

Maar ook zijn wildschilderijen zijn van buiten-gewone kwaliteit, hiervoor 
onderneemt hij telkens weer reizen naar Kenia en Tanzania om daar het 
Afrikaanse wild te bestuderen en te fotograferen, want naast zijn grote passie 
voor het schilderen is fotograferen zijn hobby.
Ron Meilof archief 3
Omschrijving
Sr# archived icon Werkte van 1895 tot 1902 te Renkum waar hij de oprichter was van de 
kunstenaarsvereniging 'Pictura Veluvensis'. Hij schilderde bij voorkeur 
bosgezichten en boomrijke landschappen, ofschoon hij als gerenommeerd lid 
van de Haagse School zich ook bezighield met zeegezichten en 
duinlandschappen. 
De Bock is geboren op 14 januari 1851 in Den Haag. Zijn volledige naam is 
Théophile Emile Achille de Bock. De kunstschilder Jacob Maris is het grote 
voorbeeld voor De Bock.

In 1881 werkt hij mee aan het Panorama Mesdag van Hendrik Willem Mesdag. 
Hij schildert daarin de lucht en de duinen.

Als alternatief voor de Pulchri Studio wordt op initiatief van De Bock de 
Haagsche Kunstkring opgericht.

De Bock overleed in Haarlem op 22 november 1904.
Th. de Bock archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Wolf, Georg Wolf is geboren in 1882 te Niederhausbergen, Elzas en overleden 
in 1962 te Uelzen (Dusseldorf). Bekend dierenschilder in Düsseldorf. Leerling 
van de Strassburger Kunstgewerbesch. en daarna met een tussenstop in 
München leerling van de Düsseldorfer Akademie onder leiding van J.P. 
Junghanns.
Georg Wolf archief 2
Omschrijving
Sr# archived icon Gilst, Arnoud van  
Den Haag 1898 - 1982 Bennebroek 

Arnoud Van Gilst was schilder en tekenaar van landschappen, boerderijen, bossages, etc. Hij was leerling van de Academie v. B.K. te Den Haag, waar hij eerst begon als beeldhouwer. Na 1923 is hij gaan schilderen. Arnoud Van Gilst woonde en werkte tot 1937 in Den Haag en daarna in Haarlem. 

Van Gilst schilderde in een naturalistische-impressionistische stijl.
Hij signeerde zijn werk ook vaak onder de meisjesnaam van zijn moeder A. Jonstra. 

Arnoud van Gilst legde zich vooral toe op Hollandse landschappen, stads-en duingezichten, zeeën en paarden. Onder de naam A. Jonstra schilderde hij zeilende schepen op de Friese meren. Van Gilst schilderde in een naturalistische-impressionistische stijl. Veel van zijn werk, vooral de landschappen, doen sterk denken aan dat van Cor Noltee. Van Gilst was een echte buitenschilder. Hij wilde perse geïnspireerd raken door de omgeving en hij toog het liefst naar een afgelegen plek waar niet elk moment iemand kon opduiken die over zijn schouders meekeek. Het liefst nestelde Van Gilst zich aan een slootkant en schilderde hij de aan de overkant gelegen velden, die hij eerst goed herkenbaar en gedetailleerd op doek bracht en later bij de uitwerking weer wat liet vervagen. Hij hield er een zeer precieze, bijna topografische interpretatie van het landschap op na, compleet met rietschelven, hooibergen schuurtjes en stallen. Met zijn wat donzige toets benadert Van Gilst heel dicht de aparte sfeer die op het land aanwezig is op windstille dagen, als de lucht gesluierd is. 

Mogelijk heeft Arnoud van Gilst geschilderd onder pseudoniem M Ottee. Hierover zijn geen eensluidende verklaringen te krijgen. Enkele jaren geleden veilde Christies Amsterdam een fors werk met voerlieden en werkpaarden op een kade, gesigneerd M Ottee. In de catalogus werd vermeld dat het hier mogelijk om een pseudoniem voor Arnoud van Gilst zou gaan. 

Uit het Kunst & Antiek Journaal van juni/juli 2005, artikel van de heer J.H.F.M. Heerkens Thijssen, Register Makelaar Taxateur te Haarlem. Antwoord op een lezersvraag naar aanleiding van de signatuur H. Endlich en het mogelijke pseudoniem voor een van de schilders uit de Knikker familie. 

In de jaren zeventig behoorde de kunstschilder Arnout van Gilst, uit Bennebroek, tot de regelmatige bezoekers van onze Kunstzalen in Haarlem. Hij was een gezellige prater en hij had het vaak over zijn carrière en ervaringen als kunstschilder. Van Gilst was een wat ijdele man, hij droeg altijd een zonnebril, een witte pet en handschoenen. Hij reed in een witte Opel Kapitein. Hij maakte 5 tot 7 schilderijen in de week en hij had drie ezels in zijn atelier staan. Zo kon hij heel gemakkelijk overstappen van het ene naar het andere schilderij. 

De meeste schilderstukken gingen in die tijd naar ene Welther in Den Haag. Ze raakten goed bevriend. Henk Welther speelde de kunstschilder op zijn Haags, met de baret schuin op het hoofd. Hij had goede relaties. Eens in de week bracht Van Gilst hem een aantal schilderijen, waarvoor hij afhankelijk van de maat, vijf a tien gulden per stuk kreeg. Hij hoefde ze niet te signeren, dat zou Welther zelf wel doen. Van Gilst ontmoette daar ook collega schilders die precies het zelfde deden. Landschap, stilleven, dorpsgezicht, ect. Deze schilder waren Aris Knikker, Jan Knikker sr., Jan Knikker jr., Henk Schallenberg en Cornelis de Bruin. De schilderijen werden door Welther vervolgens voorzien van een signatuur zoals; H. Endlich, Henk Welther of W. Markenstein. Endlich was de meisjes naam van zijn moeder. Met deze namen, net als Markenstein, kon hij goed terecht op de Duitse markt. De stukken met Welther gesigneerd gingen veelal naar Engeland, , Canada en de Verenigde Staten.
A. van Gilst archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Hambuchen, Wilhelm Hambuchen geboren op 8 augustus 1869 te Düsseldorf en behoorde tot de groep schilders die regelmatig langs de kust van Zuid Holland schilderde (Katwijk) en de sfeer van het vissersleven vereeuwigde.  Bomschuiten, de visafslag op het strand en de zee bij Katwijk zijn enkele van de favoriete onderwerpen van de schilder Wilhelm Hambüchen. In het kielzog van vele andere Duitse kunstenaars trok hij vlak na 1900 voor het eerst naar dit populaire Hollandse kustplaatsje om daar het schilderachtige vissersleven te schilderen. Maar liefst 50 jaar lang kwam hij er iedere zomer terug. Onvermoeibaar, en met brede, vlotte penseelstreken, schilderde hij de markante vissersschepen, het vlakke strand onder een wisselend bewolkte hemel en de levendige groepen figuren bijeen na binnenkomst van de vangst. Musea: Kunstmuseum Düsseldorf im Ehrendorf en werk o.a. in het Katwijks Museum.
W. Hambuchen archief 3
Omschrijving
Sr# archived icon Wildlife schilder Ron Meilof.
Geboren op 23 januari 1953 werd Ron Meilof reeds als kind door zijn Opa 
Hepke Meilof al bekend gemaakt met schilderstechniek. Veel tijd bracht hij 
door bij zijn Opa in diens atelier als kind leerde hij eerst de techniek van het 
tekenen, het bleek al gauw dat zijn belangstelling uit ging naar dieren in de 
natuur. veel tijd bracht hij dan ook met zijn Opa in de natuur door, daarna 
leerde de techniek met het penceel. Ron was helemaal bezeten van deze 
kunstvorm, zijn grote liefde voor de natuur en het buiten leven deden hem in 
1975 besluiten van Hilversum naar Midden Drenthe te verhuizen. Hij zocht en 
vond een boerderij waar hij de mogelijkheid had om zelf paarden te kunnen 
houden. Geinspireerd door het omringende landschap en de dieren die er in 
leven en zijn eigen paarden maken dat zijn landschappen dan ook zeer 
gewaardeerd worden. 

Maar ook zijn wildschilderijen zijn van buiten-gewone kwaliteit, hiervoor 
onderneemt hij telkens weer reizen naar Kenia en Tanzania om daar het 
Afrikaanse wild te bestuderen en te fotograferen, want naast zijn grote passie 
voor het schilderen is fotograferen zijn hobby.
Ron Meilof archief 4
Omschrijving
Sr# archived icon Wolf, Georg Wolf is geboren in 1882 te Niederhausbergen, Elzas en overleden 
in 1962 te Uelzen (Dusseldorf). Bekend dierenschilder in Düsseldorf. Leerling 
van de Strassburger Kunstgewerbesch. en daarna met een tussenstop in 
München leerling van de Düsseldorfer Akademie onder leiding van J.P. 
Junghanns.
Georg Wolf archief 1
Omschrijving
Sr# archived icon Hambuchen, Wilhelm Hambuchen geboren op 8 augustus 1869 te Düsseldorf en behoorde tot de groep schilders die regelmatig langs de kust van Zuid Holland schilderde (Katwijk) en de sfeer van het vissersleven vereeuwigde.  Bomschuiten, de visafslag op het strand en de zee bij Katwijk zijn enkele van de favoriete onderwerpen van de schilder Wilhelm Hambüchen. In het kielzog van vele andere Duitse kunstenaars trok hij vlak na 1900 voor het eerst naar dit populaire Hollandse kustplaatsje om daar het schilderachtige vissersleven te schilderen. Maar liefst 50 jaar lang kwam hij er iedere zomer terug. Onvermoeibaar, en met brede, vlotte penseelstreken, schilderde hij de markante vissersschepen, het vlakke strand onder een wisselend bewolkte hemel en de levendige groepen figuren bijeen na binnenkomst van de vangst. Musea: Kunstmuseum Düsseldorf im Ehrendorf en werk o.a. in het Katwijks Museum.
W. Hambuchen archief 4
Omschrijving
Sr# archived icon